Home

Rechtbank Haarlem, 20-12-2011, BV3686, AWB 11/587 & 11/588

Rechtbank Haarlem, 20-12-2011, BV3686, AWB 11/587 & 11/588

Gegevens

Instantie
Rechtbank Haarlem
Datum uitspraak
20 december 2011
Datum publicatie
13 februari 2012
ECLI
ECLI:NL:RBHAA:2011:BV3686
Formele relaties
Zaaknummer
AWB 11/587 & 11/588

Inhoudsindicatie

Douane. Indeling bamboeplaten.

Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM

Sector bestuursrecht, meervoudige douanekamer

Zaaknummers: AWB 11/587 en 11/588

Uitspraakdatum: 20 december 2011

Uitspraak in de gedingen tussen

[X] B.V., gevestigd te [Z] eiseres,

gemachtigde: A.P. van Breukelen,

en

de inspecteur van de Belastingdienst/[P], verweerder.

1. Ontstaan en loop van de gedingen

1.1. Verweerder heeft aan eiseres 23 uitnodigingen tot betaling (hierna: utb’s) opgelegd terzake douanerechten op industriële producten.

1.2. Verweerder heeft bij twee afzonderlijke uitspraken op bezwaar van 20 december 2010

– voor zover thans van belang – de bezwaren afgewezen.

1.3. Eiseres heeft daartegen beroep ingesteld. Verweerder heeft op de zaken betrekking hebbende stukken overgelegd, monsters van de in te delen goederen meegezonden en een verweerschrift ingediend.

1.4. Eiseres heeft vóór de zitting nadere stukken ingediend. Deze stukken zijn in afschrift verstrekt aan verweerder.

1.5. Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 2 december 2011. Namens eiseres is daar verschenen haar directeur [A], bijgestaan door voornoemde gemachtigde en diens kantoorgenoot A.M. van Lent. Namens verweerder is verschenen mr. A.A. Kop.

2. Tussen partijen vaststaande feiten

2.1. In de periode 22 juni 2010 tot en met 29 september 2010 heeft eiseres 23 aangiften ten invoer gedaan voor goederen die in de aangiften telkens zijn omschreven als “triplex- en multiplexhout, met fineer bekleed hout en op dergelijke wijze gelaagd hout, van bamboe”. De aangegeven goederencode is telkens 4412 1000.

2.2. De goederen betreffen platen van bamboe. De binnenzijde van de platen bestaat uit diverse lagen verlijmde bamboestrips die op verschillende manieren op elkaar zijn geplakt. De houtrichting van de middelste laag is loodrecht op de houtrichting van de buitenste lagen. De buitenzijde van de platen bestaat uit horizontaal verlijmde bamboestrips. Bij de opbouw van de platen onderscheidt men de varianten “plain” (in de buitenste laag liggen de latjes plat), “side” (in de buitenste laag staan de latjes rechtop) en “woven” (de buitenste laag bestaat uit verdicht hout wat het product harder maakt met het oog op bepaalde toepassingen). De bamboeplaten worden (na be- of verwerking) gebruikt voor onder meer lambrisering, bovenbladen van kasten en bureaus, keukenbladen, tafelbladen, (kast)deuren en tuinmeubelen.

2.3. Bij de stukken bevindt zich een kopie van een bindende tariefinlichting (hierna: bti) met nummer BE D.T.259.650 die door de Centrale Administratie der douane en accijnzen te Brussel op 21 november 2008 is afgegeven aan eiseres. De bti bevat de volgende goederenomschrijving:

“Karamelkleurige panelen samengesteld uit 3 lagen onder druk verlijmde bamboestrippen (vertikaal verlijmd) met een lengte/breedte/dikte van respectievelijk ongeveer 150 x 1,5 x 0,5 cm. De houtrichting van de middelste laag is loodrecht op de houtrichting van de buitenste lagen.”

De handelsbenaming van het goed luidt:

“[B] MASSIEF PANEEL BP-LJN MP1490

SIDE PRESSED CARAMEL (30 mm)”.

Het goed is ingedeeld onder GN-code 4412 1000. Als reden voor de indeling worden genoemd indelingsregels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, de bewoordingen van post 4412 en van GN-code 4412 1000 en aantekeningen 4 en 6 op Hoofdstuk 44.

2.4. Voorts bevindt zich bij de stukken een kopie van een bti met nummer BE D.T.259.652 die door de Centrale Administratie der douane en accijnzen te Brussel op 21 november 2008 is afgegeven aan eiseres. De bti bevat de volgende goederenomschrijving:

“Panelen samengesteld uit 3 lagen onder druk verlijmde bamboestrippen (vertikaal verlijmd) met een lengte/breedte/dikte van respectievelijk ongeveer 150 x 1,5 x 0,5 cm. De houtrichting van de middelste laag is loodrecht op de houtrichting van de buitenste lagen. De panelen hebben een natuurlijke kleur.”

De handelsbenaming van het goed luidt:

“[B] MASSIEF PANEEL BP-LJN MP1410

SIDE PRESSED NATUREL (20 mm)”.

Het goed is ingedeeld onder GN-code 4412 1000. Als reden voor de indeling worden genoemd indelingsregels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, de bewoordingen van post 4412 en van GN-code 4412 1000 en aantekeningen 4 en 6 op Hoofdstuk 44.

2.5. Het tegen deze bti’s ingestelde bezwaar is afgewezen. De Rechtbank van Eerste Aanleg te Brussel heeft bij vonnis van 6 september 2011 het daartegen ingestelde beroep afgewezen en heeft daartoe onder meer overwogen:

“(…)

Eisende partij kan in haar discours aangaande fineer niet worden gevolgd nu er naast Triplex en multiplex hout en tweedens, met fineer bekleed hout nog een derde categorie goederen in deze post is ingedeeld, namelijk ‘op dergelijke wijze gelaagd hout’.

(…)”

3. Geschil

3.1. In geschil is de indeling in de gecombineerde nomenclatuur van de bamboeplaten. Dit geschil strekt zich niet meer uit over de indeling van de bamboeplaten waarop de drie op 22 en 29 juni 2010 uitgereikte utb’s betrekking hebben, aangezien het beroep ter zitting in zoverre is ingetrokken.

3.2. Eiseres stelt zich op het standpunt dat de bamboeplaten moeten worden ingedeeld onder GN-code 4421 9098. Verweerder staat een indeling onder GN-code 4412 1000 voor.

3.3. Voor de onderbouwing van de standpunten van partijen wordt verwezen naar de stukken van het geding en het verhandelde ter zitting.

4. Het toepasselijke recht

4.1. Post 4412 1000 (tekst 2010)

4412 Triplex- en multiplexhout, met fineer bekleed hout en op dergelijke wijze gelaagd hout:

4412 10 00 - van bamboe

(…)

4.2. Post 4421 9098 (tekst 2010)

4421 Andere houtwaren

(…)

4421 90 - andere

(…)

4421 90 98 - - andere

4.3. Aantekeningen 1en 6 bij Hoofdstuk 44:

“1. Dit hoofdstuk omvat niet:

(…)

b) bamboe en andere houtachtige stoffen van de soort voornamelijk gebruikt voor vlechtwerk, onbewerkt, ook indien gespleten, overlangs gezaagd of op lengte gesneden (post 1401);

(…)

6. Behoudens het bepaalde in aantekening 1 hiervoor en voor zover uit de context niet het tegendeel blijkt, is de vermelding van „hout” in een post van dit hoofdstuk eveneens van toepassing op bamboe en andere houtachtige stoffen.”

4.4. Toelichting IDR post 4412:

“Deze post omvat:

1. triplex- en multiplexhout bestaande uit drie of meer lagen fineer, die opeen zijn gelijmd en geperst, meestal op zodanige wijze dat de draad of vezelrichting van twee opeenvolgende lagen elkaar onder een bepaalde hoek kruisen, waardoor de ene fineerlaag verhindert dat de volgende in de breedte werkt (het werken wordt versperd, vandaar de Duitse benaming Sperrholz) en stevige, niet-werkende platen of panelen worden verkregen. De onderscheiden fineerlagen worden in het Frans pli en in het Engels ply genoemd (vandaar de Engelse benaming plywood). Het hout tussen de dekbladen (buitenste lagen) heet blindfineer;

2. met fineer bekleed hout, dat wil zeggen planken of panelen, bestaande uit een laag fineer die onder druk is gelijmd op een drager van hout van meestal slechtere kwaliteit. Hier worden ook ingedeeld, platen en panelen van fineer gelijmd op andere stoffen dan hout (bijvoorbeeld op kunststof), op voorwaarde dat de fineerlaag het wezenlijke karakter van de plaat of het paneel bepaalt;

3. op dergelijke wijze gelaagd hout. In deze groep onderscheidt men twee categorieën:

1. meubelplaten en dergelijke platen, die kunnen worden gebruikt zonder lijst, geraamte of versterking aan de rugzijde. De vulling of binnenlaag kan bestaan uit ruwe planken (plankenvulling), gelijmde latten (lattenvulling) en blokgelijmde staafjes (staafjesvulling). Men verkrijgt zodoende stevige panelen van enige centimeters dikte, die zware lasten kunnen dragen, zonder daarbij vervorming te ondergaan. Bepaalde platen hebben een vulling van aaneengelijmde houtafval of ander materiaal dan hout, zoals asbest, kurk, enz.;

2. samengestelde platen. Bij dit soort platen is de vulling of binnenlaag vervangen door andere materialen, zoals spaanplaat, vezelplaat, aaneengelijmd houtafval, asbest of kurk.”

4.5. Toelichting IDR post 4421:

“Deze post omvat alle artikelen van al dan niet gedraaid hout of van inlegwerk van hout, die niet zijn genoemd en niet zijn begrepen onder de voorgaande posten van dit hoofdstuk en ook niet onder andere hoofdstukken van de nomenclatuur (zie onder meer Aantekening 1 IDR op dit hoofdstuk), ongeacht hun samenstelling.

Hieronder vallen eveneens houten delen van artikelen, bedoeld bij vorige posten, andere dan die van post 44.16.

De artikelen bedoeld bij deze post mogen zowel zijn vervaardigd van gewoon hout, als van spaanplaat of dergelijke platen, van vezelplaat, van gelaagd hout of van verdicht hout (zie Aantekening 3 IDR op dit hoofdstuk).

Hier worden met name ingedeeld:

1. spoelen, cops en klossen, voor het spinnen of voor het weven en klossen voor naaigaren, enz. Deze artikelen die gewoonlijk dienen voor het opwinden van garens of metaaldraad bestaan in de regel uit een kegel- of cilindervormige schacht van gedraaid hout, die meestal over de gehele lengte is doorboord en al dan niet is voorzien van een rand aan een of aan beide zijden. Deze post omvat ook klossen bestaande uit een schacht van gedraaid hout, met flenzen of kragen van hout of van andere stoffen, die meestal gebruikt worden voor het oprollen van geïsoleerd draad voor het geleiden van elektriciteit;

2. materieel voor het boerenbedrijf (konijnenhokken, kippenhokken en andere hokken, bijenkorven, kooien, troggen, jukken, enz.);

3. toneelschermen, schrijnwerkersbanken, naairamen met spanschroef voor het strak houden van draden bij het handboekbinden, ladders en lage trapjes (met drie of vier treden), schragen, letters, cijfers, uithangborden en dergelijke artikelen, labels voor de tuinbouw, verkeersborden, tandenstokers, rolgordijnen, jalouzieën en dergelijke artikelen, mallen, gordijn- en jalouzierollen met of zonder veren, latwerk voor afrasteringen, spoorbomen, kleerhangers, was- en strijkplanken, wasknijpers, spieën, wiggen of keggen voor timmerwerk, roerstokken, roeispanen en pagaaien, roeren, doodkisten, enz.;

4. blokjes voor bestrating, houten blokjes, van gelijke afmetingen, met in de regel rechte hoeken. Zij worden verkregen op een afkortzaag met diverse zaagbladen. Op de zijkanten van bedoelde blokjes zijn soms klosjes gespijkerd, om na het leggen tussenruimten te laten, die de blokjes speling geven bij het krimpen en uitzetten;

5. hout, dat geschikt is gemaakt voor de vervaardiging van lucifers.

Hiermede worden onder meer luciferhoutjes of -stokjes bedoeld, die verkregen worden door houtdraad op de gebruikelijke luciferlengte te snijden, maar vooral door afgestoken of geschild hout te verdelen in stroken of strippen ter breedte van een luciferlengte en door die stroken of strippen vervolgens in stokjes of houtjes van de gebruikelijke afmetingen te snijden. Zij kunnen ook in groot getal worden vervaardigd door een blok hout in een bepaalde machine in één bewerking in stokjes te verdelen. Bedoelde luciferhoutjes mogen geïmpregneerd zijn met chemicaliën, zoals ammoniumfosfaat, maar mogen niet zijn voorzien van ontvlambare koppen. Tot dezelfde groep behoren eveneens houtstrippen of -stroken, die aan één zijde zijn getand of uitgekeept en dienen voor de vervaardiging van lucifers in boekjes;

6. schoenpinnen, op dezelfde wijze verkregen als luciferhoutjes. Zij zijn rond, vierkant of rechthoekig en aan één uiteinde aangepunt. Zij worden evenals schoenspijkers gebruikt voor het oppinnen van schoenzolen;

7. inhoudsmaten, andere dan die voor keukengebruik, bedoeld bij post 44.19;

8. houten heften voor tafelmessen, lepels en vorken;

9. panelen bestaande uit enkel gezaagde houten latten, opeengelijmd ter vergemakkelijking van het transport of met het oog op een latere bewerking;

10. geprofileerd hout, verkregen door het samenvoegen van een profiel met een stuk hout of een ander profiel (ander dan dat bedoeld bij post 44.18).”

5. Beoordeling van het geschil

5.1. Voor de indeling zijn de bewoordingen van de posten en de aantekeningen op de afdelingen of op de hoofdstukken wettelijk bepalend. Volgens vaste jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Unie dient omwille van de rechtszekerheid en ter vergemakkelijking van de controles de indeling van goederen te geschieden op basis van objectieve kenmerken en eigenschappen van de producten, die bij de inklaring geverifieerd kunnen worden. Het is eveneens vaste rechtspraak dat de toelichtingen op de GN, hoewel rechtens niet bindend, belangrijke hulpmiddelen bij de uitlegging van de draagwijdte van de verschillende posten zijn.

5.2. Het geschil spitst zich toe op het antwoord op de vraag of sprake is van ‘op dergelijke wijze gelaagd hout’ als bedoeld in de GS-toelichting op post 4412. Eiseres stelt zich op het standpunt dat daarvan geen sprake is, aangezien de buitenlaag van de in te delen goederen niet is te kwalificeren als fineer of als een product dat een gelijke opbouw heeft als fineer. Verweerder is de mening toegedaan dat de woorden ‘op dergelijke wijze’ niet verwijzen naar de aard van het materiaal waaruit de lagen moeten bestaan, maar naar de gelaagdheid zelf.

5.3. De rechtbank is van oordeel dat met de woorden ‘op dergelijke wijze gelaagd hout’ in de GS-toelichting op post 4412 wordt verwezen naar hetgeen in die toelichting over de gelaagde opbouw van triplex- en multiplexhout is opgenomen en niet naar het materiaal waaruit de eerder in de toelichting genoemde lagen moeten bestaan. Ware dit anders en zou, gelijk eiseres voorstaat, de buitenlaag van de categorie ‘op dergelijke wijze gelaagd hout’ uit fineer moeten bestaan, dan zou in de visie van eiseres een bamboeproduct nooit onder GN-code 4421 1000 kunnen worden ingedeeld, aangezien bamboestrippen, ook als zij aan elkaar geplakt zijn, niet zijn aan te merken als fineer. De rechtbank vindt voor haar oordeel steun in de hiervoor onder 2.5 genoemde uitspraak van de Rechtbank van Eerste Aanleg te Brussel van 6 september 2011. Gelet op de onder 2.2 beschreven objectieve kenmerken en eigenschappen van het product moet het worden ingedeeld onder post 4412 1000. Indeling onder post 4421 is daarom niet mogelijk. Het gelijk is derhalve aan verweerder.

5.4. Gelet op het vorenoverwogene dienen de beroepen ongegrond te worden verklaard.

6. Proceskosten

De rechtbank ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

7. Beslissing

De rechtbank verklaart de beroepen ongegrond.

Deze uitspraak is gedaan door mr. M.H.L.C. Bijvoet, voorzitter, mr. A.J. Roke en

mr. A. van Dongen, rechters, in tegenwoordigheid van E. Hoekman, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 20 december 2011.

Afschrift verzonden aan partijen op:

De rechtbank heeft geen bezwaar tegen afgifte door de griffier van een afschrift van de uitspraak in geanonimiseerde vorm.

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kunnen partijen binnen zes weken na de verzenddatum hoger beroep instellen bij het gerechtshof te Amsterdam (douanekamer), Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.

Bij het instellen van hoger beroep dient het volgende in acht te worden genomen:

1 - bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd;

2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:

a. de naam en het adres van de indiener;

b. een dagtekening;

c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het hoger beroep is ingesteld;

d. de gronden van het hoger beroep.