Rechtbank Noord-Holland, 04-09-2013, ECLI:NL:RBNHO:2013:10907, HAA 13/209 t/m 13/213, 13/516
Rechtbank Noord-Holland, 04-09-2013, ECLI:NL:RBNHO:2013:10907, HAA 13/209 t/m 13/213, 13/516
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Noord-Holland
- Datum uitspraak
- 4 september 2013
- Datum publicatie
- 14 november 2013
- ECLI
- ECLI:NL:RBNHO:2013:10907
- Formele relaties
- Hoger beroep: ECLI:NL:GHAMS:2014:4321, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan
- Zaaknummer
- HAA 13/209 t/m 13/213, 13/516
- Relevante informatie
- Algemene wet bestuursrecht [Tekst geldig vanaf 01-05-2024 tot 01-03-2027]
Inhoudsindicatie
Boekenonderzoek bij coffeeshop. Geen ambtelijk verzuim ondanks dat één aanslag gedagtekend is op een datum na uitbreiding van het boekenonderzoek. Terecht omkering en verzwaring van de bewijslast nu inkoopadministratie ontbreekt en er nog diverse andere gebreken in de administratie zijn.
Uitspraak
Zittingsplaats Haarlem
Bestuursrecht, meervoudige belastingkamer
Zaaknummers: AWB 13/209 tot en met 13/213 en 13/516
Uitspraakdatum: 4 september 2013
Uitspraak in de gedingen tussen
[X], wonende te[Z], eiseres,
gemachtigde: mr. F. Butselaar,
en
de inspecteur van de Belastingdienst Amsterdam, verweerder.
1 Ontstaan en loop van de gedingen
Verweerder heeft aan eiseres voor het jaar 2006 een navorderingsaanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (hierna: ib/pvv) opgelegd, berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 503.031. Voorts is bij beschikking een vergrijpboete van € 123.414 opgelegd en is bij beschikking een bedrag van € 51.556 aan heffingsrente in rekening gebracht.
Verweerder heeft aan eiseres voor het jaar 2006 een navorderingsaanslag Inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet (hierna: Ibzvw) opgelegd, berekend naar een bijdrage-inkomen van € 30.015, en bij beschikking een bedrag van € 59 aan heffingsrente in rekening gebracht.
Verweerder heeft aan eiseres voor het jaar 2007 een navorderingsaanslag ib/pvv opgelegd, berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 699.378. Voorts is bij beschikking een vergrijpboete van € 169.709 opgelegd en is bij beschikking een bedrag van € 56.313 aan heffingsrente in rekening gebracht.
Verweerder heeft aan eiseres voor het jaar 2008 een navorderingsaanslag ib/pvv opgelegd, berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 567.578. Voorts is bij beschikking een vergrijpboete van € 135.226 opgelegd en is bij beschikking een bedrag van € 30.875 aan heffingsrente in rekening gebracht.
Verweerder heeft aan eiseres voor het jaar 2009 een navorderingsaanslag ib/pvv opgelegd, berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 495.140. Voorts is bij beschikking een vergrijpboete van € 118.575 opgelegd en is bij beschikking een bedrag van € 15.809 aan heffingsrente in rekening gebracht.
Verweerder heeft aan eiseres over het tijdvak 1 januari 2006 tot en met 31 december 2009 een naheffingsaanslag omzetbelasting (hierna: ob) opgelegd van € 32.756. Voorts is bij beschikking een boete van € 16.378 opgelegd en is bij beschikking een bedrag van € 3.845 aan heffingsrente in rekening gebracht.
Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 29 november 2012 de navorderingsaanslag ib/pvv 2006 en de daarbij behorende heffingsrentebeschikking gehandhaafd en de vergrijpboete verminderd tot € 98.731.
Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 20 december 2012 de navorderingsaanslag Ibzvw 2006 en de daarbij behorende heffingsrentebeschikking gehandhaafd.
Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 29 november 2012 de navorderingsaanslag ib/pvv 2007 en de daarbij behorende heffingsrentebeschikking gehandhaafd en de vergrijpboete verminderd tot € 135.768.
Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 28 november 2012 de navorderingsaanslag ib/pvv 2008 en de daarbij behorende heffingsrentebeschikking gehandhaafd en de vergrijpboete verminderd tot € 108.181.
Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 28 november 2012 de navorderingsaanslag ib/pvv 2009 en de daarbij behorende heffingsrentebeschikking gehandhaafd en de vergrijpboete verminderd tot € 94.860.
Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 18 januari 2013 de naheffingsaanslag ob en de daarbij behorende heffingsrentebeschikking gehandhaafd en de boete verminderd tot € 13.102.
Eiseres heeft tegen voornoemde uitspraken beroep ingesteld. Het beroep tegen de navorderingsaanslag ib/pvv 2006 heeft de rechtbank geregistreerd onder nummer AWB 13/209, het beroep tegen de navorderingsaanslag Ibzvw 2006 onder nummer AWB 13/213, het beroep tegen de navorderingsaanslag ib/pvv 2007 onder nummer AWB 13/210, het beroep tegen de navorderingsaanslag ib/pvv 2008 onder nummer AWB 13/211, het beroep tegen de navorderingsaanslag ib/pvv 2009 onder nummer AWB 13/212 en het beroep tegen de naheffingsaanslag ob over 2006 tot en met 2009 onder nummer AWB 13/516.
Na het instellen van beroep heeft verweerder de boetebeschikking met betrekking tot de ob op 25 januari 2013 verder verminderd tot € 3.845.
Verweerder heeft op de zaken betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend.
Partijen hebben vóór de zitting nadere stukken ingediend. Deze stukken zijn telkens in afschrift verstrekt aan de wederpartij.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 23 mei 2013. Namens eiseres is daar haar gemachtigde voornoemd verschenen alsmede mr. R. Baptiste, bijgestaan door [A]. Namens verweerder zijn mr. M.D. Koolen, mr. drs. W. Garritsen, W.A. Koster en E.M. Veldmans verschenen. De beroepen zijn gelijktijdig behandeld met de zaak met nummer AWB 13/107 van de commanditaire vennootschap [A BEDRIJF] en de zaken met nummers AWB 13/66 tot en met 13/69 van [A].
2 Tussen partijen vaststaande feiten
In de vorm van een eenmanszaak drijft eiseres een onderneming onder de naam [B BEDRIJF]. De ondernemingsactiviteiten bestaan uit de exploitatie van een coffeeshop. De coffeeshop is het gehele jaar geopend van maandag tot en met zondag van 10:00 uur tot 01:00 uur. Alle verkopen worden contant afgerekend. Er is geen mogelijkheid om anders dan met contant geld te betalen. Er wordt gewerkt in een ochtenddienst en een avonddienst. Wisseling van de dienst vindt plaats tussen 18:00 uur en 19:00 uur.
In de administratie werden de eerste vastleggingen verzorgd door het bijhouden van een kasboek. Tot en met juli 2006 werd het kasboek handmatig bijgehouden. Vanaf augustus 2006 wordt het kasboek in een Excelbestand bijgehouden. De digitale gegevens zijn niet bewaard gebleven.
In de onderneming is sinds 12 april 2007 een kassa aanwezig van het merk [naam] die is aangeschaft bij [C BEDRIJF]. Op de kassa worden alleen de verkopen inclusief omzetbelasting aangeslagen. De omzet van de softdrugs wordt niet op de kassa aangeslagen, maar gebeurt extracomptabel. De kassa biedt de mogelijkheid een z-afslag (die de totale omzet weergeeft die is behaald vanaf de vorige z-afslag) en een x-afslag (die de tussentijdse omzet weergeeft die is behaald vanaf de vorige z-afslag) te maken.
Vanaf maart 2011 heeft bij eiseres een boekenonderzoek plaatsgevonden waarbij de aanvaardbaarheid is onderzocht van de door eiseres gedane aangiften ib/pvv voor de jaren 2006 tot en met 2009 alsmede de aanvaardbaarheid van de aangiften ob over de tijdvakken 1 januari 2006 tot en met 31 december 2009. Aanvankelijk zouden de aangiften ib/pvv 2006 en 2007 worden onderzocht. Bij brief van 3 mei 2011 is het boekenonderzoek uitgebreid naar de jaren 2008 en 2009. Van het boekenonderzoek is op 5 december 2011 een rapport opgemaakt.
Tijdens het boekenonderzoek heeft verweerder ten aanzien van de overige (niet zijnde softdrugs) verkopen/verkopen laag onder meer geconstateerd dat:
-
in 2006 niet alle z-afslagen bewaard zijn gebleven omdat over het jaar 2006 telkens één z-afslag per dag ontbreekt in de kasadministratie;
-
de elektronische kassagegevens van de periode vóór 12 april 2007 niet bewaard zijn;
-
voor de jaren 2007 tot en met 2009 de z-afslagen niet zijn te controleren omdat de nummering en de datum van aanvang ontbreken;
-
de specificaties van de z-afslagen van de dranken met ingang van september 2009 niet meer zijn bewaard;
-
de werkroosters niet bewaard zijn gebleven;
-
de digitale bestanden van de kassa niet bewaard zijn gebleven;
-
diverse keren is geadministreerd dat er minder consumpties zijn verkocht dan er klanten afgerekend hebben en voorts dat er op diverse dagen geen consumpties zijn verkocht terwijl er wel omzet geboekt is.
Ten aanzien van de voornoemde onderdelen van de administratie die niet zijn bewaard, heeft verweerder aan eiseres op 19 april 2011 een waarschuwing bewaarplicht uitgereikt.
Ten aanzien van de constateringen genoemd onder 2.5.1, letter A, heeft [A] tijdens het boekenonderzoek verklaard dat vóór aanvang van de dagdienst (om 10:00 uur) en na afloop van de avonddienst (om 01:00) een z-afslag wordt opgemaakt. Bij de wisseling van de dienst (tussen 18:00 uur en 19:00 uur) wordt volgens [A] een x-afslag opgemaakt. De z-afslagen die zijn opgemaakt bij aanvang van de dagdienst alsmede de x-afslagen zijn niet bewaard. Verweerder heeft in de administratie uitsluitend z-afslagen aangetroffen die, op een enkele uitzondering na, veelal tussen 18:00 uur en 19:00 uur zijn opgemaakt. Verweerder heeft geconstateerd dat de z-afslagen die betrekking hebben op het dagdeel van 19:00 tot 01:00 (welke volgens [A] zouden zijn opgemaakt vóór aanvang van de dagdienst erna) niet zijn bewaard.
De verantwoorde dagomzet in het kasboek is gelijk aan de omzet vermeld op de z-afslag die wordt opgemaakt na de dagdienst. Verweerder heeft vervolgens geconcludeerd dat de avondomzet niet is verantwoord.
Voorts is tijdens het boekenonderzoek geconstateerd dat op het moment dat de nieuwe kassa op 12 april 2007in gebruik is genomen een aantal functies is uitgeschakeld die voor de controle van de administratie essentieel zijn. Het betreft onder andere de volgende functies:
- -
-
grand total;
- -
-
datum en tijd eerste afslag;
- -
-
datum en tijd laatste afslag;
- -
-
datum en tijd van de laatste z-afslag.
Voorts worden geen uurrapporten uitgedraaid en zijn de omzetgroepen op hoofdgroepen verdicht.
Ten aanzien van de voornoemde onderdelen van de administratie die niet zijn opgenomen heeft verweerder aan eiseres op 19 april 2011 een waarschuwing administratieplicht uitgereikt.
Voorts heeft verweerder ten aanzien van de softdrugverkopen op grond van de volgende constateringen tijdens het boekenonderzoek geconcludeerd dat de administratie van eiseres onbetrouwbaar is en niet kan dienen voor het vaststellen van de omzet:
-
de omzet wordt niet dagelijks geboekt in het kasboek, maar één keer in de maand;
-
de kladaantekeningen met betrekking tot de verkopen van softdrugs zijn niet bewaard;
-
het kasboek wordt achteraf opgemaakt;
-
de inkopen worden niet vastgelegd;
-
de inkoopprijs wordt niet vastgelegd;
-
de inkopen worden contant betaald zonder dat dit in het kasboek wordt vermeld;
-
de inkoopprijs wordt berekend aan de hand van de verkopen zonder rekening te houden met de werkelijk betaalde prijs;
-
prijsverhogingen worden doorgevoerd zonder dat rekening wordt gehouden met de voorraad die tegen een lagere prijs is ingekocht;
-
de voorraadlijsten sluiten niet op elkaar aan;
-
de aangegeven dagomzet is veel lager dan de tijdens de HIT controles vastgestelde omzetten;
-
er zitten verschillen in de maandlijst en de voorraadlijst 2008.
Ten aanzien van de constateringen genoemd onder 2.7, onder 1 tot en met 9, heeft [A] tijdens het boekenonderzoek verklaard dat de omzet wordt bepaald door weging per soort bij aanvang en bij het einde van de dag. Het verschil per soort maal de prijs is dan de omzet.
De inkoop van de softdrugs wordt door [A] en [B] gedaan. Er wordt niet vastgelegd welke soort softdrugs wordt ingekocht en tegen welke prijs. De inkoopprijs wordt bepaald door de verkopen en is altijd 50% van de verkopen. In het kasboek wordt 50% van de omzet geboekt en de inkoopkosten worden, met uitzondering van het jaar 2009, niet in rekening gebracht.
Er wordt per dag een voorraadlijst bijgehouden waarin het volgende staat vermeld:
- -
-
soort softdrugs per gram;
- -
-
beginvoorraad per gram;
- -
-
totaal verkocht per gram;
- -
-
eindvoorraad per gram;
- -
-
verkoopprijs per gram;
- -
-
totaal omzet per soort;
- -
-
totaal dagomzet.
De voorraadlijst wordt door [A] achteraf opgemaakt in een Excelbestand. Deze Excelbestanden zijn niet als zodanig bewaard. Een keer per maand wordt aan de hand van de voorraadlijst een “omzetlijst betreft maand” opgemaakt waarop de omzet per dag staat vermeld (met uitzondering van 2009). Tijdens het boekenonderzoek heeft verweerder geconstateerd dat de voorraadlijsten niet altijd aansluiten omdat het regelmatig voorkomt dat de beginvoorraad afwijkt van de eindvoorraad van de voorafgaande dag. Voorts heeft verweerder geconstateerd dat op de voorraadlijsten de verkoopprijzen worden verhoogd, hetgeen invloed heeft op de aanwezige voorraad omdat de inkoopprijs wordt berekend aan de hand van de verkopen, maar dat in de kasadministratie daarmee geen rekening wordt gehouden.
In 2009 is op de maandlijst het aantal verkochte softdrugs per soort vermeld. Hierop is zichtbaar wat er per soort per maand wordt verkocht. Deze gegevens worden overgenomen van de daglijsten. Op de maandlijst is niet in één oogopslag te zien wat de dagomzet is. Verder heeft verweerder geconstateerd dat de maandlijst veel typefouten bevat ten opzichte van de daglijsten. De aangegeven omzet in de kasadministratie sluit aan op de op de maandlijst vermelde omzet.
Op 9 oktober 2008 omstreeks 19:57 uur heeft bij de onderneming van eiseres een controle plaatsgevonden door het Horeca Interventie Team (hierna: HIT). Bij deze controle is vastgesteld dat op het moment van de controle € 273 in de kas aanwezig was. Het beginsaldo van de kas (softdrugs) was niet bekend. Verder is geconstateerd dat er een bijvulling heeft plaatsgevonden die niet op de daglijst is genoteerd. De verantwoorde omzet voor de gehele dag is € 234,50.
Op 18 november 2009 omstreeks 13:52 uur is opnieuw een controle uitgevoerd door het HIT bij de onderneming van eiseres. Het beginsaldo van de kas (softdrugs) was € 0. Op het moment van de controle is vastgesteld dat een omzet (softdrugs) was gegenereerd van € 280,50 terwijl de verantwoorde dagomzet € 263 bedraagt. Tijdens deze controle is vastgesteld dat de verkochte softdrugs per gram en per soort op papier wordt bijgehouden. De informatie wordt door [A] één op één overgenomen in Excel. Vervolgens wordt de daglijst afgedrukt en verwerkt in de administratie. Zowel de informatie op papier als de digitale informatie is niet bewaard. Het HIT heeft tijdens de controle de gegevens over de hoeveelheid verkochte softdrugs overgenomen. Tijdens het boekenonderzoek heeft verweerder geconstateerd dat de aangegeven hoeveelheid (bij het einde van de dag) bij het aantal soorten softdrugs minder is dan gedurende de controle is vastgesteld.
Gedurende de beide controles door het HIT is vastgesteld dat het beginsaldo van de kas overige verkopen zowel in 2008 als in 2009 € 300 was. Het beginsaldo van de kas softdrugs was in 2008 onbekend en in 2009 € 0. Voorts is door het HIT geconstateerd dat de vastgestelde gemiddelde omzet per afrekening gedurende de bedrijfsbezoeken 192% (2008) en 240% (2009) hoger lag dan de door eiseres aangegeven gemiddelde omzet per afrekening voor die jaren.
Verweerder heeft tijdens het boekenonderzoek geconstateerd dat volgens landelijke branchecijfers gemiddeld 80% van de omzet uit softdrugverkopen komt en 20% van de omzet uit overige verkopen. In alle andere coffeeshops in de omgeving van postcodegebied 1012 (het postcodegebied van de coffeeshop) is de verhouding softdrugs-andere verkopen 80-20. Volgens de administratie van eiseres over 2006 bedragen de softdrugverkopen 51,8% van de omzet en de overige verkopen 48,2%. Voor 2007 bedragen de softdrugverkopen 48,4% en de overige verkopen 51,6%. Voor 2008 bedragen de softdrugverkopen 52,7% en de overige verkopen 47,3% en voor 2009 bedragen de softdrugverkopen 54,5% en de overige verkopen 45,5%.
Door het HIT is vastgesteld dat op het moment van de controles de softdrugverkopen gemiddeld 70% tot 80% van de omzet bedroegen en de overige verkopen gemiddeld 20% tot 30%.
Op grond van de voornoemde constateringen tijdens het boekenonderzoek heeft verweerder geconcludeerd dat de administratie van eiseres onbetrouwbaar is en niet kan dienen voor het vaststellen van de omzet (zowel met betrekking tot de overige verkopen als ten aanzien van de softdrugverkopen). Verweerder heeft daarop de administratie van eiseres verworpen en omkering en verzwaring van de bewijslast gesteld omdat de administratieplicht is geschonden en de vereiste aangiften niet zijn gedaan.
Voorts heeft verweerder over de jaren 2006 tot en met 2009 ten aanzien van eiseres en haar partner ([A]) vermogensvergelijkingen gemaakt die de volgende uitkomst hebben:
- -
-
2006 positief netto privé € 1.887;
- -
-
2007 negatief netto privé € 61.869;
- -
-
2005 negatief netto privé € 40.988;
- -
-
2006 negatief netto privé € 32.903.
Naar aanleiding van het boekenonderzoek heeft verweerder de voornoemde naheffingsaanslag ob over 2006 tot en met 2009 opgelegd op basis van de volgende schattingen:
(overige verkopen / verkopen laag)
Verweerder is voor het jaar 2006 er vanuit gegaan dat de avondomzet (laag tarief) is verzwegen en dat deze minimaal 150% van de dagomzet moet zijn geweest. Voor de jaren 2007 tot en met 2009 is verweerder er vanuit gegaan dat door manipulatie met de omzetgroepen minder omzet (laag tarief) is aangegeven en dat een substantieel deel van de omzet (laag tarief) niet is verantwoord. Verweerder heeft daarop de omzet voor de jaren 2006 tot en met 2009 gecorrigeerd tot 250% van de aangegeven omzet.
(softdrugverkopen)
Voorts is verweerder er vanuit gegaan dat de gecorrigeerde omzet van de overige verkopen / verkopen laag 20% van de totale omzet bedraagt. Vervolgens heeft verweerder de aangegeven omzet uit softdrugverkopen gecorrigeerd tot 4 maal de gecorrigeerde omzet uit overige verkopen / verkopen laag.
Verweerder heeft naar aanleiding van de constateringen uit het boekenonderzoek de voornoemde navorderingsaanslagen ib/pvv over de jaren 2006 tot en met 2009 opgelegd. Hierbij is verweerder uitgegaan van de gecorrigeerde omzetbedragen. Voorts is verweerder er vanuit gegaan dat de te betalen (gecorrigeerde) omzetbelasting 50% van de inkopen (laag) bedraagt en dat de inkopen softdrugs 50% van de (gecorrigeerde) omzet softdrugs bedragen. Tot slot heeft verweerder de zelfstandigenaftrek gecorrigeerd omdat hij niet aannemelijk gemaakt acht dat eiseres aan de voorwaarden voor de zelfstandigenaftrek voldoet.
3 Geschil
In geschil is of terecht de hierboven genoemde naheffingsaanslag ob en navorderingsaanslagen ib/pvv zijn opgelegd. Meer specifiek is in geschil of sprake is van een voor de navorderingsaanslagen benodigd nieuw feit, of de bewijslast dient te worden omgekeerd en verzwaard en of de hoogte van de naheffingsaanslag en navorderingsaanslagen juist is vastgesteld. Daarnaast is in geschil of terecht boetes zijn opgelegd en heffingsrente in rekening is gebracht.
Eiseres concludeert tot gegrondverklaring van de beroepen, vernietiging van de uitspraken op bezwaar en vernietiging van de naheffingsaanslag en navorderingsaanslagen en de vergrijpboeten. Verweerder concludeert tot ongegrondverklaring van de beroepen.