Rechtbank Noord-Nederland, 03-07-2018, ECLI:NL:RBNNE:2018:2520, AWB - 17 _ 3280
Rechtbank Noord-Nederland, 03-07-2018, ECLI:NL:RBNNE:2018:2520, AWB - 17 _ 3280
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Noord-Nederland
- Datum uitspraak
- 3 juli 2018
- Datum publicatie
- 10 juli 2018
- ECLI
- ECLI:NL:RBNNE:2018:2520
- Zaaknummer
- AWB - 17 _ 3280
Inhoudsindicatie
Parkeerbelasting 2017, misbruik van recht. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de gemeente Heerenveen privaatrechtelijke huurpenningen door het heffen van parkeerbelasting in rekening gebracht. Nu de gemeente Heerenveen haar publiekrechtelijke bevoegdheid tot het heffen van parkeerbelasting voor een ander doel heeft gebruikt dan waarvoor deze is gegeven, is naar het oordeel van de rechtbank strijd met artikel 3:3 van de Awb. De rechtbank vernietigt de aanslag parkeerbelasting en verklaart het beroep gegrond.
Uitspraak
Zittingsplaats Leeuwarden
Bestuursrecht
zaaknummer: LEE 17/3280
en
(gemachtigde: [gemachtigde verweerder] ).
Procesverloop
Verweerder heeft voor het jaar 2017 met dagtekening 7 april 2017 aan eiser een aanslag opgelegd in de parkeerbelasting ten bedrage van € 100 (aanslagnummer [aanslagnummer] ).
Bij uitspraak op bezwaar van 31 juli 2017 heeft verweerder het bezwaar van eiser gedeeltelijk niet-ontvankelijk verklaard en voor het overige ongegrond verklaard.
Eiser heeft tegen de uitspraak op bezwaar beroep ingesteld.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Eiser heeft vóór de zitting nadere stukken ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 5 juni 2018. Eiser is verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door [naam 1] en [naam 2] . Partijen hebben ter zitting een pleitnotitie voorgedragen en exemplaren daarvan overgelegd aan de rechtbank en (met tussenkomst van de griffier) aan elkaar.
Overwegingen
Feiten
1. De rechtbank neemt de volgende, door partijen niet betwiste, feiten als vaststaand aan.
[het appartementencomplex] is een appartementencomplex gelegen tegen de rand van een winkelcentrum in het centrum van Heerenveen . De appartementen zijn in eigendom bij de bewoners en de bewoners zijn verenigd in de Vereniging van Eigenaren ‘ [het appartementencomplex] ’ (hierna: de VvE). Het binnenterrein van [het appartementencomplex] (hierna: het binnenterrein) is in eigendom bij de gemeente Heerenveen (hierna: de gemeente). De gemeente heeft hierop parkeerplaatsen aangelegd. Deze parkeerplaatsen zijn voorzien van afsluitbare parkeerbeugels en hebben allemaal een eigen nummer. Hierdoor kan een specifiek aangewezen parkeerplaats alleen worden gebruikt door de vergunninghouder (tevens bewoner van [het appartementencomplex] ) waaraan deze parkeerplaats is toegewezen.
Buiten het binnenterrein van [het appartementencomplex] is in het centrum van Heerenveen het betaald parkeren regime van toepassing. Op het naastgelegen [plein] zijn parkeerplaatsen aanwezig voor winkelend publiek. In 2016 heeft de gemeente de doorgaande weg tussen het [plein] en [het appartementencomplex] voor autoverkeer afgesloten, waardoor het binnenterrein alleen nog te bereiken is via [laan] .
De gemeente is sinds 1977 eigenaar van het binnenterrein. Sinds 1980 wordt parkeerbelasting geheven van de bewoners van [het appartementencomplex] die gebruik maken van de parkeerplaatsen op het binnenterrein. Dit was destijds de enige plek in de gemeente Heerenveen waar parkeerbelasting werd geheven.
Aan de bewoners van [het appartementencomplex] die gebruik maken van de parkeerplaatsen op het binnenterrein heeft het college van burgemeesters en wethouders (hierna: college van B&W) parkeervergunningen verleend. In het besluit van het college van B&W van 27 juli 2015 om aan eiser een parkeervergunning te verlenen is, voor zover van belang, het volgende vermeld:
“Geachte heer/mevrouw,
Op 17 juni 2015 heeft u een aanvraag ingediend voor het huren van een parkeerplaats
bij wooncomplex “ [het appartementencomplex] ” te Heerenveen .
Omdat er op dat moment geen parkeerplaats beschikbaar was, bent u op de wachtlijst
geplaatst.
Inmiddels is er een parkeerplaats beschikbaar gekomen waarvoor u in aanmerking komt.
Overwegende dat:
(…)
- Dat de huidige huurder van de parkeerplaats heeft aangegeven de huur van deze
parkeerplaats te willen beëindigen.