Rechtbank Haarlem, 12-03-2012, ECLI:NL:RBHAA:2012:562 BW0063, 10/2852
Rechtbank Haarlem, 12-03-2012, ECLI:NL:RBHAA:2012:562 BW0063, 10/2852
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Haarlem
- Datum uitspraak
- 12 maart 2012
- Datum publicatie
- 27 maart 2012
- ECLI
- ECLI:NL:RBHAA:2012:BW0063
- Zaaknummer
- 10/2852
Inhoudsindicatie
Indeling in de gecombineerde nomenclatuur van industrie- en garagedeuren.
Uitspraak
RECHTBANK HAARLEM
Sector bestuursrecht, meervoudige douanekamer
Zaaknummer: AWB 10/2852
Uitspraakdatum: 12 maart 2012
Uitspraak in het geding tussen
[X] B.V., gevestigd te [Z], eiseres,
gemachtigde: K. Winters,
en
de inspecteur van de Belastingdienst/[P], verweerder.
1. Ontstaan en loop van het geding
1.1. Verweerder heeft aan eiseres over het jaar 2008 een uitnodiging tot betaling (hierna: utb) (utb-nummer [NUMMER A]) opgelegd tot een bedrag van € 17.216,42 aan douanerecht.
1.2. Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 29 april 2010 de utb verminderd met
€ 177,22.
1.3. Eiseres heeft daartegen beroep ingesteld. Verweerder heeft op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend.
1.4. Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 30 januari 2012.
Namens eiseres zijn verschenen drs. [A] en mr. [B], kantoorgenoten van de gemachtigde, bijgestaan door [C]. Namens verweerder zijn verschenen
mr. C.C. Dekker en mr. B.C. Brouwer.
2. Tussen partijen vaststaande feiten
2.1. Eiseres is producent van industrie- en garagedeuren, waaronder overheaddeuren. Het voor de bediening van deze overheaddeuren benodigde systeem koopt eiseres aan bij leverancier [BEDRIJF A]. uit [LAND]. Eiseres verkoopt de genoemde deuren inclusief bedieningssysteem via haar dealernetwerk aan eindgebruikers. Eiseres levert niet rechtstreeks aan consumenten. De industrie- en garagedeuren worden volledig naar wens van de eindgebruiker op maat geproduceerd en worden door de dealers geplaatst bij de eindgebruiker. Afhankelijk van de wensen van de afnemers kunnen verschillende bedieningssystemen worden geleverd.
2.2. Namens eiseres is op 29 oktober 2008 aangifte gedaan voor de douaneregeling brengen in het vrije verkeer van kabeltrommels en veerpluggen onder de goederencode 8412 90 80 met als goederenomschrijving “kennelijke delen voor andere motoren”. De kabeltrommel is een hefkabel en is een deel van het systeem dat er voor zorgt dat de deur omhoog kan worden gehesen. De veerplug houdt de veer gespannen op een punt, zodat de deur in balans wordt gehouden.
2.3. Namens eiseres is op 5 november 2008 aangifte gedaan voor de douaneregeling brengen in het vrije verkeer van looprollen onder de goederencode 8302 41 00 met als goederenomschrijving “beslag voor gebouwen van onedel metaal”. De looprol heeft een as waaraan een gelagerd wieltje is bevestigd. De looprol wordt bij de constructie van de overheaddeur in een looprolhouder geplaatst. De wieltjes van de looprolhouder vallen in een geleideprofiel. De wieltjes verlichten de wrijving bij het openen en sluiten van de deur en houden de deur in positie.
2.4. Namens eiseres is op 14 november 2008 aangifte gedaan voor de douaneregeling brengen in het vrije verkeer van aluminium bodemconsoles onder de goederencode 8302 41 00 met als goederenomschrijving “beslag van onedel metaal voor gebouwen”. Bodemconsoles worden bevestigd aan het onderste paneel van de deur. Een hefkabel wordt aan de bodemconsole bevestigd, zodat de deur omhoog kan worden gehesen.
2.5. Namens eiseres is op 14 november 2008 aangifte gedaan voor de douaneregeling brengen in het vrije verkeer van “shafts with keyway” onder de goederencode 8431 39 70 met als goederenomschrijving “delen van machines of toestellen bedoeld bij post 84.28”.
2.6. Namens eiseres is op 28 februari 2008 aangifte gedaan voor de douaneregeling brengen in het vrije verkeer van aluminium koppelingen onder de goederencode 8483 60 80 met als goederenomschrijving “andere koppelingen”. De aluminium koppelingen worden gebruikt om assen aan elkaar te koppelen, waardoor een as kan worden verlengd.
2.7. Namens eiseres is op 5 november 2008 aangifte gedaan voor de douaneregeling brengen in het vrije verkeer van kogellagers onder de goederencode 8483 20 90 met als goederenomschrijving “kussenblokken, andere”.
2.8. Op grond van artikel 78 van het Communautair douanewetboek heeft de douane bij eiseres een controle na invoer ingesteld. Hiervan is een controlerapport opgesteld met datum 19 november 2009. Op basis van de resultaten van dit onderzoek heeft verweerder de utb opgelegd.
Voor zover een artikel niet in het bijzonder wordt genoemd, worden de artikelen hierna aangeduid als: “de goederen”.
3. Geschil en standpunten van partijen
3.1. In geschil is de indeling in de gecombineerde nomenclatuur (hierna: GN) van de onder 2 genoemde goederen.
3.2. Eiseres staat indeling van de goederen onder post 8431 voor. Eiseres concludeert tot gegrondverklaring van het beroep, vernietiging van de uitspraak op bezwaar en vernietiging van de utb.
3.3. Verweerder staat indeling van de aluminium kabeltrommels, veerpluggen en bodemconsoles onder post 7610 voor. De looprollen moeten volgens verweerder worden ingedeeld onder post 8483, de kogellagers onder post 8482 en de shafts with keyway en de koppelingen onder post 8483. Verweerder concludeert tot ongegrondverklaring van het beroep.
3.4. Ter zitting heeft gemachtigde bevestigd dat de onder 2.7 genoemde kogellagers niet meer in geschil zijn, zodat de rechtbank deze hierna niet zal bespreken.
4. Relevante tariefposten, aantekeningen en toelichtingen
Post 7610 van de GN luidt, voor zover van belang, als volgt:
7610 Constructiewerken en delen van constructiewerken (bijvoorbeeld bruggen, brugdelen, torens, vakwerkmasten en andere masten, pijlers, kolommen, kapconstructies, deuren en ramen, alsmede kozijnen daarvoor, drempels, luiken, balustrades), van aluminium, andere dan de geprefabriceerde bouwwerken bedoeld bij post 9406; platen, staven, profielen, buizen en dergelijke, van aluminium, gereedgemaakt voor gebruik in constructiewerken:
7610 10 00 - deuren en ramen, alsmede kozijnen daarvoor en drempels
7610 90 - andere:
7610 90 10 - - bruggen en brugdelen; vakwerkmasten en andere masten
7610 90 90 - - andere
Post 8428 van de GN luidt als volgt:
8428 Andere hef-, hijs-, laad- en losmachines en -toestellen, alsmede andere machines en toestellen voor het hanteren van goederen (bijvoorbeeld liften, roltrappen, transportbanden, kabelbanen):
Toelichting IDR op post 8428 luidt als volgt:
“Met uitzondering van de hef- en hijsmachines en -toestellen en de machines en toestellen voor het hanteren van goederen, bedoeld bij een der posten 84.25 tot en met 84.27, omvat deze post een grote verscheidenheid van machines en toestellen voor het mechanisch hanteren (heffen, hijsen, verplaatsen, laden, lossen, enz.) van materialen of van andere goederen (…).
Het merendeel van de bij post 84.28 bedoelde toestellen en installaties bestaat uit een mechanisme met bijvoorbeeld takels, lieren, vijzels in een omvangrijke metaalconstructie.
De statische delen van deze constructies (masten voor kabelbanen, enz.) worden onder deze post ingedeeld indien zij tegelijk met de toestellen voor het heffen of hanteren van goederen worden aangeboden.
Indien zij afzonderlijk worden aangeboden, vallen zij onder post 84.31, voor zover zij zijn voorzien – of zijn ingericht om voorzien te worden – van mechanische delen (wielen, rollen, katrollen, looprails, geleiderails, enz.) die noodzakelijk zijn voor de werking van de bewegende delen van de complete machine; in het tegenovergestelde geval behoren zij tot post 73.08.”
Post 8431 van de GN luidt, voor zover van belang, als volgt:
8431 Delen waarvan kan worden onderkend dat zij uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd zijn voor de machines of toestellen bedoeld bij de posten 8425 tot en met 8430:
8431 10 00 - van machines of toestellen bedoeld bij post 8425
8431 20 00 - van machines of toestellen bedoeld bij post 8427
- van machines of toestellen bedoeld bij post 8428:
8431 31 00 - - van personen- of goederenliften (bakkenliften daaronder begrepen), dan wel van roltrappen
8431 39 - - andere:
8431 39 10 - - - van machines en toestellen voor walserijen bedoeld bij onderverdeling
8428 90 30
8431 39 70 - - - andere
Post 8479 van de GN luidt, voor zover van belang, als volgt:
8479 Machines en mechanische toestellen met een eigen functie, niet genoemd of niet begrepen onder andere posten van dit hoofdstuk:
(…)
8479 90 - delen:
8479 90 20 - - van gietijzer of van gegoten staal
8479 90 80 - - andere
Toelichting IDR op post 8479 luidt, voor zover van belang, als volgt:
“Deze post is beperkt tot machines en mechanische toestellen die een eigen functie hebben, en die:
1. niet van dit hoofdstuk zijn uitgezonderd door de werking van een aantekening op een afdeling of op een hoofdstuk;
2. niet specifieker zijn bedoeld bij een post van een ander hoofdstuk; en
3. niet ingedeeld kunnen worden onder een bepaalde post van dit hoofdstuk, omdat:
1. geen andere post de machines en toestellen omvat door een verwijzing naar hun functie, omschrijving of type; en
2. geen andere post de machines en toestellen omvat door een verwijzing naar hun gebruik of naar de industrie waar ze worden toegepast; of
3. ze onder twee (of meer) andere posten van dit hoofdstuk zouden kunnen worden ingedeeld (machines voor algemene toepassing).
De machines en mechanische toestellen bedoeld bij deze post onderscheiden zich van de delen van machines en toestellen die overeenkomstig de regels als delen van machines en toestellen worden ingedeeld, door de omstandigheid dat zij een eigen functie hebben.
Voor de toepassing van het vorenstaande worden geacht een eigen functie te hebben:
1. mechanische inrichtingen met of zonder motor of andere krachtmachines, die geheel onafhankelijk van elke andere machine, van elk ander toestel of ander werktuig kunnen functioneren.
(…)
2. mechanische inrichtingen die slechts kunnen functioneren indien zij op een andere machine, een ander toestel of werktuig zijn gemonteerd of zijn opgenomen in een meer complex geheel, onder voorwaarde evenwel dat hun functie:
1. zich onderscheidt van die van de machine, het toestel of het werktuig waarop zij moeten worden gemonteerd of van die van het geheel waarvan zij deel gaan uitmaken, en
2. geen integrerend en onscheidbaar deel vormt van de functie van die machine, dat toestel, werktuig of geheel.
(…)
Delen
Met inachtneming van de regels betreffende de indeling van delen (zie de toelichting IDR (algemene opmerkingen) opgenomen in aant. 1 op Aantekening 2 IDR op afdeling XVI) zijn hieronder mede begrepen delen van tot post 84.79 behorende machines en toestellen, vormen daaronder begrepen, andere dan die elders zijn genoemd (bijvoorbeeld post 84.80).
(…)
Toelichting EG op post 8479 89 97 luidt, voor zover van belang:
Tot deze onderverdeling behoren bijvoorbeeld:
1. systemen voor het openen van garagedeuren; dit zijn mechanische toestellen voor het automatisch openen en sluiten van kanteldeuren van garages door middel van afstandsbediening. Ze worden aan het plafond van de garage bevestigd en bestaan hoofdzakelijk uit een elektrische servomotor met een aandrijfas, een verbindingsrail met een inrichting voor de krachtoverbrenging en een trekarm die aan de garagedeur wordt bevestigd. De servomotor is met een kabel verbonden met het in de garage geïnstalleerde ontvangtoestel voor de draadloze afstandsbediening die de stroom voor de voeding van de servomotor inschakelt op het moment dat het besturingssignalen ontvangt van het in de auto geplaatste zendtoestel voor de afstandsbediening.
(…)”
Post 8483 van de GN luidt, voor zover van belang, als volgt:
8483 Drijfwerkassen (nokkenassen en krukassen daaronder begrepen) en krukken; kussenblokken en lagerschalen; getande overbrengingen en wrijvingswielen; kogellager- en rollagerassen; tandwielkasten en andere overbrengingsmechanismen voor het opvoeren, vertragen of anderszins aanpassen van de snelheid (koppelomvormers daaronder begrepen); vliegwielen en riemschijven (takelblokken daaronder begrepen); koppelingen en koppelingsorganen (beweeglijke koppelingen zoals cardankoppelingen daaronder begrepen)
8483 10 – drijfwerkassen (nokkenassen en krukassen daaronder begrepen) en krukken:
(…)
8483 1095 – – andere
(…)
8483 40 – getande overbrengingen en wrijvingswielen, andere dan afzonderlijk aangeboden tandwielen en andere elementaire overbrengingsorganen; kogellager- en rollagerassen; versnellingsbakken en andere overbrengingsmechanismen voor het opvoeren, vertragen of anderszins aanpassen van de snelheid (koppelomvormers daaronder begrepen):
– – getande overbrengingen:
(…)
8483 4030 – – kogellager- en rollagerassen
(…)
8483 60 - koppelingen en koppelingsorganen (beweeglijke koppelingen daaronder begrepen):
8483 60 20 - - van gietijzer of van gegoten staal
8483 60 80 - - andere
Aantekening 1 op afdeling XV van de GN, voor zover van belang, luidt als volgt:
“1. Deze afdeling omvat niet:
(…)
f) artikelen bedoeld bij afdeling XVI (machines, toestellen en elektrotechnisch materieel);
(…)”
Aantekening 2 op afdeling XVI van de GN luidt, voor zover van belang, als volgt:
“Behoudens het bepaalde in aantekening 1 op deze afdeling en in de aantekeningen 1 op de hoofdstukken 84 en 85, worden delen van machines (andere dan delen van artikelen bedoeld bij post 8484, 8544, 8545, 8546 of 8547) ingedeeld met inachtneming van de volgende regels:
a) delen die als zodanig onder een van de posten van hoofdstuk 84 of 85 (andere dan de posten 8409, 8431, 8448, 8466, 8473, 8487, 8503, 8522, 8529, 8538 en 8548) kunnen worden ingedeeld, blijven onder die posten ingedeeld, ongeacht de machine waarvoor zij bestemd zijn;
b) delen, andere dan die bedoeld onder a) hiervoor, waarvan kan worden onderkend dat zij uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd zijn voor een bepaalde machine of voor verschillende onder eenzelfde post vallende machines (met inbegrip van die bedoeld bij post 8479 of 8543), worden ingedeeld onder de post waaronder die machine valt of die machines vallen of onder een der posten 8409, 8431, 8448, 8466, 8473, 8503, 8522, 8529 of 8538, naar gelang van het geval; delen die hoofdzakelijk worden gebruikt zowel voor de goederen bedoeld bij post 8517 als voor die bedoeld bij de posten 8525 tot en met 8528, worden echter ingedeeld onder post 8517;
(…)”
Toelichting IDR op aantekening 2, luidt, voor zover van belang, als volgt:
“Met inachtneming van de uitzonderingen genoemd onder I van de algemene opmerkingen (zie aant. 1 op het opschrift van afdeling XVI), worden delen, waarvan kan worden onderkend dat zij uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd zijn voor een bepaalde machine of voor een bepaald toestel, dan wel voor verschillende onder eenzelfde post vallende machines of toestellen (met inbegrip van die bedoeld bij post 84.79 of 85.43), in principe ingedeeld onder de post waaronder die machines of die toestellen vallen. Bepaalde delen zijn evenwel onder afzonderlijke posten opgenomen.
Dit geldt voor:
(…)
delen van de machines bedoeld bij de posten 84.25 tot en met 84.30 (post 84.31);
(…)
Het vorige lid vindt evenwel geen toepassing op delen die als zodanig onder een van de posten van hoofdstuk 84 of 85 (met uitzondering van de posten 84.87 en 85.48) kunnen worden ingedeeld. Bedoelde delen volgen hun eigen indeling, ook indien zij speciaal voor een bepaalde machine bestemd zijn.
Dit is onder meer het geval voor:
(…)
- hef-, hijs-, laad- en losmachines en -toestellen en machines en toestellen voor het hanteren van goederen, enz., bedoeld bij post 84.25, 84.26, 84.28 of 84.86;
- kranen en dergelijke artikelen, bedoeld bij post 84.81;
- kogellagers, naaldlagers, rollagers en dergelijke lagers en gekalibreerde stalen kogels (post 84.82);
- drijfwerkassen, krukken en krukassen, kussenblokken en lagerschalen, tandwielen, wrijvings- wielen, tandwielkasten en andere overbrengingsmechanismen voor het opvoeren, vertragen of het anderszins regelen van de snelheid, vliegwielen, riemschijven, koppelingen, koppelingsorganen en bewegelijke koppelingen, bedoeld bij post 84.83;
(…)”
Aantekening 5 op afdeling XVI luidt als volgt:
“Voor de toepassing van vorenstaande aantekeningen heeft het woord ‘machines’ zowel betrekking op machines als op de verschillende toestellen, apparaten, uitrustingen en werktuigen, bedoeld bij hoofdstuk 84 of 85.”
Toelichting IDR op afdeling XVI luidt, voor zover van belang, als volgt:
“(…)
Niet-complete machines en toestellen
Voor de toepassing van deze afdeling slaat het begrip machines niet alleen op complete machines, maar ook op niet-complete machines, waarmee worden bedoeld samenstellingen van mechanische delen, die, in de staat waarin ze worden aangeboden, de essentiële kenmerken van complete machines vertonen. Machines, waaraan bijvoorbeeld een vliegwiel, voetstuk, kalanderrol, gereedschapshouder, enz., ontbreekt, zijn derhalve in te delen onder de post betreffende de machine en niet onder de post (in de veronderstelling dat een dergelijke post bestaat) betreffende delen. Evenzo worden machines of toestellen, waarvan de motor ontbreekt, doch die kennelijk zijn ingericht om door een ingebouwde motor te worden aangedreven (bijvoorbeeld elektromechanisch handgereedschap en elektromechanische handgereedschapswerktuigen bedoeld bij post 84.67), als complete machines of toestellen aangemerkt.
Niet-gemonteerde machines
Machines en toestellen worden soms, meestal ter vergemakkelijking van het transport, in gedemonteerde of in niet-gemonteerde staat aangeboden. Alhoewel in dit geval losse delen worden vertoond, wordt het geheel niettemin ingedeeld als een gemonteerde machine en niet onder de post (in de veronderstelling dat een dergelijke post bestaat) betreffende delen. Deze regel geldt eveneens voor niet-gemonteerde machines die zijn aan te merken als niet-complete machines bedoeld bij IV hiervoor (zie ook de toelichting IDR (algemene opmerkingen), opgenomen in de aant. op de opschriften van de hoofdstukken 84 en 85 en in de aantekening op de Aantekeningen IDR op die hoofdstukken). Niet-gemonteerde of gedemonteerde delen die het aantal delen, benodigd voor een complete machine of voor een niet-complete machine met de essentiële kenmerken van een complete machine, te boven gaan, volgen echter hun eigen indeling.”
Aanvullende aantekening 2 EG op afdeling XVI luidt als volgt:
“Tot staving van zijn aangifte dient de aangever van de goederen desgevraagd aan de douaneambtenaren geïllustreerde documentatie (prospectussen, catalogi, foto’s en dergelijke) over te leggen, waarin de machine wordt omschreven en waaruit het gebruik en de voornaamste eigenschappen kunnen worden afgeleid; voor machines die in gedemonteerde staat of niet-gemonteerde staat worden ingevoerd, kan bovendien een montageplan en een inhoudsopgave van de verschillende colli’s worden geëist.”
5. Beoordeling van het geschil
5.1. Voor de indeling zijn wettelijk bepalend de bewoordingen van de posten en de aantekeningen op de afdelingen of op de hoofdstukken. Het is vaste rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: HvJ EU), dat in het belang van de rechtszekerheid en van een gemakkelijke controle, het beslissende criterium voor de tariefindeling van goederen in de regel moet worden gezocht in hun objectieve kenmerken en eigenschappen, zoals deze in de tekst van de post zijn omschreven. De door de Commissie vastgestelde toelichtingen op de GN en de in het kader van de Werelddouaneorganisatie uitgewerkte toelichtingen op het geharmoniseerd systeem inzake de omschrijving en de codering van goederen (GS) zijn, hoewel rechtens niet bindend, belangrijke hulpmiddelen bij de uitlegging van de draagwijdte van de verschillende tariefposten.
5.2. Voorts kan volgens de rechtspraak van het HvJ EU de bestemming van het product een objectief indelingscriterium zijn, wanneer die bestemming inherent is aan het product. De inherentie moet kunnen worden beoordeeld aan de hand van de objectieve kenmerken en eigenschappen van het product (zie onder meer de arresten van 4 maart 2004, Krings, C-130/02, Jurispr. Blz I-2121, punt 28, en van 17 maart 2005 Ikegami, C-467/03, Jurispr. Blz. I-2389).
5.3.1. Eiseres stelt zich op het standpunt dat de goederen als geheel (samenstel) als delen van een hef- en hijsmechanisme onder goederencode 8431 39 70 moeten worden ingedeeld. De goederen zijn volgens haar exclusief ontworpen om gebruikt te worden in een systeem voor het hanteren van overheaddeuren. Alle goederen zijn specifiek ontworpen om bij een bepaald formaat deur en in samenhang met de andere componenten hun functie te vervullen. Die functie betreft het bedienen van de deur. Alle goederen zijn voorzien van specifieke voorbereidingen die danwel het heffen en bedienen van de deurpanelen moeten faciliteren danwel het eventueel vallen van de overheaddeur voorkomen of beperken door veiligheidsvoorzieningen. De goederen zijn erop gericht een zodanig systeem te creëren dat de overheaddeur gecontroleerd omhoog en omlaag kan worden bewogen en vormen samen een hijs- en hefmechanisme.
5.3.2. Verweerder stelt zich op het standpunt dat een deur volgens het tarief gezien wordt als een constructiewerk of een deel van een constructiewerk. De aluminium bodemconsoles, kabeltrommels, veerpluggen en koppelingen zijn volgens verweerder een essentieel kenmerk van de overheaddeur, aangezien de overheaddeur zonder die delen niet bruikbaar is en niet op een veilige manier omhoog kan worden gehesen. De aluminium bodemconsoles, kabeltrommels en veerpluggen moeten daarom worden ingedeeld onder GN-onderverdeling 7610 90 90, als deel van een constructiewerk.
De looprollen moeten volgens verweerder worden aangemerkt als kogellagerassen en rollagerassen als genoemd bij GN-onderverdeling 8483 40 30 en daarom hier worden ingedeeld. De shafts with keyway zijn assen en moeten daarom volgens verweerder worden ingedeeld onder GN-onderverdeling 8483 10 95. De aluminium koppelingen, die worden gebruikt om twee assen aan elkaar te koppelen moeten worden ingedeeld onder GN-onderverdeling 8483 60 80.
5.4. De door of ten behoeve van eiseres ingevoerde goederen betreffen componenten van een mechanisme/systeem, dat het openen en sluiten van een overheaddeur faciliteert, zodat relatief zware deuren eenvoudig en veilig kunnen worden geopend, gesloten of op zijn plaats kunnen worden gehouden. De componenten beschikken alle over specifieke kenmerken die maken dat zij samen met andere componenten één systeem vormen voor het bedienen van overheaddeuren. Het systeem bevat weliswaar elementen die wijzen op een hef- en hijsfunctie, maar werkt uitsluitend indien het systeem is verbonden aan een deur. Als zodanig is het systeem dus niet geschikt om zelfstandig iets te tillen of te hijsen. De hef- en hijsfunctie bepaalt naar het oordeel van de rechtbank dan ook niet het wezenlijke karakter van het systeem. De functies van het systeem maken dat, indien het systeem in zijn geheel zou worden aangeboden, eerder sprake is van een machine met een geheel eigen functie, te weten het bedienen van (overhead)deuren. Om die reden horen dergelijke machines (al dan niet in gemonteerde of complete staat) te worden ingedeeld onder post 8479, “machines en mechanische toestellen met een eigen functie, niet genoemd of niet begrepen onder andere posten van dit hoofdstuk”.
5.5. Uit de tekst van aantekening 2, onder a, op afdeling XVI van de GN volgt dat delen die als zodanig onder een van de posten van hoofdstuk 84 of 85 (andere dan de posten 8409, 8431, 8448, 8466, 8473, 8487, 8503, 8522, 8529, 8538 en 8548) kunnen worden ingedeeld, onder die posten ingedeeld blijven, ongeacht de machine waarvoor zij bestemd zijn.
In aantekening 2, onder b, op afdeling XVI is bepaald dat delen, andere dan die bedoeld onder a) hiervoor, waarvan kan worden onderkend dat zij uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd zijn voor een bepaalde machine of voor verschillende onder eenzelfde post vallende machines (…), worden ingedeeld onder de post waaronder die machine valt of die machines vallen of onder een der posten 8409, 8431, 8448, 8466, 8473, 8503, 8522, 8529 of 8538, naar gelang van het geval.
5.6. De looprol, zoals beschreven onder 2.3, betreft feitelijk een as waaraan een kogellager met een wieltje is bevestigd. Dit heeft de gemachtigde van eiseres ter zitting niet weersproken. Dergelijke artikelen worden met name genoemd onder post 8483 en moeten, met inachtneming van aantekening 2, onder a, op afdeling XVI worden ingedeeld onder post 8483, onderverdeling 8483 40 30, als kogellager en rollagerassen.
5.7. De shafts met keyway, als beschreven onder 2.5, betreffen feitelijk assen. De gemachtigde van eiseres heeft dit ter zitting niet weersproken. Dergelijke artikelen worden met name genoemd onder post 8483 en moeten, met inachtneming van aantekening 2, onder a, op afdeling XVI worden ingedeeld onder post 8483, onderverdeling 8483 10 95.
5.8. De aluminium koppelingen, zoals beschreven onder 2.6, zijn verbindingsstukken voor assen. Dergelijke koppelingen worden eveneens met name genoemd onder post 8483 en moeten derhalve, met inachtneming van aantekening 2, onder a, op afdeling XVI worden ingedeeld onder post 8483, onderverdeling 8483 60 80.
5.9. De onder 2.2 genoemde aluminium kabeltrommels en veerpluggen en de onder 2.4 genoemde aluminium bodemconsoles zijn delen die exclusief zijn gemaakt en bestemd zijn om te functioneren binnen het bedieningssyteem van overheaddeuren. Met inachtneming van aantekening 2, onder b, op afdeling XVI moeten deze goederen worden ingedeeld onder de post waaronder de machines waarvoor zij zijn bestemd, worden ingedeeld. Hieruit volgt dat de goederen moeten worden ingedeeld onder post 8479, onderverdeling 8479 90 80, als delen van “machines en mechanische toestellen met een eigen functie, niet genoemd of niet begrepen onder andere posten van dit hoofdstuk”.
5.10. Nu de rechtbank heeft vastgesteld dat sprake is van een machine van afdeling XVI, is indeling onder GN-post 7610, zoals verweerder voorstaat, niet aan de orde. In aantekening 1 op afdeling XV van de GN is immers bepaald dat deze afdeling niet omvat artikelen bedoeld bij afdeling XVI (machines, toestellen en elektrotechnisch materieel).
5.11. Gelet op al het vorenoverwogene dient het beroep gegrond te worden verklaard.
6. Proceskosten
De rechtbank vindt aan¬lei¬ding verweerder te veroordelen in de kos¬ten die eiseres in verband met de behande¬ling van het bezwaar en het beroep redelij¬kerwijs heeft moeten maken. Deze kosten zijn op de voet van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vastgesteld op € 1.965 (1 punt voor het indienen van het bezwaarschrift, 1 punt voor het verschijnen ter hoorzitting met een waarde per punt van
€ 218, 1 punt voor het indienen van het beroepschrift, 1 punt voor het verschijnen ter zitting met een waarde per punt van € 437, een wegingsfactor 1 en vermenigvuldigd met 1,5 wegens samenhang).
De rechtbank kent, gelet op de samenhang met de beroepen 10/2855, 10/2852 en 10/2853, een vierde van de proceskostenvergoeding toe in de onderhavige beroepsprocedure, een bedrag van € 491,25.
7. Beslissing
De rechtbank:
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar;
- draagt verweerder op de utb te verminderen overeenkomstig de onder 5.6 tot en met 5.9 genoemde indelingsbeslissingen;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiseres ten bedrage van € 491,25;
- gelast dat verweerder het door eiseres betaalde griffierecht van € 298 vergoedt.
Deze uitspraak is gedaan door mr. A.J. Roke, voorzitter, mr. A. van Dongen en mr. M.C.A. Onderwater, rechters, in tegenwoordigheid van mr. W.Y. Ip, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 12 maart 2012.
Afschrift verzonden aan partijen op:
De rechtbank heeft geen bezwaar tegen afgifte door de griffier van een afschrift van de uitspraak in geanonimiseerde vorm.
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kunnen partijen binnen zes weken na de verzenddatum hoger beroep instellen bij het gerechtshof te Amsterdam (douanekamer), Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.
Bij het instellen van hoger beroep dient het volgende in acht te worden genomen:
1 - bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd;
2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;
b. een dagtekening;
c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het hoger beroep is ingesteld;
d. de gronden van het hoger beroep.