Home

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 01-03-2017, ECLI:NL:RBZWB:2017:1529, BRE - 15 _ 7799

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 01-03-2017, ECLI:NL:RBZWB:2017:1529, BRE - 15 _ 7799

Gegevens

Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak
1 maart 2017
Datum publicatie
14 april 2017
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2017:1529
Zaaknummer
BRE - 15 _ 7799
Relevante informatie
Algemene wet inzake rijksbelastingen [Tekst geldig vanaf 01-01-2024 tot 01-01-2025] art. 27e, Algemene wet inzake rijksbelastingen [Tekst geldig vanaf 01-01-2024 tot 01-01-2025] art. 67g

Inhoudsindicatie

Art. 27e en art. 67g AWR

Bij een doorzoeking van de woning van belanghebbende is in de kelder een hennepdrogerij aangetroffen. De rechtbank acht de verklaring van belanghebbende, dat hij de kelder had verhuurd en dat hij zelf geen toegang had tot de kelder, ongeloofwaardig en acht aannemelijk dat belanghebbende inkomsten heeft genoten uit het drogen en/of verhandelen van hennep. De inspecteur heeft echter niet in redelijkheid aan kunnen nemen dat belanghebbende deze inkomsten gedurende het gehele jaar heeft gehad. De hoogte van het inkomen is daarom in goede justitie bepaald. De rechtbank vernietigt de boetebeschikking, omdat de vergrijpboete niet op de juiste wijze is aangekondigd.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Belastingrecht, enkelvoudige kamer

Locatie: Breda

Zaaknummer BRE 15/7799

uitspraak van 1 maart 2017

Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak als bedoeld in afdeling 8.2.6 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en artikel 27d van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) in het geding tussen

[belanghebbende] , wonende te [woonplaats] ,

belanghebbende,

en

de inspecteur van de Belastingdienst,

de inspecteur.

De bestreden uitspraken op bezwaar

Zitting