Home

Rechtbank Gelderland, 22-08-2013, ECLI:NL:RBGEL:2013:2479, AWB-12_423

Rechtbank Gelderland, 22-08-2013, ECLI:NL:RBGEL:2013:2479, AWB-12_423

Gegevens

Instantie
Rechtbank Gelderland
Datum uitspraak
22 augustus 2013
Datum publicatie
22 augustus 2013
ECLI
ECLI:NL:RBGEL:2013:2479
Zaaknummer
AWB-12_423

Inhoudsindicatie

Artikel 13, eerste lid, Wet Vpb (tekst 2008). Courtage makelaar niet aftrekbaar. Kosten zijn gemaakt in het kader van de verkoop van een deelneming. Noodzakelijk verband tussen de kosten en de verkoop aanwezig.

Uitspraak

Team belastingrecht

Zittingsplaats Arnhem

registratienummer: AWB 12/423

uitspraak ingevolge artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)

van 22 augustus 2013

inzake

[X] B.V., gevestigd te [Z], eiseres,

tegen

de inspecteur van de Belastingdienst Arnhem, verweerder.

1 Ontstaan en loop van het geding

Verweerder heeft aan eiseres voor het jaar 2008 een aanslag (aanslagnummer [000]) vennootschapsbelasting (hierna: Vpb) opgelegd, berekend naar een belastbaar bedrag van € 2.655.889. Tevens is bij beschikking € 3.058 aan heffingsrente in rekening gebracht.

Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 15 december 2011 de aanslag en de beschikking heffingsrente gehandhaafd.

Verweerder heeft bij herziene uitspraak op bezwaar van 20 december 2011, gevolgd door een verminderingsbeschikking met dagtekening 28 januari 2012, de aanslag verminderd en berekend naar een belastbaar bedrag van € 2.651.227. De beschikking heffingsrente is verminderd tot € 2.937.

Eiseres heeft daartegen bij brief van 26 januari 2012, ontvangen door de rechtbank op

27 januari 2012, beroep ingesteld.

Verweerder heeft de op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 8 augustus 2013 te Arnhem.

Namens eiseres zijn verschenen drs.[gemachtigde] en mr. [A].

Namens verweerder zijn verschenen [gemachtigde] en mr. [B].

Partijen hebben ter zitting een pleitnota voorgedragen en exemplaren daarvan overgelegd aan de rechtbank en aan elkaar.

2 Feiten

2.1

Eiseres is de moedervennootschap van een fiscale eenheid als bedoeld in artikel 15 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (hierna: Wet Vpb). De aandelen van eiseres waren op 1 januari 2008 in het bezit van Stichting [C] B.V. De certificaten van de stichting zijn, gelijkelijk verdeeld, in handen van [D] B.V. (enig aandeelhouder [E]), [F] B.V. (enig aandeelhouder [G]), [H] B.V. (enig aandeelhouder[gemachtigde]) en [I] B.V. (enig aandeelhouder [J]).

2.2

Van deze fiscale eenheid maakten deel uit [K] B.V. (hierna: [K]) en haar 100%-dochtervennootschap, [L] B.V. (hierna: [L]).

2.3

[L] was eigenaar van de panden [A-straat 1] te [Q] (hierna: [M]). [L] beschikte niet over andere activa.

2.4

[K] heeft per brief van 3 september 2007 aan [N] te [Z] (hierna: [N]) de opdracht verstrekt om de verkoopmogelijkheden van het [M] te onderzoeken en met potentiële kopers in onderhandeling te treden. De courtage wordt, bij een succesvolle verkoop, vastgesteld op 1,5%. Indien de koopsom meer bedraagt dan € 10.000.000, bedraagt de courtage 2% van de koopsom.

2.5

Nadien hebben onderhandelingen plaatsgevonden met [O] B.V.,[P] B.V. en [a]. Met een volgende potentiële koper, te weten [b] B.V., [c] B.V., [d] B.V. en [e] B.V., wordt uiteindelijk overeenstemming bereikt, hetgeen heeft geresulteerd in een akte van aandelenoverdracht van 15 mei 2008. In die akte wordt verwezen naar een koopovereenkomst van 18 april 2008. Volgens artikel B (p.4) van de akte bedraagt de koopsom voor de aandelen € 848.433, zijnde het eigen vermogen van de deelneming volgens de overnamebalans. Dat eigen vermogen is bepaald met inachtneming van de waarde in het economisch verkeer van [M] ad € 7.500.000. Over de daarin begrepen stille reserve ad € 1.313.320 (de boekwaarde bedroeg € 6.186.680) is een belastinglatentie in aanmerking genomen van 12,5% (€ 164.165). In artikel B is opgenomen dat de kopers zorg zullen dragen voor aflossing van de rekeningcourantvordering van de verkoper op [L] ad € 6.480.331. Deze vordering zal worden afgelost uit een door de deelneming aan te trekken hypothecaire lening en voor het (eventuele) restant door de kopers.

2.6

Met dagtekening 21 mei 2008 heeft [N] een courtagenota uitgereikt aan [K]. De tekst op deze nota luidt - voor zover van belang - als volgt:

Honorarium

Inzake de verkoop van [A-straat 1] te [Q].

zijnde: 1,5% over EUR 7.500.000,- 112.500,00”

Vermeerderd met advertentie- en kadasterkosten bedraagt de courtagenota € 113.604,80 exclusief BTW, vermeerderd met € 21.584,91 BTW in totaal € 135.189,71. De factuur is betaald door [K].

2.7

Op 6 januari 2010 is verweerder een boekenonderzoek gestart naar de aanvaardbaarheid van de aangiften vennootschapsbelasting over de jaren 2004 tot en met 2007, alsmede een onderzoek voor de omzetbelasting. Op 16 maart 2010 is daarvan een rapport opgemaakt waarin – voor zover van belang – het volgende is opgemerkt:

“Verkoop in 2008 van [L] BV

In [L] BV bevinden zich de panden [A-straat 1] te [Q].

Ultimo 2007 maakte de vennootschap deel uit van de fiscale eenheid. In 2008 is de vennootschap met

hierin de panden verkocht.

Op 15 mei 2008 worden de aandelen van de BV verkocht voor een bedrag van € 848.433.

Bij het bepalen van de overnameprijs van de aandelen is uitgegaan van een waarde van de panden van

€ 7.500.000. Hierop zijn vervolgens o.a. een latentie vennootschapsbelasting en de schulden in mindering

gebracht.

In 2008 heeft [K] BV terzake van de verkoop een honorarium betaald aan [N]

van € 113.605 + € 21.585 omzetbelasting. Het bedrag van € 113.605 betreft o.a. 1,5% van € 7.500.000 =

€ 112.500; het restant betreft overige terzake van de verkoop gemaakte kosten.

De omzetbelasting van € 21.585 is als voorbelasting in aftrek gebracht.

Volgens de ontvangen concept-aangifte over 2008 wordt het bedrag van € 113.605 als kosten in aftrek

gebracht.

Aangezien niet het pand is verkocht maar de vennootschap, neemt de fiscus het standpunt in dat met

betrekking tot de gemaakte kosten sprake is van verkoopkosten van een deelneming. Deze kosten zijn dan

niet aftrekbaar maar komen in mindering op het bedrag dat onder de deelnemingsvrijstelling wordt gebracht

(netto vrijstelling). (…)”

2.8

Verweerder heeft aan eiseres voor het jaar 2008 een aanslag Vpb opgelegd, met een dagtekening van 13 augustus 2011, naar een belastbaar bedrag van € 2.655.889. Met dagtekening 21 september 2011 heeft eiseres tegen voormelde aanslag bezwaar aangetekend.

2.9

Met dagtekening 20 december 2011 heeft verweerder in een herziene uitspraak op bezwaar aangegeven dat de uitspraak van 15 december 2011 formeel niet juist is, dat deze als ingetrokken moet worden beschouwd, en dat hij alsnog volledig tegemoet komt aan één van de twee in het geding zijnde correcties. Dit betreft een correctie van € 4.662 inzake een hoger resultaat op de verkoop van een deelneming.

3 Geschil

In geschil is of de in rekening gebrachte courtage van afgerond € 113.605 exclusief BTW behoort tot de aftrekbare verkoopkosten of de niet-aftrekbare verkoopkosten deelneming.

4 Beoordeling van het geschil

5 Proceskosten

6 Beslissing