Rechtbank Den Haag, 01-03-2018, ECLI:NL:RBDHA:2018:2568, AWB - 17 _ 3091
Rechtbank Den Haag, 01-03-2018, ECLI:NL:RBDHA:2018:2568, AWB - 17 _ 3091
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Den Haag
- Datum uitspraak
- 1 maart 2018
- Datum publicatie
- 6 april 2018
- ECLI
- ECLI:NL:RBDHA:2018:2568
- Zaaknummer
- AWB - 17 _ 3091
Inhoudsindicatie
Omzetbelasting. Fiscale eenheid. Verwevenheid.
Eiseres is een fiscale eenheid die bestaat uit ondernemingen die diverse dienstverlenende activiteiten ontplooien. Tot eiseres behoort een BV die zich in hoofdzaak richt op de klanten van eiseres in de zorgsector. Op 6 oktober 2014 heeft deze BV een stichting opgericht die ten doel heeft het bieden van dienstverlening op het gebied van zorg en welzijn in de publieke sector binnen een bepaalde gemeente. Het verzoek van eiseres om de stichting op te nemen in de fiscale eenheid is door verweerder afgewezen. In geschil is of dit terecht is.
De rechtbank oordeelt dat het feit dat de stichting wordt bestuurd door de directeur van eiseres nog niet betekent dat sprake is rechtstreekse invloed van eiseres op de financiële besluitvorming van de stichting en daarmee van financiële verwevenheid omdat de financiële middelen van de stichting in hoofdzaak afkomstig zijn van de gemeente en de gemeente strikte voorwaarden heeft gesteld voor de besteding van de subsidie en ook daadwerkelijk daarop controle uitoefent. Verder oordeelt de rechtbank dat geen sprake is van een economische verwevenheid omdat eiseres en de stichting niet dezelfde klantenkring hebben en eiseres ook niet aannemelijk maakt dat de BV in hoofdzaak prestaties verricht ten behoeve van de Stichting. Beroep ongegrond.
Uitspraak
Team belastingrecht
zaaknummer: SGR 17/3091
[B.V. X] , eiseres
(gemachtigde: mr. J. Piersma),
en
de inspecteur van de Belastingdienst/Grote Ondernemingen, kantoor [plaats 1] , verweerder.
Procesverloop
Verweerder heeft het verzoek van eiseres tot uitbreiding van de fiscale eenheid omzetbelasting afgewezen. Het bezwaar dat eiseres hiertegen heeft gemaakt, heeft verweerder ongegrond verklaard.
Eiseres heeft daartegen beroep ingesteld.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Bij uitspraak van 10 november 2016 met zaaknummer SGR 16/2395 heeft de rechtbank het beroep gegrond verklaard, de uitspraak op bezwaar vernietigd en het bezwaar niet-ontvankelijk verklaard. Op 25 april 2017 heeft het Gerechtshof Den Haag de uitspraak van de rechtbank vernietigd en de zaak ter inhoudelijke behandeling teruggewezen naar de rechtbank.
Partijen hebben schriftelijk meegedeeld geen behoefte te hebben aan een behandeling ter zitting van het beroep. De rechtbank heeft bepaald dat het onderzoek ter zitting achterwege blijft en het onderzoek vervolgens gesloten.
Overwegingen
Feiten
1. Volgens de door eiseres bij het beroepschrift gevoegde gegevens bestaat zij uit ondernemingen die activiteiten ontplooien op het gebied van schoonmaak en onderhoud, bewaking en beveiliging, cateringbeheer, personeelsdiensten, bouw en installatie, horecadiensten, koeltechniek en facility management. Onderdeel van eiseres is [B.V. Y] (de BV) die zich in hoofdzaak richt op de klanten van eiseres in de zorgbranche (ziekenhuizen en zorginstellingen).
2. Op 6 oktober 2014 is door de BV de [Stichting Z] (de Stichting) opgericht. In de akte van oprichting van de Stichting is onder meer het volgende vermeld:
“Artikel 3
De Stichting heeft ten doel:
a. het bieden van dienstverlening op het gebied van zorg en welzijn in de publieke sector zoals persoonlijk (woon)begeleiding, ondersteuning van cliënten, informatievoorziening en advies sociale activering, alles in de ruimste zin van het woord;
(…)
Artikel 4
De middelen van de Stichting zullen worden gevormd door:
- subsidies;
- schenkingen, erfstellingen (…) en legaten;
- alle andere wettig verkregen middelen.
(…)
Artikel 5
Het Bestuur van de Stichting bestaat uit ten minste één persoon, die de titel van directeur kan/kunnen voeren. Het aantal leden wordt door het Bestuur vastgesteld.
De leden van het bestuur worden benoemd door [de BV];
(…)
Artikel 6
(…)
Het Bestuur behoeft de goedkeuring van de Raad van Toezicht voor:
a. het vaststellen van de begroting en de jaarrekening;
b. het vaststellen van strategische beleidsplannen.