Rechtbank Midden-Nederland, 05-02-2021, ECLI:NL:RBMNE:2021:547, 1629159619
Rechtbank Midden-Nederland, 05-02-2021, ECLI:NL:RBMNE:2021:547, 1629159619
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Midden-Nederland
- Datum uitspraak
- 5 februari 2021
- Datum publicatie
- 18 februari 2021
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:RBMNE:2021:547
- Zaaknummer
- 1629159619
Inhoudsindicatie
Bewezenverklaring van poging inbraak. Herkenning van verdachte op camerabeelden door verbalisanten is voldoende betrouwbaar.
Uitspraak
Strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummer: 16/291596-19 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 5 februari 2021
in de strafzaak tegen
[verdachte]
geboren op [geboortedatum] 1997 te [geboorteplaats]
ingeschreven in de Basisregistratie personen op het adres:
( [postcode] ) [woonplaats] , [adres] ,
thans uit anderen hoofde gedetineerd in de [verblijfplaats] ,
hierna te noemen: verdachte.
1 ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 19 maart 2020 en 22 januari 2021. Verdachte was niet bij de zittingen aanwezig. Zijn advocaat, mr. A.D. Kloosterman, heeft verklaard dat hij uitdrukkelijk door verdachte gemachtigd is om namens hem het woord te voeren, waardoor juridisch gezien sprake is van een vonnis op tegenspraak.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. R.E. Craenen en van hetgeen mr. A.D. Kloosterman, advocaat te Amsterdam, namens verdachte naar voren hebben gebracht.
2 TENLASTELEGGING
De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte op 5 december 2019 in Amersfoort samen met een ander geprobeerd heeft goederen weg te nemen uit een woning, gelegen aan het [straatnaam] [nummeraanduiding 1] , door een raam van die woning open te breken en via dat raam de woning binnen te gaan.
3 VOORVRAGEN
De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.