Rechtbank Noord-Holland, 10-07-2015, ECLI:NL:RBNHO:2015:5614, AWB - 13 _ 5170
Rechtbank Noord-Holland, 10-07-2015, ECLI:NL:RBNHO:2015:5614, AWB - 13 _ 5170
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Noord-Holland
- Datum uitspraak
- 10 juli 2015
- Datum publicatie
- 29 juli 2015
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:RBNHO:2015:5614
- Zaaknummer
- AWB - 13 _ 5170
- Relevante informatie
- Algemene wet bestuursrecht [Tekst geldig vanaf 01-08-2023 tot 01-01-2024]
Inhoudsindicatie
De pseudo-eindheffing hoog loon is niet in strijd met artikel 1 van het Eerste Protocol bij het EVRM. Evenmin is deze heffing strijdig met het gelijkheidsbeginsel neergelegd in artikel 26 IVBPR.
Uitspraak
Zittingsplaats Haarlem
Bestuursrecht
zaaknummer: HAA 13/5170
(gemachtigde:prof. dr. P. Kavelaars),
en
Procesverloop
Eiseres heeft voor het tijdvak maart 2013 aangifte loonheffingen gedaan. Het te betalen bedrag van € 1.617.668 bestond voor € 344.317 uit de pseudo-eindheffing hoog loon van 16%.
Tegen de voldoening van dit bedrag heeft eiseres bezwaar gemaakt.
Bij uitspraak op bezwaar heeft verweerder het bezwaar ongegrond verklaard.
Eiseres heeft daartegen beroep ingesteld.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
De rechtbank heeft op 29 mei en 8 juni 2015 nadere stukken van verweerder ontvangen en doorgezonden naar eiseres.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 11 juni 2015 te Haarlem. Het beroep is gelijktijdig behandeld met het beroep in zaak HAA 13/5171.
Namens eiseres is verschenen haar gemachtigde vergezeld van [A] .Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigden W.H.P.S. Sandvliet, mr. P.W.H. Hoogstraten, dr. E. Poelmann en drs. Ö. Kat.
Overwegingen
Feiten
1. Eiseres is een vennootschap die zich bezig houdt met het technisch ontwerp en advies voor de procestechniek en de exploitatie van een ingenieursbureau op het gebied van de chemische en fysische techniek.
[A BEDRIJF] B.V. bezit 100% van de aandelen in eiseres. Eiseres bezit 100% van de aandelen in [B BEDRIJF] B.V., [C BEDRIJF] B.V. en [D BEDRIJF] B.V. Eiseres vormt met deze drie vennootschappen een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting. Eiseres, [B BEDRIJF] B.V., [C BEDRIJF] B.V., [D BEDRIJF] B.V. en [E BEDRIJF] B.V. vormen een fiscale eenheid voor de omzetbelasting.
2. Voor de jaren 2010 tot en met 2013 bedraagt het door eiseres aangegeven loon en ingehouden loonheffing:
2010 2011 2012 2013
Loon € 43.418.746 € 41.098.978 € 44.214.218 € 44.471.855
Ingehouden loonh. € 13.463.274 € 12.864.589 € 14.972.361 € 15.695.788
3. Het door eiseres op aangifte afgedragen pseudo-eindheffing hoog loon (hierna: crisisheffing) over het tijdvak maart 2013 bedraagt € 344.317. Dit bedrag heeft eiseres berekend over de totale loonsom van de relevante groep werknemers over de periode 1 januari 2012 tot en met 31 december 2012, na aftrek van een drempel van € 150.000 per werknemer.
4. Eiseres heeft aan bepaalde werknemers bonussen toegekend in de vorm van rechten op aandelen, aandelenoptierechten en zogenoemde ‘Value Driver Incentives’ (“VDI’s”). De drie elementen waaruit de toegekende bonussen bestaan, hebben een voorwaardelijke karakter. De rechten op aandelen en de aandelenoptierechten worden na de datum van toekenning jaarlijks voor een derde onvoorwaardelijk, mits de werknemer op dat moment nog in dienst is. De VDI’s worden drie jaar na toekenning onvoorwaardelijk, mits de werknemer op dat moment in dienst is en bepaalde doelstellingen zijn behaald.
5. De door eiseres in de aangifte vennootschapsbelasting over de jaren 2010 tot en met 2013 aangegeven winstreserves en saldi fiscale winstberekening bedragen:
2010 2011 2012 2013
Winstreserves € 55.671.727 € 30.005.929 € 47.614.021 € 59.561.278
Saldo fiscale winstber. € 4.708.322 € 7.360.308 € 19.047.068 € 14.289.953
6. Totaal is in 2013 € 596.735.000 pseudo-loonheffing geheven, opgebracht door 13.400 inhoudingsplichtigen.
Geschil
1. Tussen partijen is in geschil of de pseudo-eindheffing hoog loon in strijd is met artikel 1 van het Eerste Protocol bij het EVRM (EP) en met artikel 26 van het IVBPR.
2. Eiseres beantwoordt deze vragen bevestigend. Zij is van mening dat sprake is van strijd met artikel 1 van het EP omdat, naar zij stelt, geen sprake is van een fair balance tussen het algemeen belang van de eindheffing en het belang van eiseres. Volgens eiseres is ten eerste sprake van een buitensporige last en was ten tweede geen sprake van voorzienbaarheid van de last op het moment van vaststelling van de bonusregeling in 2011 en het moment van onvoorwaardelijk worden van de bonussen in 2012.
Voorts beroept eiseres zich erop dat de crisisheffing leidt tot een ongeoorloofde ongelijke behandeling van gelijke gevallen en voert daartoe aan dat de pseudo-eindheffing hoog loon alleen geldt voor werknemers met een loon uit tegenwoordige dienstbetrekking indien en voor zover dat meer bedraagt dan € 150.000 en niet voor anderen met een inkomen van meer dan € 150.000, of van werknemers met een loon lager dan € 150.000 die tevens ander inkomen hebben waardoor het gezamenlijke inkomen meer bedraagt dan € 150.000.
Eiseres concludeert tot gegrondverklaring van het beroep, het onverbindend verklaren van de pseudo-eindheffing hoog loon en het ongedaan maken van de heffing.
3. Verweerder concludeert tot ongegrondverklaring van het beroep.
Beoordeling van het geschil