Rechtbank Haarlem, 08-05-2006, AX4316, 05/2916 DK
Rechtbank Haarlem, 08-05-2006, AX4316, 05/2916 DK
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Haarlem
- Datum uitspraak
- 8 mei 2006
- Datum publicatie
- 23 mei 2006
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:RBHAA:2006:AX4316
- Formele relaties
- Hoger beroep: ECLI:NL:GHAMS:2009:BK6795, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan
- Zaaknummer
- 05/2916 DK
Inhoudsindicatie
Indeling van LCD-monitoren. Gelet op aantekening 5B op hoofdstuk 84 dienen de monitoren te worden ingedeeld onder post 8528 21 90 van het GDT. De goederen beschikken over meerdere aansluitingen waardoor zij signalen van diverse bronnen kunnen verwerken. De diverse aansluitmogelijkheden duiden op het gebruik van de goederen als videomonitor. De rechtbank vindt bij in zijn oordeel steun in de indelingsverordeningen van de Commissie.
Uitspraak
RECHTBANK HAARLEM
Sector bestuursrecht, meervoudige douanekamer
Procedurenummer: AWB 05/2916 DK
Uitspraakdatum: 8 mei 2006
Uitspraak als bedoeld in afdeling 8.2.6 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in het geding tussen
X B.V.,
gevestigd te Z, eiseres,
en
de inspecteur van de Belastingdienst P, verweerder.
1. Ontstaan en loop van het geding
Aan eiseres is met dagtekening 14 juli 2004 een uitnodiging tot betaling (UTB) uitgereikt ten bedrage van € 25.807,60. Het bezwaar tegen de UTB, ten kantore van verweerder ontvangen op 11 augustus 2004, heeft verweerder bij uitspraak op bezwaar van 30 mei 2005 ongegrond verklaard.
Eiseres heeft tegen evenbedoelde uitspraak van verweerder op 7 juli 2005 beroep ingesteld, ingediend door zijn gemachtigde A. Bij schrijven van 10 augustus 2005 heeft eiseres het beroep nader gemotiveerd. Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Bij brief van 11 augustus 2005 heeft eiseres nadere stukken ingediend.
Het beroep is behandeld ter zittingen van 27 oktober 2005 en 23 januari 2006. Partijen zijn aldaar verschenen. Ter zitting van 23 januari 2006 hebben beide partijen een pleitnota voorgedragen en overgelegd, alsmede elk een demonstratie gegeven van de werking van het op het geschil betrekking hebbende product.
2. Feiten
Op grond van de stukken van het geding en het verhandelde ter zitting staat het volgende vast:
2.1. Op 12 juli 2004 heeft eiseres aangifte ten invoer voor het vrije verkeer gedaan voor een zending LCD monitoren van het type B (verder de LCD monitor). Het land van oorsprong is China en de douanewaarde bedroeg € 184.340. De zending is aangegeven onder post 8528 21 90 van het gemeenschappelijk douanetarief (GDT). Na aanvaarding van de aangifte heeft verweerder de UTB uitgereikt.
2.2. De LCD monitor wordt in productspecificaties omschreven als ‘digital display LCD monitor’. Het betreft een kleurenmonitor met vloeibare kristallen en heeft - onder meer - de volgende technische kenmerken:
schermformaat 20,1? (51,05 cm)
totale afmeting 46,12 x 44,52 x 24,26
maximale resolutie 1600 x 1200
frequentie horizontaal 30-81 kHz
frequentie verticaal 50-76 Hz
helderheid 250 cd/m2
kleuren 16,7 milj.
contrastverhouding 400:1
Aansluitingen D-sub, DVI-D, S-video,
Composite-video, audio,
power AC, USB
audio-uitgang max. 4 Watt
wandmontage ja
3. Geschil
In geschil is of de goederen moeten worden ingedeeld onder post 8471 60 90 van het GDT, zoals eiseres bepleit, dan wel onder post 8528 21 90, hetgeen verweerder voorstaat.
Voornoemde posten en de daarop betrekking hebbende passages van de aantekeningen luiden - voorzover van belang - als volgt:
Post 8471 60 90:
“8471 Automatische gegevensverwerkende machines en eenheden daarvoor; magnetische en optische lezers, machines voor het in gecodeerde vorm op dragers overzetten van gegevens en machines voor het verwerken van die gegevens, elders genoemd noch elders onder begrepen:
(...)
8471 60 - invoereenheden en uitvoereenheden, ook indien zij in dezelfde behuizing geheugeneenheden bevatten:
(...)
-- andere:
(...)
8471 60 90 - - - andere.”
Post 8528 21 90:
“8528 Ontvangtoestellen voor televisie, ook indien met ingebouwd ontvangtoestel voor radio-omroep of toestel voor het opnemen of het weergeven van geluid of van beelden; videomonitors en videoprojectietoestellen:
(...)
- videomonitors:
8528 21 - - voor kleurenweergave:
(...)
8528 21 90 - - - andere.”
Aantekeningen 5B en 5E op hoofdstuk 84:
“B. Automatische gegevensverwerkende machines kunnen voorkomen in de vorm van systemen bestaande uit een variabel aantal afzonderlijke eenheden. Met inachtneming van het bepaalde in letter E hierna, wordt een eenheid als een deel van een compleet systeem aangemerkt, indien zij aan alle hierna omschreven voorwaarden voldoet, te weten:
a) zij moet van de soort zijn die uitsluitend of hoofdzakelijk wordt gebruikt in een automatisch gegevensverwerkend systeem;
b) zij moet, hetzij rechtstreeks, hetzij door tussenschakeling van een of meer andere eenheden, op de centrale verwerkingseenheid kunnen worden aangesloten, en
c) zij moet in staat zijn gegevens te ontvangen of te leveren in een vorm - codes of signalen - die bruikbaar is voor het systeem.”
“E. Machines die een eigen functie, andere dan automatische gegevensverwerking, vervullen en die een automatische gegevenverwerkende machine bevatten of daarmede in samenhang worden gebruikt, worden ingedeeld onder de post die overeenkomstig hun functie in aanmerking komt of, bij ontbreken daarvan, onder een sluitpost.”
4. Standpunten van partijen
4.1. Eiseres stelt dat de LCD-monitor hoofdzakelijk wordt gebruikt in een automatisch gegevensverwerkend systeem. De mogelijkheid om de monitor op andere apparaten aan te sluiten doet daaraan niet af, omdat daarvan in de praktijk niet of nauwelijks gebruik wordt gemaakt. Daarbij komt dat een ‘ouderwetse’ CRT monitor eveneens beelden van een andere bron kan tonen, hetgeen ter zitting is gedemonstreerd, terwijl buiten twijfel staat dat dit product als computermonitor dient te worden ingedeeld.
Aan de hand van de kenmerken als formaat, vormgeving, resolutie, reponsetijd, helderheid en de positionering op de markt kan worden bepaald dat de monitor niet anders dan als computermonitor wordt gebruikt. Eiseres betwist dat de door verweerder aangehaalde verordeningen, die van latere datum zijn dan de onderhavige invoer en voorts betrekking hebben op andere type monitoren, van invloed kunnen zijn op de indeling van de goederen. Ter onderbouwing van zijn stellingen beroept eiser zich op de uitspraak van de Douanekamer te Amsterdam van 3 augustus 2005, nr. DK 05/391 en de uitspraak van deze rechtbank van 5 januari 2006, nr. 05/1929.
4.2. Verweerder betwist dat de goederen hoofdzakelijk als computermonitor worden gebruikt. Hij wijst erop dat de goederen door middel van de onder de feiten genoemde aansluitingen tevens kunnen worden aangesloten op een videorecorder, DVD-speler, home-cinemaset, spelcomputer, videocamera en een camrecorder. Daarmee staat vast dat de goederen beelden kunnen weergeven van verschillende bronnen. De demonstratie ter zitting heeft aangetoond dat de LCD monitor rechtstreeks beelden van een DVD-speler en van een videocamera kan tonen. Verweerder benadrukt dat hij het product niet als televisie heeft ingedeeld, maar als videomonitor.
Verweerder verwijst ter onderbouwing van zijn standpunt naar Verordening nr. 493/2005, van de Raad van 16 maart 2005, PB EG L 82, blz. 1, Verordening (EG) nr. 634 /2005 van de Commissie van 26 april 2005, Pb EG L 106, blz. 7 en Verordening nr. 2171/2005, van de Commissie van 23 december 2005, Pb EG, L 346, blz. 7. Hoewel deze Verordeningen van latere datum zijn, kan daar niet zomaar aan worden voorbijgegaan omdat de verordeningen (van de commissie) immers de indeling in posten slechts kunnen verduidelijken en niet wijzigen. Daarnaast wijst verweerder op het arrest van het Hof van Justitie EG van 4 maart 2004, C-130/02 (Krings GmbH), waaruit volgt dat een indelingsverordening naar analogie van toepassing kan zijn op producten die vergelijkbaar zijn met die waarop de indelingsverordening betrekking heeft.
4.3. Voor de overige standpunten van partijen verwijst de rechtbank naar de gedingstukken en het verhandelde ter zitting.
5. Beoordeling van het geschil
5.1. Uit aantekening 5B op hoofdstuk 84 van het GDT volgt dat een eenheid als een deel van een compleet systeem wordt aangemerkt, indien zij onder andere van de soort is die uitsluitend of hoofdzakelijk wordt gebruikt in een automatisch gegevensverwerkend systeem.
Partijen zijn het erover eens dat de LCD monitor niet uitsluitend als zodanig wordt gebruikt.
5.2. Het gebruik van de monitor dient aan de hand van objectieve kenmerken te worden bepaald. Vaststaat dat de goederen beschikken over meerdere aansluitingen waardoor zij signalen van diverse bronnen kunnen verwerken. Met betrekking tot de onderhavige goederen is niet aannemelijk geworden dat deze hoofdzakelijk worden gebruikt in een automatisch gegevensverwerkend systeem. De enkele door eiseres gestelde - en door verweerder weersproken - positionering op de markt van het product als computermonitor acht de rechtbank daartoe onvoldoende.
Verweerders stelling dat de diverse aansluitmogelijkheden duiden op het gebruik van de goederen als videomonitor, is naar het oordeel van de rechtbank door eiseres onvoldoende weersproken. De rechtbank acht daarbij van belang dat niet aannemelijk is geworden dat andere door eiseres genoemde technische kenmerken eraan in de weg staan de monitoren voor de weergave van met andere bronnen verkregen signalen te gebruiken. Evenmin is aannemelijk geworden dat dit gebruik slechts van ondergeschikt belang is.
5.3. De rechtbank vindt bij zijn oordeel steun in de hiervoor onder 4.2 genoemde verordeningen in samenhang bezien met het daar eveneens genoemde arrest Krings GmbH. Hoewel deze verordeningen op de dag van invoer nog geen rechtskracht hadden en de daarin ingedeelde producten niet geheel identiek zijn aan de onderhavige goederen kan daaraan naar het oordeel van de rechtbank niet geheel worden voorbijgegaan. Indelingsverordeningen dienen immers ter verduidelijking van de indeling van de posten en niet tot wijziging van de indeling als zodanig. De rechtbank ziet voorts geen aanleiding voor de juistheid van de opvatting dat bedoelde verordeningen in strijd met het recht zouden zijn.
5.4. Voor zover eiseres nog heeft bedoeld te stellen dat op grond van een beleidswijziging, zoals onder meer is vastgelegd in het besluit van de Staatssecretaris van 29 november 2004, nummer WT 2004-11-29, de goederen onder de door haar verdedigde post dienen te worden ingedeeld, heeft het volgende te gelden. Een van de in het besluit genoemde voorwaarden is dat de monitor geen andere aansluitingen dan een VGA-, DVI- en/of audioaansluiting heeft. Nu reeds aan deze voorwaarde niet is voldaan kan geen beroep worden gedaan op dit beleid.
5.5. Op grond van al het voorgaande dient het beroep ongegrond te worden verklaard.
6. Proceskosten
De rechtbank ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
7. Beslissing
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan op 8 mei 2006 en op dezelfde dag in het openbaar uitgesproken door mr. J.T.M. Nijenhof, mr. A.J. Roke en mr. L.G. Jobse in tegenwoordigheid van mr. O. Nijhuis, griffier.
Afschrift verzonden aan partijen op:
De rechtbank heeft geen bezwaar tegen afgifte door de griffier van een afschrift van de uitspraak in geanonimiseerde vorm.
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kunnen partijen binnen zes weken na de verzenddatum:
- hoger beroep instellen bij het gerechtshof te Amsterdam (douanekamer), Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam, dan wel
- beroep in cassatie instellen bij de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), Postbus 20303, 2500 EH Den Haag, mits de wederpartij daarmee schriftelijk instemt.
N.B. Bij het bestuursorgaan berust de bevoegdheid tot het instellen van beroep in cassatie niet bij de ambtenaar die de procedure voor de rechtbank heeft gevoerd.
Bij het instellen van hoger beroep dan wel beroep in cassatie dient het volgende in acht te worden genomen:
1 - bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd;
2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;
b. een dagtekening;
c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het hoger beroep dan wel het beroep in cassatie is ingesteld;
d. de gronden van het hoger beroep dan wel het beroep in cassatie.
Bij het instellen van beroep in cassatie dient daarnaast in acht te worden genomen dat bij het beroepschrift een schriftelijke verklaring van de wederpartij wordt gevoegd, inhoudende dat wordt ingestemd met het instellen van beroep in cassatie tegen de uitspraak van de rechtbank.