Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 25-06-2021, ECLI:NL:RBZWB:2021:3228, AWB - 21 _ 1259
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 25-06-2021, ECLI:NL:RBZWB:2021:3228, AWB - 21 _ 1259
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 25 juni 2021
- Datum publicatie
- 6 juli 2021
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:RBZWB:2021:3228
- Zaaknummer
- AWB - 21 _ 1259
Inhoudsindicatie
voor deze uitspraak is geen samenvatting gemaakt
Uitspraak
Belastingrecht, enkelvoudige kamer
Locatie: Breda
Zaaknummer BRE 21/1259
uitspraak van 25 juni 2021
Uitspraak als bedoeld in artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in het geding tussen
[belanghebbende] , wonende te [woonplaats] ,
belanghebbende,
en
de ontvanger van de Belastingdienst,
de ontvanger.
1 Motivering
Belanghebbende heeft een beroepschrift ingediend betreffende de uitspraak op bezwaar tegen verrekening door de ontvanger van teruggaven inkomstenbelasting met naheffingsaanslagen motorrijtuigenbelasting en de bij beschikkingen opgelegde boeten (kenmerk [kenmerk] ).
De rechtbank (de fiscale bestuursrechter) is niet bevoegd een inhoudelijke beoordeling te geven. De rechtbank legt dit uit.
De (fiscale) bestuursrechter is als uitgangspunt niet bevoegd te oordelen over beslissingen van de ontvanger op grond van de Invorderingswet 1990.1 Voor bepaalde besluiten is in de regelgeving een uitzondering gemaakt. De beslissing tot verrekening van bedragen valt niet onder een van de uitzonderingen. Omdat geen beroep bij de (fiscale) bestuursrechter kan worden ingesteld, is het evenmin mogelijk bezwaar te maken.2Een geschil over verrekening van bedragen kan worden voorgelegd aan de civiele rechter.
De rechtbank is dus kennelijk onbevoegd.
Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
Aangezien de rechtbank onbevoegd is, zal aan de griffier worden opgedragen het griffierecht terug te betalen aan belanghebbende.
2 Beslissing
De rechtbank verklaart zich onbevoegd.
Deze uitspraak is gedaan door mr. S.A.J. Bastiaansen, rechter, in aanwezigheid van mr. M.A.M. van Meer, griffier, op 25 juni 2021 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De griffier, De rechter,
Afschrift aangetekend verzonden aan partijen op:
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de datum van verzending verzet worden gedaan bij de rechtbank (artikel 8:55 Awb). De indiener van het verzetschrift kan daarbij vragen in de gelegenheid te worden gesteld over het verzet te worden gehoord.