Home

Rechtbank Den Haag, 01-12-2021, ECLI:NL:RBDHA:2021:13672, C/09/598614 / HA ZA 20-846

Rechtbank Den Haag, 01-12-2021, ECLI:NL:RBDHA:2021:13672, C/09/598614 / HA ZA 20-846

Gegevens

Instantie
Rechtbank Den Haag
Datum uitspraak
1 december 2021
Datum publicatie
10 januari 2022
ECLI
ECLI:NL:RBDHA:2021:13672
Zaaknummer
C/09/598614 / HA ZA 20-846

Inhoudsindicatie

Uitleg van erfdienstbaarheid van uitzicht. Beroep op verjaring verworpen. Beroep op erfdienstbaarheid is evenmin naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar. Veroordeling tot verwijdering van paal met bord.

Uitspraak

vonnis

Team handel

zaaknummer / rolnummer: C/09/598614 / HA ZA 20-846

Vonnis van 1 december 2021

in de zaak van

[eiseres] te [plaats] ,

eiseres,

advocaat mr. J.J. Linker te Rotterdam,

tegen

GEMEENTE NOORDWIJK te Noordwijk,

gedaagde,

advocaat mr. W. Lever te Leiden.

Partijen zullen hierna ‘de Stichting’ en ‘de Gemeente’ genoemd worden.

1 De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

-

de dagvaarding van 19 augustus 2020, met producties 1 t/m 16;

-

de conclusie van antwoord, met producties 1 t/m 10;

-

het tussenvonnis van 28 april 2021, waarbij een descente en mondelinge behandeling is bevolen;

-

het proces-verbaal van de descente en mondelinge behandeling van 13 juli 2021.

1.2.

Het proces-verbaal van de descente en mondelinge behandeling is buiten aanwezigheid van partijen opgemaakt. Partijen zijn in de gelegenheid gesteld commentaar te leveren op de verslaglegging, voor zover het feitelijke onjuistheden betreft. Zij hebben van deze mogelijkheid geen gebruik gemaakt.

1.3.

Ten slotte is een datum voor vonnis bepaald.

2 De feiten

2.1.

De Stichting is eigenares van de percelen aan de [adres] te [plaats] , kadastraal bekend gemeente [plaats] , [perceelnrs A1 en A2] (hierna: Percelen A). Op de Percelen A staat een woning (hierna: de Woning). Achter de [straatnaam] (aan de westzijde) bevinden zich op lager niveau de duinen en vervolgens het strand van Noordwijk. De ligging van de percelen blijkt uit de navolgende kadastrale kaart.

2.2.

De Stichting heeft de eigendom van de Percelen A verkregen bij akte van 11 juli 2017. In artikel 6 van de leveringsakte wordt met betrekking tot erfdienstbaarheden verwezen naar (uiteindelijk) een akte van 22 november 1903. In deze laatste akte is een erfdienstbaarheid van uitzicht opgenomen:

“Ten zevende. Het aan de Maatschappij behoorende kadastrale perceel gemeente Noodwijk Sectie A nummer 825 wordt bij deze ten behoeve van het verkochte perceel Gemeente en Sectie alvoren nummer 818 belast:

a. (…)

b. met de erfdienstbaarheid, dat op perceel 825 gelegen voor en ter breedte van het gekochte, dat aan de Zeeboulevard gelegen is nimmer iets mag worden gebouwd, gesteld of geplaatst, waardoor het vrije uitzicht op zee zoude kunnen worden belemmerd”

2.3.

Uit een door het Kadaster uitgevoerd onderzoek naar perceelvernummering is het heersend erf van bovengenoemde erfdienstbaarheid, nummer 818, na diverse vernummeringen overgegaan in (onder meer) de Percelen A.

2.4.

Het dienend erf van bovengenoemde erfdienstbaarheid, nummer 825, is volgens het Kadaster na diverse vernummeringen onder meer overgegaan in de percelen kadastraal bekend gemeente Noordwijk, sectie A, nummers 2283, 2351 en 4069. Deze percelen zijn sinds begin vorige eeuw eigendom van de Gemeente (hierna: Percelen B). De percelen 2283 en 2351 zijn weergegeven op de in randnummer 2.1 weergegeven kadastrale kaart. Perceel 4069 is op deze kaart eveneens te zien – namelijk het perceel links van perceel 2351 – maar is op deze kaart niet van een nummer voorzien.

2.5.

Op 15 mei 2019 heeft de Gemeente een paal van circa vier meter hoog doen plaatsen op perceel kadastraal bekend gemeente Noordwijk, sectie A, nummer 2351. Op de paal is een bord gemonteerd met daarop een lichtgevend display met actuele parkeerinformatie van het Parkeer Route Informatie Systeem. De paal en het bord zullen hierna gezamenlijk worden aangeduid als de PRIS-paal.

2.6.

De PRIS-paal bevindt zich op de Koningin Astrid Boulevard tegenover en in het volle zicht van de Percelen A. Onderstaande afbeelding geeft het zicht op de PRIS-paal weer, bezien vanuit de Woning.

2.7.

Op 16 mei 2019 heeft de bestuurder van de Stichting, tevens bewoner van de Woning, de Gemeente er per e-mail op gewezen dat ten behoeve van de Percelen A en ten laste van de Percelen B een erfdienstbaarheid van uitzicht is gevestigd. De Stichting heeft meegedeeld dat de PRIS-paal met het lichtgevende bord het vrije uitzicht belemmert, dat de bewoners van de Woning zich enorm storen aan de PRIS-paal die zij hinderend en uitzicht verstorend vinden en dat de verwijdering van de PRIS-paal gewenst is.

2.8.

De Gemeente heeft bij brief van 23 juli 2019 op de e-mail van de Stichting gereageerd. Zij heeft zich op het standpunt gesteld dat een erfdienstbaarheid van uitzicht geldt, maar dat de PRIS-paal het uitzicht niet op ontoelaatbare wijze belemmert, omdat de PRIS-paal dusdanig beperkt van omvang is dat deze geen daadwerkelijk obstakel voor het uitzicht op de zee vormt. De Gemeente heeft aan de Stichting meegedeeld dat zij de PRIS-paal niet zal verwijderen.

2.9.

Partijen hebben vervolgens nog enige tijd gecorrespondeerd, maar het standpunt van de Gemeente is ongewijzigd gebleven.

3 Het geschil

3.1.

De stichting vordert dat de rechtbank bij voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis:

primair:

  1. de Gemeente zal veroordelen om de PRIS-paal binnen tien dagen na het te wijzen vonnis te verwijderen en verwijderd te houden, op straffe van een dwangsom;

  2. de Gemeente zal verbieden (a) de PRIS-paal te (doen) verplaatsen naar een andere locatie op de Percelen B, zodanig dat de PRIS-paal (opnieuw) het uitzicht van uit de Woning belemmert en/of (b) een ander object te (doen) plaatsen op de Percelen B waardoor het uitzicht vanaf de Woning wordt belemmerd, op straffe van een dwangsom;

subsidiair:

3. de Gemeente zal veroordelen om de PRIS-paal binnen tien dagen na het te wijzen vonnis te verwijderen en verwijderd te houden en een andere paal te plaatsen die smaller en kleiner is, althans de PRIS-paal zodanig aan te passen, bijvoorbeeld in de vorm een verkleining en verlaging, zodat het vrije uitzicht vanaf de Woning niet meer wordt belemmerd, op straffe van een dwangsom;

in alle gevallen:

4. de Gemeente zal veroordelen in de proceskosten, te vermeerderen met de wettelijke rente;

5. de Gemeente zal veroordelen in de nakosten.

3.2.

De Stichting legt aan haar vorderingen ten grondslag – zakelijk weergegeven – dat de plaatsing van de PRIS-paal in strijd is met de erfdienstbaarheid van uitzicht.

3.3.

De Gemeente heeft geconcludeerd tot afwijzing van de vorderingen.

3.4.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4 De beoordeling

5 De beslissing