Rechtbank Noord-Holland, 16-06-2020, ECLI:NL:RBNHO:2020:4286, AWB - 19 _ 1912
Rechtbank Noord-Holland, 16-06-2020, ECLI:NL:RBNHO:2020:4286, AWB - 19 _ 1912
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Noord-Holland
- Datum uitspraak
- 16 juni 2020
- Datum publicatie
- 18 juni 2020
- ECLI
- ECLI:NL:RBNHO:2020:4286
- Zaaknummer
- AWB - 19 _ 1912
Inhoudsindicatie
Beroep is niet-ontvankelijk wegens gebrek aan belang.
Uitspraak
Zittingsplaats Haarlem
Bestuursrecht
zaaknummer: HAA 19/1912
(gemachtigde: M. Collij),
en
Procesverloop
Verweerder heeft aan eiser voor het jaar 2012 met dagtekening 23 januari 2015 een aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (hierna: ib/pvv) opgelegd, berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 21.
Verweerder heeft op 18 september 2017 een beschikking gewijzigde heffingsgrondslagen opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 504.
Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 5 maart 2019 de beschikking gewijzigde heffingsgrondslagen vernietigd en de aanslag verminderd tot een berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 0.
Eiser heeft daartegen beroep ingesteld, door de rechtbank ontvangen op 16 april 2019.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
De rechtbank heeft op 25 mei 2020 en op 27 mei 2020 nadere stukken van eiser ontvangen.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 2 juni 2020 te Haarlem.
Namens eiser is zijn gemachtigde verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. [a] en mr. [b] .
Overwegingen
Geschil 1. In geschil is de ontvankelijkheid van het beroep.
2. Voor de standpunten van partijen verwijst de rechtbank naar de gedingstukken.
Beoordeling van het geschil
3. De rechtbank overweegt dat nu verweerder geheel aan het bezwaar van eiser tegemoet is gekomen, dit betekent dat een uitspraak op beroep eiser niet in een gunstiger positie kan brengen dan waarin hij door de handelwijze van verweerder is komen te verkeren. Nu eiser bijgevolg geen belang meer heeft bij een uitspraak op zijn beroep zal de rechtbank zijn beroep niet-ontvankelijk zal verklaren.
4. Gelet op het vorenoverwogene dient het beroep niet-ontvankelijk te worden verklaard.
Proceskosten
5. De rechtbank ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. Beslissing
De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B. van Walderveen rechter, in aanwezigheid van
mr. M.C. Anema, griffier. De beslissing is gedaan op 16 juni 2020. Als gevolg van de maatregelen rondom het coronavirus is deze uitspraak niet uitgesproken op een openbare uitsprakenzitting. Zodra het openbaar uitspreken weer mogelijk is, wordt deze uitspraak, voor zover nodig, alsnog in het openbaar uitgesproken.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op: