Home

Rechtbank Noord-Holland, 24-01-2020, ECLI:NL:RBNHO:2020:392, AWB - 13 _ 2258

Rechtbank Noord-Holland, 24-01-2020, ECLI:NL:RBNHO:2020:392, AWB - 13 _ 2258

Gegevens

Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Datum uitspraak
24 januari 2020
Datum publicatie
19 maart 2020
ECLI
ECLI:NL:RBNHO:2020:392
Formele relaties
Zaaknummer
AWB - 13 _ 2258

Inhoudsindicatie

Naast een aantal formele punten is in geschil of een boekenonderzoek en/of de aanslagregeling bij eiseres tot het gerechtvaardigde vertrouwen leiden dat bij de vaststelling van de aanslagen vpb over de thans in geschil zijnde jaren geen correctie op grond van artikel 10d van de Wet Vpb zal plaatsvinden.

Uitspraak

Bestuursrecht

Zittingsplaats Haarlem

zaaknummers: HAA 13/2258, 13/2259, 15/2033 en 15/2034

(gemachtigde: ir. [H] ),

en

Procesverloop

Verweerder heeft aan eiseres voor het jaar 2008 een aanslag vennootschapsbelasting (hierna: vpb) opgelegd, berekend naar een belastbare winst van € 503.512 en een belastbaar bedrag van € 245.134. Daarbij is bij beschikkingen een bedrag aan heffingsrente in rekening gebracht van € 5.886 en een vergrijpboete van € 11.022 opgelegd (zaak 13/2258).

Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar de aanslag en de beschikkingen gehandhaafd.

Verweerder heeft aan eiseres voor het jaar 2009 een aanslag vpb opgelegd, berekend naar een belastbare winst en een belastbaar bedrag van € 74.491. Daarbij is bij beschikkingen een bedrag aan heffingsrente in rekening gebracht van € 1.094 en een vergrijpboete van € 7.449 opgelegd (zaak 13/2259).

Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar de aanslag en de beschikkingen gehandhaafd.

Verweerder heeft aan eiseres voor het jaar 2010 een aanslag vpb opgelegd, berekend naar een belastbare winst en een belastbaar bedrag van € 494.597. Daarbij is bij beschikkingen een bedrag aan heffingsrente in rekening gebracht van € 10.919 en een vergrijpboete van € 49.898 opgelegd (zaak 15/2033).

Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar de aanslag en de beschikkingen gehandhaafd.

Verweerder heeft aan eiseres voor het jaar 2011 een aanslag vpb opgelegd, berekend naar een belastbare winst en een belastbaar bedrag van € 379.330. Daarbij is bij beschikkingen een bedrag aan heffingsrente in rekening gebracht van € 6.194 en een vergrijpboete van € 56.825 opgelegd (zaak 15/2034).

Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar de aanslag en de beschikking heffingsrente gehandhaafd en de vergrijpboete verminderd tot € 42.416.

Alle zaken

Eiseres heeft tegen alle hiervoor vermelde uitspraken op bezwaar beroep ingesteld.

Verweerder heeft verweerschriften ingediend.

Bij schriftelijk verzoek van 5 januari 2015 heeft eiseres in de onderhavige zaken, tezamen met [A] B.V. in de zaken met zaaknummers HAA 13/2307 en 13/2308, de wraking verzocht van mrs. [C] en [D] . De wrakingskamer heeft dit wrakingsverzoek bij beslissing van 6 maart 2015 afgewezen.

Bij schriftelijk verzoek van 12 oktober 2016 heeft eiseres in de onderhavige zaken, tezamen met [B] B.V. in de zaken met zaaknummers HAA 15/196, 15/372 en 15/1342 en met [A] B.V. in de zaken met zaaknummers HAA 13/2307, 13/2308, 15/2039 en 15/2040, de wraking verzocht van genoemde rechters. De wrakingskamer heeft dit wrakingsverzoek bij beslissing van 23 november 2016 afgewezen.

Partijen hebben vóór de zitting nadere stukken ingediend. Deze stukken zijn telkens in afschrift verstrekt aan de wederpartij.

Het onderzoek ter zitting in de onderhavige zaken heeft plaatsgevonden op 24 juni 2019. Tegelijkertijd zijn behandeld de beroepen van [A] B.V. (zaaknummers HAA 13/2307, 13/2308, 15/2039 en 15/2040). Namens eiseres zijn verschenen haar gemachtigde, bijgestaan door mr. [E] . Namens verweerder zijn verschenen mr. R. Sachs, W. Meijer, mr. H.K. Nijkamp MSRE en mr. J.B. Wieken.

Eiseres heeft na sluiting van het onderzoek nog een nader stuk ingediend. De rechtbank ziet hierin geen aanleiding tot heropening van het onderzoek.

Overwegingen

Feiten

1. Eiseres is opgericht op 18 maart 1996. [B] B.V. (hierna: [B] ) is sinds 21 november 2002 enig aandeelhouder en vanaf 4 november 2002 bestuurder van eiseres.

2. [B] is tevens enig aandeelhouder van [Q] B.V., Interkosmit B.V. en [A] B.V. (hierna: [A] ).

3. Sinds 11 augustus 1975 is [E] bestuurder van [B] . Vanaf 16 november 1978 is mevrouw [G] , de echtgenote van [E] , tevens bestuurder van [B] . Beide bestuurders waren alleen/zelfstandig bevoegd. Met ingang van 20 oktober 2005 is ir. [H] (gemachtigde), zoon van [E] en [G] , toegetreden tot het bestuur.

4. [I] AG, gevestigd te [J] , Zwitserland, is enig aandeelhouder van [B] .

5. Bij de aanslagregeling is een deel van de betaalde rente aan verbonden lichamen gecorrigeerd op basis van de vaste ratio van de thincap-regeling (artikel 10d, vierde lid, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969; hierna de Wet Vpb). De berekening luidt als volgt (bedragen in € per 31 december):

2008 200920102011

Gemiddeld vreemd vermogen 8.829.252 8.871.007 9.086.268 7.053.446

Af: gemiddeld eigen vermogen maal 3 3 3 3 3

Franchise 500.000 500.000 500.000 500.000

Teveel aan vreemd vermogen (10b, lid 4) 8.329.249 8.371.004 8.586.265 6.553.463

Verhouding teveel VV ten opzichte van het totaal VV 0,94 0,94 0,94 0,93

Rente betaald aan verbonden lichamen 104.931 330.773 479.360 506.345

Niet aftrekbare rente vaste ratio artikel 10d 98.989 312.129 452.982 470.451

6. De gecomprimeerde fiscale balansen van eiseres afgeleid uit de aangiften vpb 2007 tot en met 2011 luiden als volgt (bedragen in € per 31 december):

2007 2008200920102011

totaal activa2.202.0282.210.9142.182.5282.122.2652.115.950

totaal passiva2.202.0282.210.9142.182.5282.122.2652.115.950

2007 2008200920102011

totaal activa14.375.86614.384.75214.356.36614.296.10314.289.788

totaal passiva14.375.86614.384.75214.356.36614.296.10314.289.788

2009 20102011

2007 2008200920102011

totaal passiva65.680.83870.727.08167.355.03064.777.80862.186.627

Beslissing

Rechtsmiddel