Rechtbank Noord-Nederland, 16-11-2021, ECLI:NL:RBNNE:2021:4931, AWB LEE - 20 _ 2403
Rechtbank Noord-Nederland, 16-11-2021, ECLI:NL:RBNNE:2021:4931, AWB LEE - 20 _ 2403
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Noord-Nederland
- Datum uitspraak
- 16 november 2021
- Datum publicatie
- 7 februari 2022
- ECLI
- ECLI:NL:RBNNE:2021:4931
- Zaaknummer
- AWB LEE - 20 _ 2403
Inhoudsindicatie
De rechtbank oordeelt dat sprake is van een onvoldragen bezwaarfase en verwijst de zaak terug naar verweerder om opnieuw op het bezwaar te beslissen.
Uitspraak
Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: LEE 20/2403
uitspraak van de enkelvoudige belastingkamer van 16 november 2021 in de zaak tussen
en
(gemachtigde: [gemachtigde van verweerder] ).
Procesverloop
Verweerder heeft voor het jaar 2016 met dagtekening 27 maart 2020 aan eiseres een aanslag opgelegd in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) berekend naar uitsluitend een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 17.985.
Tegelijk met dit besluit heeft verweerder bij beschikking een bedrag van € 60 aan belastingrente in rekening gebracht.
Bij uitspraak op bezwaar van 2 juli 2020 heeft verweerder het bezwaar van eiseres ongegrond verklaard.
Eiseres heeft tegen de uitspraak op bezwaar beroep ingesteld.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 15 november 2021. Namens eiseres is niemand verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde, bijgestaan door [bijstand verweerder] .
Overwegingen
Feiten
Eiseres is geboren op [geboortedatum] , gehuwd met [partner van eiseres] en woonachting te [woonplaats] .
In 2016 heeft eiseres een bedrag van € 34.500 aan inkomsten uit persoonsgebonden budget (hierna: PGB) ontvangen ten behoeve van de verzorging van haar zoons [naam zoon 1] en [naam zoon 2] .
Eiseres heeft op 12 november 2017 aangifte IB/PVV 2016 gedaan. De inkomsten uit het PGB heeft eiseres als volgt opgegeven onder overige werkzaamheden:
Resultaat uit werkzaamheden door arbeid |
||
PGB [naam zoon 1] |
€ 16.470 |
|
PGB [naam zoon 2] |
€ 18.030 |
|
Kosten bij resultaat uit werkzaamheden |
€ 22.595 |
-/- |
Netto resultaat uit werkzaamheden |
€ 11.905 |
Eiseres heeft onder de eigenwoningregeling als saldo van inkomsten en aftrekposten eigen woning een bedrag van -/- € 6.285 aangegeven. Hiervan is € nihil aan eiseres toegerekend.
Eiseres heeft een bedrag van € 24.565 aan specifieke zorgkosten opgegeven, als volgt gespecificeerd:
Kosten medicijnen |
€ 4.752 |
|
Uitgaven hulpmiddelen |
€ 620 |
|
Afschrijvingskosten woningaanpassing/hulpmiddelen |
€ 4.500 |
|
Uitgaven voor vervoer i.v.m. ziekte of invaliditeit |
€ 2.243 |
|
Dieetkosten |
€ 1.550 |
|
Extra uitgaven voor kleding en beddengoed |
€ 1.350 |
|
Genees- en heelkundige hulp |
€ 7.096 |
|
Reiskosten ziekenbezoek |
€ 2.454 |
|
Totaal |
€ 24.565 |
|
Drempel uitgaven specifieke zorgkosten |
€ 1.550 |
-/- |
Aftrekbaar bedrag specifieke zorgkosten |
€ 23.015 |
Van het aftrekbaar bedrag specifieke zorgkosten is € 3.015 aan eiseres toegerekend.
Tot slot heeft eiseres een bedrag van € 4.010 als restant persoonsgebonden budget opgegeven.
Naar aanleiding van de aangifte heeft verweerder met dagtekening 3 januari 2018 eiseres meegedeeld dat er geen voorlopige aanslag IB/PVV 2016 opgelegd zal worden. Met dezelfde dagtekening heeft verweerder aan eiseres een voorlopige aanslag Inkomensafhankelijke bijdrage zorgverzekeringswet (hierna: ZVW) opgelegd berekend naar een bijdrage-inkomen van € 11.905.
Bij brief van 2 april 2019 heeft verweerder – naar aanleiding van de aangifte IB/PVV 2016 – eiseres verzocht om informatie. Deze brief luidt – voor zover hier van belang – als volgt:
“Inkomsten uit overig werk
In de aangifte is bij inkomsten uit overig werk een bedrag afgetrokken van € 22.595. Om te kunnen beoordelen of u recht hebt op aftrek van deze kosten, verzoek ik u mij de volgende informatie te sturen:
- -
-
een specificatie van de kosten;
- -
-
een toelichting waarom sprake was van zakelijke kosten;
- -
-
de nota’s en betalingsbewijzen van de afgetrokken kosten.”
Bij brief van 17 juni 2019 heeft verweerder zijn verzoek om informatie herhaald.
Bij brief van 1 juli 2019 heeft de partner van eiseres namens eiseres verzocht om uitstel voor het aanleveren van de verzochte informatie.
Bij brief van 31 juli 2019 heeft de partner van eiseres namens eiseres gereageerd op het informatieverzoek. Daarbij zijn de kosten als volgt gespecificeerd:
“Van het inkomen waarop een bedrag van €22.595 in mindering is gebracht het volgende:
Mijn vrouw ging als begeleider mee op reis naar Indonesie, de kosten van de tickets AMS-DPS retour €3200. Verzetten van de vertrekdatum ivm heimwee zoon €795. DPS-SIN retour € 700 hotelkosten Singapore €1200, toegangskaartjes diverse parken €1000.
De overige kosten zijn gemaakt voor uitjes met onze zoons waarvoor zorg werd verleend door mijn vrouw vanuit het PGB. Dit is niet apart te declareren via het PGB. daar kan men alleen uren declareren. Wel is het daarna af te trekken via de aangifte, advies van persaldo. Dit is dan ook gebeurd. Toegangskaartjes pretparken. dierentuinen en musea €4320. Reiskosten in Nederland inclusief afschrijving €6300.
Werkruimte €4800.
Lidmaatschappen €280.
De werkzaamheden die zij voor de jongens deed is begeleiding omdat de beide jongens
[aandoening] hebben. De werkzaamheden hebben het gehele jaar geduurd vanaf 1 januari tot en met 31 december.
Deze kosten heeft ze moeten maken om zo de werkzaamheden te kunnen uitvoeren.
Ik voeg de WOZ-beschikking met daarop de WOZ-waarde 2015 staat bij.
Specifieke zorgkosten:
Medicijnen.
[partner van eiseres] [geboortedatum] gebruik [naam medicijn] 2 capsules per dag a €105 per maand = €2600
[naam medicijn] €25
[naam zoon 2] [geboortedatum] gebruik [naam medicijn] 1 capsule per dag a €105 per maand = €1300
[eiseres] [geboortedatum] :
[naam medicijn] €160
[naam medicijn] €520
[naam medicijn] €92
[naam medicijn] €55
Totaal €4752
Hulpmiddelen
Aanschaf krukken tbv [naam zoon 2] €100
Rolstoel €520 (aanschaf in Singapore)
Reiskosten vervoer
12 maal 2 maal 200 km a 0,19 (longrevalidatie beatrixoord, haren elk weekend naar huis) = €912
23 maal 36 km a 0,19 (ziekenhuisbezoek Heerenveen) = €157
21 maal 200 km a 0,19 (ziekenhuis/arts bezoek Denpasar) = € 798
33 maal 30 km a 0,19 (huisarts/apotheek/bloedlab Singaraja) €376
Totaal €2243
Dieeten
[eiseres] [geboortedatum]
[aandoening] (longarts Heerenveen)
Overige [aandoening] (AMC)
[partner van eiseres] [geboortedatum]
Natriumbeperkt ivm [aandoening] (huisarts)
Extra uitgaven beddegoed ivm chronische ziekte
[naam zoon 2] en [partner van eiseres] ( [geboortedatum] en [geboortedatum] ) vaste bedrag €300 x 2 = €600
[eiseres] ( [geboortedatum] ) hebben we extra uitgaven voor gehad en dan mag je €750 aftrekken.
Totaal €1350
Reiskosten bezoek
51 maal Beatrixoord 200 km a 0,19 = € 1938
10 maal Denpasar 200 km a 0,19 = €380
20 maal Heerenveen ziekenhuis 36 km a 0,19 = €136
Totaal €2454
Geneeskundige hulp
Ik heb in mijn aantekeningen staan dat de kosten bestaan uit de volgende nota’s, allen betaald in Indonesie. De nota’s zelf heb ik nog niet gevonden maar ik zal daar binnenkort nogmaals naar zoeken. Zodra ik die vind zal ik ze naar u opsturen.
[eiseres] [geboortedatum]
Nota arts plus behandeling €1690
Nota arts plus behandeling €1252
Nota arts plus onderzoeken €304
Nota ziekenhuis DPS €2519
[partner van eiseres] [geboortedatum]
Nota arts plus medicatie €332
[naam zoon 2]
Nota rontgenfoto €88
Nota behandeling arts €311
Overige kosten zoals maaltijden €600
Totaal €7069
Persoonsgebonden aftrek
Mij was het helaas ontgaan dat ik de kosten voor verbouwing tbv de invaliditeit van mijn vrouw niet meer mocht aftrekken. Indien dat zo is leg ik mij daarbij neer.
Wel heb ik telkens een discussie over het PGA ik loop en achter de feiten aan telkens als ik aangifte moet doen omdat dan nog niet bekend is wat ik daadwerkelijk kan doorschuiven naar het volgende jaar. Tevens heb ik voor 2013 eens goed laten uitzoeken wat het exacte PGA behoorde te zijn. Toen bleek mijn vermoeden ook juist dat ik bijna €25.000 aan PGA was kwijtgeraakt door een besluit van een inspecteur. Dit is toen gecorrigeerd echter voor 2014 wer naar beneden bijgesteld met bijna €25.000 door weer een andere inspecteur. Ik heb toen getracht dit uit te leggen telefonisch echter dat is met een hoop miscommunicatie op niets voor mij uitgelopen. Voor het jaar 2015 heb ik dit nogmaals maar nu schriftelijk weer aangekaart met de brief van het herstel met alle berekeningen van uw belastingdienst erbij zodat dit nu eens goed zou worden hersteld. Ik hoop dan ook dat dit nu eindelijk definitief is doorgevoerd. Zou u dat aub in uw beoordeling mee willen nemen. Indien u de brief met herberekening nodig hebt hoor ik dat graag.
Daarnaast heb ik nog een vraag voor u. Wij krijgen beide een uitkering van het UWV en zij hebben in hun wijsheid besloten een fors bedrag aan inkomen over de jaren 2013-2017 terug te vorderen van ons. Aangezien deze jaren reeds zijn aangegeven is mijn vraag wanneer en hoe ik die bedragen kan aftrekken? Het UWV heeft aangegeven dat dit via de belastingdienst te regelen is. Indien ik dit kan opvoeren in het PGA hoe moet ik dat dan in de aangifte verwerken, zodat ik niet weer tegen muren aan ga lopen. Of is dit nog in de aangifte van 2016 te verwerken? Indien u het exacte bedrag per jaar per persoon nodig hebt hoor ik dat graag van u.
Hopelijk heb ik zo voldoende informatie verstrekt. Mocht u nog iets missen hoor ik dat graag van u.”
Bij brief van 12 februari 2020 heeft verweerder aan eiseres meegedeeld voornemens te zijn bij het opleggen van de aanslagen IB/PVV en ZVW 2016 af te wijken van haar aangifte. Deze brief luidt – voor zover hier van belang – als volgt: