Rechtbank Rotterdam, 30-04-2024, ECLI:NL:RBROT:2024:5067, 83-072391-22
Rechtbank Rotterdam, 30-04-2024, ECLI:NL:RBROT:2024:5067, 83-072391-22
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Rotterdam
- Datum uitspraak
- 30 april 2024
- Datum publicatie
- 3 juni 2024
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:RBROT:2024:5067
- Zaaknummer
- 83-072391-22
Inhoudsindicatie
Veroordeling voor het feitelijke leidinggeven aan het opzettelijk de belasting welke op aangifte moet worden voldaan of afgedragen niet betalen, begaan door een rechtspersoon, het feitelijke leidinggeven aan het opzettelijk een bij de belastingwet voorziene aangifte niet doen, terwijl het feit ertoe strekt dat er te weinig belasting wordt geheven, begaan door een rechtspersoon en opzettelijk een geschrift afleveren terwijl hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat dit geschrift bestemd is voor gebruik als ware het echt en onvervalst. Totaalbedrag niet afgedragen omzetbelasting betreft ruim €116.000,-. Overschrijding redelijke termijn. Oplegging van een taakstraf van 85 uren met aftrek van voorarrest.
Uitspraak
Team straf 1
Parketnummer: 83-072391-22
Datum uitspraak: 30 april 2024
Tegenspraak
Verkort vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige economische kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1961,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres] , [postcode] te [woonplaats] ,
raadsman mr. N. Stegerhoek, advocaat te Amsterdam.
1 Onderzoek op de terechtzitting
Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 30 april 2024.
2 Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.
3 Eis officier van justitie
De officier van justitie mr. P. van de Kerkhof heeft gevorderd:
- -
-
bewezenverklaring van de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten voor zover die betrekking hebben op het tweede kwartaal van 2014 en van het onder 3 ten laste gelegde feit;
- -
-
veroordeling van de verdachte tot een taakstraf voor de duur van 85 uren met aftrek van voorarrest.