Rechtbank Den Haag, 05-12-2019, ECLI:NL:RBDHA:2019:13092, 19_1723
Rechtbank Den Haag, 05-12-2019, ECLI:NL:RBDHA:2019:13092, 19_1723
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Den Haag
- Datum uitspraak
- 5 december 2019
- Datum publicatie
- 10 april 2020
- ECLI
- ECLI:NL:RBDHA:2019:13092
- Formele relaties
- Hoger beroep: ECLI:NL:GHDHA:2021:2812, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- 19_1723
Inhoudsindicatie
Bpm-zaak. Geen sprake van rentebeschikking op grond van artikel 28c van de Invorderingswet 1990 die onbevoegd door de inspecteur is gegeven. De rentebeschikking is rechtmatig door de ontvanger gegeven, ondanks dat eiseres daar niet om heeft verzocht. Geen grond voor hogere rentevergoeding. Hoorplicht niet geschonden. De rechtbank ziet geen aanleiding om prejudiciële vragen te stellen. Beroep ongegrond. Schadevergoeding wegens overschrijding redelijke termijn.
Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
Team belastingrecht
zaaknummer: SGR 19/1723
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 5 december 2019 in de zaak tussen
[eiseres] , gevestigd te [vestigingsplaats] , eiseres(gemachtigde: [A] ),
en
de ontvanger van de Belastingdienst, verweerder.
De bestreden uitspraak op bezwaar
De uitspraak van verweerder van 7 februari 2019 op het bezwaar van eiseres tegen de rentebeschikking van 24 juli 2017.