Rechtbank Noord-Nederland, 21-05-2021, ECLI:NL:RBNNE:2021:2049, AWB - 20 _ 1488
Rechtbank Noord-Nederland, 21-05-2021, ECLI:NL:RBNNE:2021:2049, AWB - 20 _ 1488
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Noord-Nederland
- Datum uitspraak
- 21 mei 2021
- Datum publicatie
- 3 juni 2021
- ECLI
- ECLI:NL:RBNNE:2021:2049
- Zaaknummer
- AWB - 20 _ 1488
Inhoudsindicatie
Beroep tegen aanslag rioolheffing boothuis kennelijk gegrond. Gemeente heeft te kennen gegeven de aanslag in te zullen trekken vanwege een rechterlijke uitspraak met betrekking tot de aanslag rioolheffing van een vergelijkbaar boothuis.
Uitspraak
Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: LEE 20/1488
en
Procesverloop
Verweerder heeft voor het jaar 2020 met dagtekening 29 februari 2020 aan eiseres een aanslag rioolheffing opgelegd ten bedrage van € 175,92.
Bij uitspraak op bezwaar van 1 april 2020 heeft verweerder het bezwaar van eiseres ongegrond verklaard.
Eiseres heeft tegen de uitspraak op bezwaar beroep ingesteld.
Bij brief van 3 december 2020 heeft verweerder te kennen gegeven de aanslag rioolheffing te zullen gaan intrekken.
Overwegingen
1. Het onderzoek ter zitting is met toepassing van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) achterwege gebleven.
2. Bij de bestreden uitspraak heeft verweerder het bezwaar van eiseres tegen de aanslag rioolheffing met betrekking tot haar boothuis aan de [adres] ongegrond verklaard. Naar aanleiding van een gegrond beroep over de rioolheffing van een ander boothuis aan de [straatnaam] heeft verweerder te kennen gegeven de aanslag voor de rioolheffing te zullen intrekken c.q. verminderen.
3. Gelet op het voorgaande stelt de rechtbank vast dat het beroep kennelijk gegrond is. De rechtbank zal daarom het bestreden besluit en de aanslag rioolheffing vernietigen.
4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding. Omdat het beroep gegrond is, is verweerder gehouden het betaalde griffierecht van € 354 aan eiseres te vergoeden.
Beslissing
De rechtbank:
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar;
- vernietigt de aanslag;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van de vernietigde uitspraak op bezwaar;
- draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 354 aan eiseres te vergoeden.
Deze uitspraak is gedaan door mr. P.P.D. Mathey-Bal, rechter, in aanwezigheid van mr. M. Jongsma-van Helden, griffier, op 21 mei 2021. De uitspraak wordt openbaar gemaakt op de eerstvolgende dinsdag na deze datum.
w.g. griffier w.g. rechter