Rechtbank Noord-Holland, 01-12-2020, ECLI:NL:RBNHO:2020:11280, AWB - 20 _ 1608
Rechtbank Noord-Holland, 01-12-2020, ECLI:NL:RBNHO:2020:11280, AWB - 20 _ 1608
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Noord-Holland
- Datum uitspraak
- 1 december 2020
- Datum publicatie
- 19 februari 2021
- ECLI
- ECLI:NL:RBNHO:2020:11280
- Formele relaties
- Hoger beroep: ECLI:NL:GHAMS:2022:3203, (Gedeeltelijke) vernietiging met terugwijzen
- Zaaknummer
- AWB - 20 _ 1608
Inhoudsindicatie
IB. Inbreng verhuurde onderneming in een B.V. De rechtbank oordeelt dat eiser geen gebruik kan maken van de geruisloze inbrengfaciliteit van artikel 3.65 van de Wet IB 2001.
Uitspraak
Zittingsplaats Haarlem
Bestuursrecht
zaaknummer: HAA 20/1608
uitspraak van de meervoudige kamer van 1 december 2020 in de zaak tussen
[X] , gevestigd te [Z] , eiser
(gemachtigden: mr. E. de Hart MFSME en mr. N.J. Buisman),
en
de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Amsterdam, verweerder.
Procesverloop
Eiser heeft op de voet van artikel 3.65 Wet inkomstenbelasting 2001 (hierna: de Wet IB 2001) een verzoek ingediend tot geruisloze inbreng van zijn verhuurde onderneming in een nieuw opgerichte besloten vennootschap. Bij beschikking van 14 maart 2019 heeft verweerder dit verzoek afgewezen.
Deze beschikking is, na daartegen door eiser gemaakt bezwaar, bij uitspraak op bezwaar door verweerder gehandhaafd.
Eiser heeft daartegen beroep ingesteld.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 20 oktober 2020 te Haarlem. Eiser is verschenen, bijgestaan door mr. N.J. Buisman en [A] . Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. [B] en mr. [C] .
Overwegingen
Feiten
1. Eiser drijft sinds 1997 een onderneming in de vorm van een eenmanszaak. De onderneming houdt zich bezig met de verkoop van motorbrandstoffen en shop-artikelen aan particulieren en bedrijven. Daarnaast wordt een carwash geëxploiteerd en wordt één caravan verhuurd.
2. Op 12 juli 2010 zijn eiser en [D] B.V. (hierna: [D] ) een huurovereenkomst aangegaan inzake de huur van de onderneming van eiser. In de huurovereenkomst staat – voor zover hier van belang – het volgende vermeld:
“(…)
Overwegende dat:
a Verhuurder eigenaar is van het motorbrandstoffenverkooppunt aan [E] te [Z] (…)
b Verhuurder drijft sinds 1997 het [F] , hierna te noemen “Onderneming” De onderneming houdt zich bezig met de verkoop van motorbrandstoffen en shop artikelen aan particulieren en bedrijven Daarnaast wordt een uitgebreide carwash geexploiteerd.
c Verhuurder wenst de feitelijke exploitatie van het servicestation over te dragen aan Huurder Verhuurder wenst Huurder daartoe in de gelegenheid te stellen door middel van verhuur van de onderneming Dit houdt in dat Verhuurder het motorbrandstoffenverkooppunt wil verhuren aan Huurder, gelijk Huurder dit van Verhuurder wil huren Verhuurder stelt daarnaast aan huurder ter beschikking de handelsnaam van de onderneming, de inventaris alsmede de goodwill in de zin van bekendheid en klantenkring Voor de huur c q verhuur gelden de navolgende voorwaarden
Komen overeen als volgt:
1 Het Gehuurde
1 1 Het gehuurde bestaat uit een compleet motorbrandstoffenverkooppunt, shop met inrichting, carwash, wasspuitboxen en aanverwante ruimtes, hierna te noemen “het Gehuurde” (…)
(…)
1 3 Het Gehuurde is bestemd om te worden gebruikt als bemand motorbrandstoffenverkooppunt inclusief verkoop van LPG, met verkoopshop en carwashgelegenheid Verhuurder zal zorgdragen voor de vergunningen, welke vereist zijn voor de exploitatie van het tankstation, shop en carwashgelegenheid (…)
1 4 Voor de plaats van de opslagtank voor LPG huurt Verhuurder van de gemeente [Z] een perceel grond, gelegen (…) Verhuurder verklaart, afgezien van wettelijke aanpassingen dan wel wettelijke verplichtingen, er voor in te staan dat deze huurovereenkomst tijdens de looptijd van deze huurovereenkomst wordt gecontinueerd, om een onbelemmerde verkoop van LPG op het tankstation te waarborgen. De huursom komt voor rekening van de Verhuurder
(…)
2 Huurtermijn
2 1 De huurovereenkomst wordt aangegaan voor een periode van tien (10) jaar ingaande 15 juli 2010 en eindigende 14 juli 2020
2 2 Na het verstrijken van de onder 2 1 genoemde periode wordt deze overeenkomst verlengd met een periode van 5 jaar, behoudens schriftelijke opzegging door Huurder met een opzegtermijn van 1 jaar (…)
2 3 Partijen komen overeen dat de maximale huurperiode 15 jaar zal bedragen en derhalve uiterlijk eindigt op 14 juli 2025 (…)
2 4 Bij het einde van de huurovereenkomst zal door Verhuurder op geen enkele wijze aan Huurder een vergoeding worden betaald voor aangebrachte wijzigingen c q investeringen door Huurder dan wel door toegenomen goodwill als gevolg van inzet van Huurder
(…)
3 Huurprijs en betaling
3 1 De huurprijs is door partijen vastgesteld op € 180.000,00 (exclusief BTW) per contractjaar (…)
3 2 Naast de huurprijs genoemd in artikel 3 1 is Huurder aan Verhuurder een variabele huurvergoeding verschuldigd (…)
(…)