Home

Rechtbank Gelderland, 01-09-2015, ECLI:NL:RBGEL:2015:5760, KG RK 15-801

Rechtbank Gelderland, 01-09-2015, ECLI:NL:RBGEL:2015:5760, KG RK 15-801

Gegevens

Instantie
Rechtbank Gelderland
Datum uitspraak
1 september 2015
Datum publicatie
10 september 2015
ECLI
ECLI:NL:RBGEL:2015:5760
Zaaknummer
KG RK 15-801

Inhoudsindicatie

De belastingzaak is nog niet aan een rechter toebedeeld. In de wrakingsgronden van verzoeker wordt evenmin een behandelend rechter genoemd. Er is dus geen sprake van op de persoon van de rechter(s) betrekking hebbende feiten of omstandigheden die een bezwaar opleveren tegen de behandeling van de zaak door die rechter(s) vanwege vooringenomenheid jegens verzoeker dan wel objectief gerechtvaardigde vrees daartoe. Het verzoek is niet-ontvankelijk.

Uitspraak

beschikking

Wrakingskamer

zaaknummer / rekestnummer: KG RK 15-801

Beschikking van 1 september 2015

in de zaak van

[verzoeker tot wraking]

,

verzoeker tot wraking,

tegen

De behandelend rechter van de Belastingkamer van de rechtbank Arnhem.

1 De procedure

1.1.

Bij schrijven van 14 augustus 2015 heeft verzoeker een wrakingsverzoek ingediend tegen de behandelend rechter van de Belastingkamer van de rechtbank Arnhem.

2 De beoordeling

2.1

De wrakingskamer stelt vast dat de belastingzaak, geregistreerd onder het zaaknummer AWB 15/2133, nog niet aan een rechter van de Belastingkamer van de rechtbank Arnhem is toebedeeld. In de wrakingsgronden van verzoeker wordt evenmin een behandelend rechter genoemd.

2.2

Er is dus geen sprake van op de persoon van de rechter(s) betrekking hebbende feiten of omstandigheden die een bezwaar opleveren tegen de behandeling van de zaak door die rechter(s) vanwege vooringenomenheid jegens verzoeker dan wel objectief gerechtvaardigde vrees daartoe.

2.3

Het verzoek tot wraking is daarom niet-ontvankelijk. Een zitting kan daarom achterwege blijven.

3 De beslissing

De wrakingskamer verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek om wraking.

Deze beschikking is gegeven door de mrs. R.J. Jue (voorzitter), M.P.C.J. van Bavel en W.L.F. Prisse en in tegenwoordigheid van de griffier T. de Munnik en in openbaar uitgesproken op 3 september 2015.

de griffier de voorzitter

Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.