Home

Rechtbank Haarlem, 28-01-2008, ECLI:NL:RBHAA:2008:170 BC3398, 06/12004

Rechtbank Haarlem, 28-01-2008, ECLI:NL:RBHAA:2008:170 BC3398, 06/12004

Gegevens

Instantie
Rechtbank Haarlem
Datum uitspraak
28 januari 2008
Datum publicatie
12 februari 2008
ECLI
ECLI:NL:RBHAA:2008:BC3398
Zaaknummer
06/12004

Inhoudsindicatie

Douane. Gelet op de objectieve kenmerken en eigenschappen van de mp3-spelers voldoen de producten aan de bewoordingen van GN-post 8527 13 99 en moeten zij op grond van indelingsregel 1 hieronder worden ingedeeld. Hieraan doet niet af dat de producten naast geluid ook andere soorten bestanden kunnen importeren, opslaan en exporteren. De rechtbank acht deze functie van ondergeschikt belang, omdat deze bestanden zich niet onderscheiden van geluidsbestanden. Aan het bepalen van de hoofdfunctie van de producten kan niet worden toegekomen. De functie van het LCD-scherm heeft geen zelfstandige betekenis. De rechtbank ontleent steun voor voornoemd oordeel aan Verordening 2006/400. Het daarin beschreven product is vergelijkbaar met de onderhavige producten. De verschillen in geheugencapaciteit behoren tot de variaties die doorgaans worden aangetroffen in dergelijke producten.

Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM

Sector bestuursrecht, meervoudige douanekamer

Procedurenummers: AWB 06/12004 tot en met AWB 06/12007

Uitspraakdatum: 28 januari 2008

Uitspraak als bedoeld in afdeling 8.2.6 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in de gedingen tussen

X, gevestigd te Z (VS), eiseres,

en

de inspecteur van de Belastingdienst/Douane P, verweerder.

1. Ontstaan en loop van het geding

1.1. Eiseres heeft op 15 januari 2006 vier aanvragen ingediend voor een BTI. De verzochte GN-code is 8520 90 00.

1.2. Verweerder heeft op 25 april 2006 vier BTI’s afgegeven (nrs. NL RTD-1, NL RTD-2, NL RTD-3 en NL RTD-4) met de GN-code 8527 13 99.

1.3. Na daartegen door eiseres gemaakt bezwaar heeft verweerder bij uitspraak van 17 oktober 2006 het bezwaar afgewezen.

1.4. Eiseres heeft daartegen bij brief van 20 november 2006, ontvangen bij de rechtbank op 21 november 2006, beroep ingesteld.

1.5. Verweerder heeft op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend.

1.6. Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 8 januari 2008 te Haarlem. Namens eiseres is verschenen haar gemachtigde, A. Namens verweerder zijn verschenen B en C. Partijen hebben ieder een pleitnota voorgedragen en exemplaren daarvan overgelegd aan de rechtbank en aan elkaar. Verweerder heeft de producten getoond aan de rechtbank en aan de gemachtigde van eiseres.

2. Tussen partijen vaststaande feiten

2.1. Eiseres heeft op 15 januari 2006 vier aanvragen ingediend voor een BTI. De aanvragen betreffen de volgende goederen:

- “X Digital Audio Player” met een geheugencapaciteit van 256 MB;

- “X Digital Audio Player” met een geheugencapaciteit van 1 GB;

- “X D 1 MP 3 Player” met een geheugencapaciteit van 512 MB;

- “X D 2 MP 3 Player” met een geheugencapaciteit van 1 GB.

De verzochte GN-code is 8520 90 00. Tenzij anders aangegeven, worden de voornoemde goederen hierna aangeduid als “de producten”.

2.2. Tussen partijen is niet in geschil dat de producten elk de volgende functies hebben:

- “voice recording”;

- “MP3 player” (digitaal opnemen en weergeven van muziekbestanden in MP3- en WMA-formaat);

- “USB compatible opslagmedium” voor databestanden, in MP3- of WMA-formaat (gegevensdrager/extern geheugen voor gegevens van, onder meer, automatische gegevensverwerkende machines);

- een (digitale) FM radio tuner. De producten zijn voorzien van de mogelijkheid om 20 voorkeurzenders te programmeren.

2.3. In de aanvraag van de BTI voor de “X Digital Audio Player” met een geheugencapaciteit van 256 MB is in rubriek 8, omschrijving van de goederen, voor zover van belang het volgende vermeld:

“Het product bevat “embedded flash” geheugen (256 MB) voor de opslag van databestanden. De voornaamste componenten van het Product (anders dan de energiebron, de batterij) zijn een geheugenchip (voor de opslag van databestanden), een chip voor decodering van die databestanden, zoals muziekbestanden in (bijvoorbeeld) MP3-formaat, zodat deze afgeluisterd kunnen worden (opname/afspeel functie) en een chip met een digitale FM tuner.

(…)

Het Product wordt verkocht in één verpakking met een draagband, “stereo earphones”, een USB kabel voor overdracht van databestanden vanaf computers naar het Product, een batterij en een CD met bijbehorende software (“Musicmatch Jukebox software” en Windows drivers) en een handleiding voor de gebruiker.”

2.4. In de aanvraag van de BTI voor de “X Digital Audio Player” met een geheugencapaciteit van 1 GB is in rubriek 8, omschrijving van de goederen, voor zover van belang het volgende vermeld:

“Het Product bevat “embedded flash” geheugen (1 GB) voor de opslag van databestanden. De voornaamste componenten van het Product (anders dan de energiebron, de batterij) zijn een geheugenchip (voor de opslag van databestanden), een chip voor decodering van die databestanden, zoals muziekbestanden in (bijvoorbeeld) MP3-formaat, zodat deze afgeluisterd kunnen worden (opname/afspeel functie) en een chip met een digitale FM tuner.

(…)

Het Product wordt verkocht in één verpakking met een draagband, “stereo earphones”, een USB kabel voor overdracht van databestanden vanaf computers naar het Product, een batterij en een CD met bijbehorende software (“Musicmatch Jukebox software” en Windows drivers) en een handleiding voor de gebruiker.”

2.5. In de aanvraag van de BTI voor de “X D 1 MP 3 Player” met een geheugencapaciteit van 512 MB is in rubriek 8, omschrijving van de goederen, voor zover van belang het volgende vermeld:

“Het Product bevat “embedded flash” geheugen (512 MB) voor de opslag van databestanden. De voornaamste componenten van het Product (anders dan de energiebron, de batterij) zijn een geheugenchip (voor de opslag van databestanden), een chip voor decodering van die databestanden, zoals muziekbestanden in (bijvoorbeeld) MP3-formaat, zodat deze afgeluisterd kunnen worden (opname/afspeel functie) en een chip met een digitale FM tuner bevat.

(…)

Het Product wordt verkocht in één verpakking met een draagband, “sterep earphones”, een USB kabel voor overdracht van databestanden vanaf computers naar het product, een batterij en een CD met bijbehorende software (“value -added software/ content and user manual”) en een handleiding voor de gebruiker.”

2.6. In de aanvraag van de BTI voor de “X D 1 MP 3 Player” met een geheugencapaciteit van 1 GB is in rubriek 8, omschrijving van de goederen, voor zover van belang het volgende vermeld:

“Het Product bevat “embedded flash” geheugen (1 GB) voor de opslag van databestanden. De voornaamste componenten van het Product (anders dan de energiebron, de batterij) zijn een geheugenchip (voor de opslag van databestanden), een chip voor decodering van die databestanden, zoals muziekbestanden in (bijvoorbeeld) MP3-formaat, zodat deze afgeluisterd kunnen worden (opname/afspeel functie) en een chip met een digitale FM tuner bevat.

(…)

Het Product wordt verkocht in één verpakking met een draagband, “stereo earphones”, een USB kabel voor overdracht van databestanden vanaf computers naar het Product, een batterij en een CD met bijbehorende software (“value -added software/content and user manual”) en een handleiding voor de gebruiker.”

3. Geschil

3.1. In geschil is de indeling van de producten in de GN.

3.2. Eiseres concludeert tot gegrondverklaring van de beroepen, vernietiging van de uitspraak op bezwaar, vernietiging van de BTI’s en tot vaststelling dat de producten dienen te worden ingedeeld onder GN-code 8520 90 00.

3.3. Verweerder concludeert tot ongegrondverklaring van de beroepen.

3.4. Voor de standpunten van partijen verwijst de rechtbank naar de gedingstukken en naar het aangehechte proces-verbaal.

4. Van belang zijnde regelgeving

4.1. De door partijen voorgestane GN-codes luiden:

GN-code 8520 9090

8520 Toestellen voor het opnemen van geluid op magneetbanden en andere toestellen voor het opnemen van geluid, ook indien uitgerust voor het weergeven van geluid:

(...)

8520 90 – andere:

(...)

8520 9090 – – andere.

GN-code 8527 1399

8527 Ontvangsttoestellen voor radiotelefonie, radiotelegrafie of radio-omroep, ook indien in dezelfde kast gecombineerd met een toestel voor het opnemen of het weergeven van geluid of met een uurwerk:

– ontvangtoestellen voor radio-omroep, die zonder externe energiebron kunnen functioneren, toestellen waarmee tevens radiotelefonie of ratiotelegrafie kan worden ontvangen daaronder begrepen:

(...)

8527 13 – – andere toestellen gecombineerd met een toestel voor het opnemen of het weergeven van geluid:

(...)

– – – andere:

(…)

8527 1399 – – – – andere.

4.2. Indelingsregels

“Algemene regels voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur

Voor de indeling van goederen in de gecombineerde nomenclatuur gelden de volgende bepalingen.

1. De tekst van de opschriften van de afdelingen, van de hoofdstukken en van de onderdelen van hoofdstukken wordt geacht slechts als aanwijzing te gelden; voor de indeling zijn wettelijk bepalend de bewoordingen van de posten en de aantekeningen op de afdelingen of op de hoofdstukken en — voorzover dit niet in strijd is met de bewoordingen van bedoelde posten en aantekeningen — de navolgende regels.

2. a) De vermelding van een goed in een post heeft eveneens betrekking op dat goed in niet-complete of in niet-afgewerkte staat, voorzover dit de essentiële kenmerken van het complete of het afgewerkte goed vertoont. Deze vermelding heeft eveneens betrekking op een compleet of een afgewerkt goed of een op grond van de voorgaande volzin als zodanig aan te merken goed, indien het wordt aangeboden in gedemonteerde of in niet-gemonteerde staat.

b) Onder een in een post vermelde stof wordt niet alleen verstaan die stof in zuivere staat, doch ook vermengd of verbonden met andere stoffen. Evenzo worden onder werken van een genoemde stof niet alleen verstaan die werken die geheel uit die stof bestaan, doch ook werken die gedeeltelijk uit die stof bestaan. De vorenbedoelde mengsels en samengestelde werken worden ingedeeld met inachtneming van de onder 3 vermelde beginselen.

3. Indien goederen met toepassing van het bepaalde onder 2 b) of om enige andere reden vatbaar zijn voor indeling onder twee of meer posten, geschiedt de indeling als volgt:

a) de post met de meest specifieke omschrijving heeft voorrang boven posten met een meer algemene strekking. Indien echter twee of meer posten elk afzonderlijk slechts betrekking hebben op een gedeelte van de stoffen of bestanddelen waaruit een mengsel of een goed is samengesteld of op een gedeelte van de artikelen, in het geval van goederen in stellen of assortimenten opgemaakt voor de verkoop in het klein, worden die posten, met betrekking tot bedoelde mengsels en goederen, aangemerkt als even specifiek, zelfs indien een van de andere posten daarvan een volledigere of nauwkeurigere omschrijving geeft;

b) mengsels, werken die zijn samengesteld uit of met verschillende stoffen dan wel zijn vervaardigd door samenvoeging van verschillende goederen, zomede goederen in stellen of assortimenten opgemaakt voor de verkoop in het klein, waarvan de indeling niet mogelijk is aan de hand van het bepaalde onder 3 a), worden ingedeeld naar de stof of naar het goed waaraan de mengsels, de werken, de stellen of de assortimenten hun wezenlijk karakter ontlenen, indien dit kan worden bepaald;

c) in de gevallen waarin de indeling aan de hand van het bepaalde onder 3 a) en 3 b) niet mogelijk is, wordt van de verschillende in aanmerking komende posten, de post toegepast die in volgorde van nummering het laatst is geplaatst.

4. Goederen die niet kunnen worden ingedeeld overeenkomstig vorenstaande regels, worden ingedeeld onder de post die van toepassing is op de goederen waarmede zij de meeste overeenkomst vertonen.

5. Voor de hierna genoemde goederen gelden daarenboven de volgende regels:

a) etuis, foedralen en koffers voor camera's, voor muziekinstrumenten of voor wapens, dozen voor tekeninstrumenten, juwelenkistjes en dergelijke bergingsmiddelen, speciaal gevormd of ingericht voor het opbergen van een bepaald artikel of van een stel of assortiment van artikelen, geschikt voor herhaald gebruik en aangeboden met de artikelen waarvoor ze bestemd zijn, worden ingedeeld onder dezelfde post als die artikelen indien zij van de soort zijn die normaal daarmee wordt verkocht. Deze regel geldt echter niet voor bergingsmiddelen die aan het geheel het wezenlijk karakter verlenen;

b) behoudens het bepaalde onder 5 a) worden gevulde verpakkingsmiddelen [1] ingedeeld met de verpakte goederen indien zij van de soort zijn die normaal als verpakking voor die goederen wordt gebruikt. Deze regel is echter niet verplichtend voor verpakkingsmiddelen die klaarblijkelijk geschikt zijn voor herhaald gebruik.

6. Voor de indeling van goederen onder de onderverdelingen van een post zijn wettelijk bepalend de bewoordingen van die onderverdelingen en de aanvullende aantekeningen, alsmede "mutatis mutandis" de vorenstaande regels, met dien verstande dat uitsluitend onderverdelingen van gelijke rangorde met elkaar kunnen worden vergeleken. Voor de toepassing van deze regel en voorzover niet anders is bepaald, zijn de aantekeningen op de afdelingen en op de hoofdstukken eveneens van toepassing.”

Aantekening 3 op Afdeling XVI luidt als volgt:

“Voor zover niet anders is bepaald, worden combinaties van machines van verschillende soorten, die bestemd zijn om gezamenlijk te functioneren en die een geheel vormen, alsmede machines met twee of meer verschillende (afwisselende of aanvullende) functies, ingedeeld naar de hoofdfunctie die kenmerkend is voor het complex.”

4.3. In de verordening nr. 400/2006 van 8 maart 2006 wordt het volgende product op basis van de algemene regels 1 en 6 ingedeeld onder post 8527 13 99:

“Een draagbaar, op batterijen werkend toestel voor de ontvangst van radio-omroep, in dezelfde behuizing gecombineerd met een toestel voor het opnemen en weergeven van geluid. Het toestel bestaat uit de volgende elementen:

(i) flash-geheugen;

(ii) een microprocessor in de vorm van geïntegreerde schakelingen („chips”);

(iii) een elektronisch systeem, waaronder een audiofrequent-versterker;

(iv) een LCD-scherm;

(v) een radioafstemeenheid (tuner), en

(vi) bedieningsknoppen.

De microprocessor is geprogrammeerd voor het gebruik van het MP3-formaat.

De eenheid heeft stereo-, hoofd- en oortelefoonaansluitingen en een afstandsbediening.

Het toestel kan via een USB-poort op een automatische gegevensverwerkende machine worden aangesloten teneinde geluid in MP3 of andere formaten te downloaden of te uploaden. Ook kan het toestel spraak opnemen.

De opslagcapaciteit bedraagt 128 MB.”

5. Beoordeling van het geschil

5.1. Tussen partijen is niet in geschil dat de producten geluid kunnen opnemen en weergeven en een tuner bevatten voor FM-radio. Gelet op de objectieve kenmerken en eigenschappen van de producten zoals hierboven omschreven onder 2.2. en onder 2.3. tot en met 2.6. voldoen de producten aan de bewoordingen van GN-code 8527 13 99 en moeten deze op grond van indelingsregel 1 hieronder worden ingedeeld. Het beroep op aantekening 3 op afdeling XVI kan eiseres niet baten, nu de bewoordingen van GN-code een van deze aantekening afwijkende indeling inhouden en toepassing van de aantekening daarom in strijd zou zijn met de bewoordingen van post 8527. Het argument van eiseres dat de producten naast geluid ook andere soorten bestanden kunnen importeren, opslaan en exporteren acht de rechtbank van onvoldoende gewicht om de producten met toepassing van indelingsregel 1 niet onder post 8527 te kunnen indelen. De rechtbank is van oordeel dat deze functie van ondergeschikt belang is omdat deze bestanden zich niet onderscheiden van geluidsbestanden, in die zin dat beide bestaan uit een verzameling digitale codes en hetzelfde “embedded flash” geheugen benutten, alsmede dezelfde in- en uitvoerpoorten. Nu deze aantekening geen toepassing vindt, kan aan het bepalen van de hoofdfunctie van de producten niet worden toegekomen. De functie van het LCD-scherm is ondergeschikt aan de twee voornoemde functies en heeft geen zelfstandige betekenis.

5.2. De rechtbank ontleent steun voor voornoemd oordeel aan Verordening 2006/400, gelet op het oordeel van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen in het arrest Krings (4 maart 2004, zaak C-130/02). Geoordeeld werd dat toepassing naar analogie van een indelingsverordening op producten die vergelijkbaar zijn met die waarop deze verordening betrekking heeft, bevorderend is voor een coherente uitlegging van de GN en voor de gelijke behandeling van de deelnemers aan het economische verkeer. Het product dat in Verordening 2006/400 wordt beschreven, is vergelijkbaar met de producten van eiseres. De verschillen, naar de rechtbank begrijpt vooral het verschil in de omvang van het geheugen, doen niet af aan de vergelijkbaarheid van de producten nu de onderhavige verschillen in geheugencapaciteit behoren tot de variaties die doorgaans worden aangetroffen in de desbetreffende producten en deze variaties niet tot gevolg hebben dat de producten van eiseres niet de karakteristieke kenmerken en eigenschappen hebben op basis waarvan het in Verordening 2006/400 beschreven product is ingedeeld onder GN-code 8527 1399.

Gelet op het vorenoverwogene dienen de beroepen ongegrond te worden verklaard.

6. Proceskosten

De rechtbank vindt geen aan¬lei¬ding voor een proceskostenveroordeling.

7. Beslissing

De rechtbank verklaart de beroepen ongegrond.

Deze uitspraak is gedaan op 28 januari 2008 en op dezelfde dag in het openbaar uitgesproken door mr. A. van Dongen, voorzitter, mr. A.J. Roke en mr. G.W.S. de Groot, rechters, in tegenwoordigheid van mr. V.M. Maat, griffier.

Afschrift verzonden aan partijen op:

De rechtbank heeft geen bezwaar tegen afgifte door de griffier van een afschrift van de uitspraak in geanonimiseerde vorm.

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kunnen partijen binnen zes weken na de verzenddatum hoger beroep instellen bij het gerechtshof te Amsterdam (douanekamer), Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.

Bij het instellen van hoger beroep dient het volgende in acht te worden genomen:

1 - bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd;

2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:

a. de naam en het adres van de indiener;

b. een dagtekening;

c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het hoger beroep is ingesteld;

d. de gronden van het hoger beroep.