Rechtbank Noord-Holland, 30-09-2020, ECLI:NL:RBNHO:2020:7366, AWB - 20 _ 1352
Rechtbank Noord-Holland, 30-09-2020, ECLI:NL:RBNHO:2020:7366, AWB - 20 _ 1352
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Noord-Holland
- Datum uitspraak
- 30 september 2020
- Datum publicatie
- 6 oktober 2020
- ECLI
- ECLI:NL:RBNHO:2020:7366
- Zaaknummer
- AWB - 20 _ 1352
Inhoudsindicatie
Rechtbank onbevoegd na uitspraak op administratief beroep.
Uitspraak
Zittingsplaats Haarlem
Bestuursrecht
zaaknummer: HAA 19/1352
en
Procesverloop
Eiser heeft op 14 februari 2020 tegen de beslissing van verweerder van 7 februari 2020 betreffende een verzoek om uitstel van betaling dan wel een betalingsregeling, digitaal beroep ingesteld.
Overwegingen
1. Ingevolge artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) kan de rechtbank, totdat partijen zijn uitgenodigd om op een zitting te verschijnen, het onderzoek sluiten indien voortzetting van het onderzoek niet nodig is, omdat zij kennelijk onbevoegd is dan wel het beroep kennelijk niet-ontvankelijk, kennelijk ongegrond of kennelijk gegrond is.
2. De rechtbank overweegt dat, gelet op artikel 25 van de Invorderingswet 1990 in samenhang met artikel 25.7.1 van de Leidraad Invordering 2008, tegen een beslissing inzake uitstel van betaling of betalingsregeling als de onderhavige, administratief beroep openstaat bij verweerder. Tegen de beslissing van de ontvanger staat ingevolge artikel 8:5, eerste lid, in samenhang met artikel 1 van de bij de Awb behorende Bevoegdheidsregeling bestuursrechtspraak, geen beroep bij de belastingrechter open. De rechtbank is derhalve onbevoegd van het beroep van eiser kennis te nemen.
3. Gelet op het voorgaande verklaart de rechtbank (de bestuursrechter) zich onbevoegd.
4. De rechtbank ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
Beslissing
De rechtbank verklaart zich onbevoegd.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M.C. van As, rechter, in aanwezigheid van N. Joacim, griffier. Deze uitspraak is gedaan op 30 september 2020.
Als gevolg van maatregelen rondom het coronavirus is deze uitspraak niet uitgesproken op een openbare uitsprakenzitting. Zodra het openbaar uitspreken weer mogelijk is, wordt deze uitspraak, voor zover nodig, alsnog in het openbaar uitgesproken.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op: