Rechtbank Noord-Nederland, 15-10-2013, ECLI:NL:RBNNE:2013:6317, AWB LEE 13/980 en 13/981
Rechtbank Noord-Nederland, 15-10-2013, ECLI:NL:RBNNE:2013:6317, AWB LEE 13/980 en 13/981
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Noord-Nederland
- Datum uitspraak
- 15 oktober 2013
- Datum publicatie
- 18 oktober 2013
- ECLI
- ECLI:NL:RBNNE:2013:6317
- Zaaknummer
- AWB LEE 13/980 en 13/981
- Relevante informatie
- Wet inkomstenbelasting 2001 [Tekst geldig vanaf 01-07-2023 tot 01-01-2024]
Inhoudsindicatie
IB/PVV. Verweerder heeft omzetcorrectie wegens verdachte retourboekingen op geen enkele wijze aannemelijk gemaakt. Integrale proceskostenvergoeding.
Uitspraak
Afdeling bestuursrecht
locatie Leeuwarden
zaaknummers: AWB LEE 13/980 en 13/981
(gemachtigde: [gemachtigde]),
en
(gemachtigde: [gemachtigde]).
Procesverloop
Verweerder heeft voor het jaar 2007 aan eiser een navorderingsaanslag opgelegd in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 77.455 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 5.283. Tegelijk met dit besluit heeft verweerder bij beschikking een bedrag van € 952 aan heffingsrente in rekening gebracht.
Bij uitspraken op bezwaar van 18 februari 2013 heeft verweerder het bezwaar van eiser ongegrond verklaard.
Eiser heeft tegen de zojuist bedoelde uitspraken op bezwaar beroep ingesteld. De rechtbank heeft dit beroep geregistreerd onder het zaaknummer 13/981.
Verweerder heeft voor de periode 1 januari 2007 tot en met 31 december 2007 aan eiser een naheffingsaanslag omzetbelasting opgelegd ten bedrage van € 557. Tegelijk met dit besluit heeft verweerder bij beschikking een bedrag van € 88 aan heffingsrente in rekening gebracht.
Bij uitspraken op bezwaar van 18 februari 2013 heeft verweerder het bezwaar van eiser ongegrond verklaard. Bij een aparte brief van 18 februari 2013, die volgens verweerder onderdeel uitmaakt van de uitspraken op bezwaar, heeft verweerder beslist op eisers verzoek om een kostenvergoeding.
Eiser heeft tegen de zojuist bedoelde uitspraken op bezwaar beroep ingesteld. De rechtbank heeft dit beroep geregistreerd onder het zaaknummer 13/980.
Verweerder heeft voor beide zaken één verweerschrift ingediend.
Partijen hebben vóór de zitting nadere stukken ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 16 september 2013. Eiser heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde, bijgestaan door [naam]. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde, bijgestaan door [naam] en [naam].
Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt, waarvan een afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
Overwegingen
Feiten
De rechtbank neemt de volgende, door partijen niet betwiste, feiten als vaststaand aan.
Eiser was in het jaar 2007 franchisenemer van het voormalige Super de Boer-concern.
Verweerder heeft op 2 juli 2012 een e-mail ontvangen van twee ambtenaren van de Belastingdienst/Randmeren en een ambtenaar van de FIOD Zwolle (het projectteam). In deze e-mail staat het volgende vermeld:
"Beste collega,
Strafrechtelijke onderzoeken