Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 19-01-2022, ECLI:NL:RBZWB:2022:214, AWB 19/2749 tot en met 19/2758
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 19-01-2022, ECLI:NL:RBZWB:2022:214, AWB 19/2749 tot en met 19/2758
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 19 januari 2022
- Datum publicatie
- 31 januari 2022
- ECLI
- ECLI:NL:RBZWB:2022:214
- Zaaknummer
- AWB 19/2749 tot en met 19/2758
Inhoudsindicatie
Voor deze uitspraak is geen samenvatting gemaakt.
Uitspraak
Belastingrecht, meervoudige kamer
Locatie: Breda
Zaaknummers BRE 19/2749 tot en met 19/2758
uitspraak van 19 januari 2022
Uitspraak als bedoeld in afdeling 8.2.6 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in het geding tussen
[belanghebbende] , wonend in [woonplaats] ,
belanghebbende,
en
de inspecteur van de Belastingdienst,
de inspecteur.
1 Ontstaan en loop van het geding
De inspecteur heeft aan belanghebbende (navorderings)aanslagen inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (hierna: IB/PVV) en inkomensafhankelijke bijdrage zorgverzekeringswet (hierna: Zvw) opgelegd voor de jaren 2008 tot en met 2012. Gelijktijdig is bij beschikking rente in rekening gebracht. Bij de (navorderings)aanslagen IB/PVV is tevens een beschikking gegeven waarbij een boete is opgelegd.
(navorderings)-aanslag IB/PVV |
Datum |
Belastbaar inkomen uit werk en woning |
Belastbaar inkomen uit sparen en beleggen |
Rente |
Boete |
2008 |
22-5-2013 |
€ 136.504 |
€ 20.859 |
€ 8.851 |
€ 29.685 |
2009 |
22-5-2013 |
€ 162.965 |
€ 21.967 |
€ 7.242 |
€ 35.650 |
2010 |
22-5-2013 |
€ 211.279 |
€ 16.697 |
€ 6.174 |
€ 48.647 |
2011 |
22-5-2013 |
€ 890.177 |
€ 12.939 |
€ 16.419 |
€ 224.414 |
2012 |
2-12-2015 |
€ 115.251 |
€ 9.854 |
- |
€ 22.857 |
(navorderings)-aanslag Zvw |
Datum |
Bijdrage-inkomen |
Rente |
2008 |
22-5-2013 |
€ 6.409 |
€ 48 |
2009 |
22-5-2013 |
€ 6.086 |
€ 29 |
2010 |
22-5-2013 |
€ 6.415 |
€ 20 |
2011 |
22-5-2013 |
€ 6.159 |
€ 12 |
2012 |
2-12-2015 |
€ 50.064 |
€ 3 |
Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de onder 1.1 vermelden aanslagen en beschikkingen.
Bij uitspraken op bezwaar van 27 mei 2019 heeft de inspecteur de opgelegde boete bij de aanslag IB/PVV 2012 vernietigd en de bezwaren voor het overige ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft bij brief van 14 juni 2019, ontvangen bij de rechtbank op 17 juni 2019, beroep ingesteld. Ter zake van dit beroep heeft de griffier van belanghebbende een griffierecht geheven van € 47.
De inspecteur heeft een verweerschrift ingediend. De inspecteur heeft ook een viertal documenten toegestuurd aan de rechtbank waarvoor een verzoek om geheimhouding als bedoeld in artikel 8:29 Awb wordt gedaan.
De geheimhoudingskamer van de rechtbank heeft op 26 maart 2020 uitspraak gedaan en beslist dat het verzoek om geheimhouding gerechtvaardigd is.
Belanghebbende heeft voorafgaand aan de zitting stukken ingediend. Deze stukken zijn doorgestuurd naar de andere partij.
Belanghebbende heeft op 24 augustus 2021 verzocht om uitstel van de zitting. Dit verzoek is op 26 augustus 2021 aangevuld.
De rechtbank heeft het verzoek om uitstel van de zitting op 27 augustus 2021 afgewezen.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 2 september 2021 in Breda. Aldaar zijn verschenen en gehoord namens belanghebbende, [partner] (de partner van belanghebbende; hierna: de partner) en mr. S. Yadegari en namens de inspecteur, [inspecteur 1] en [inspecteur 2] .
Belanghebbende heeft tijdens de zitting een pleitnota voorgelezen en exemplaren daarvan overgelegd aan het hof en aan de andere partij.
Van het ter zitting verhandelde is een proces-verbaal opgemaakt, waarvan een afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
2 Feiten
Op grond van de stukken van het geding en het verhandelde ter zitting staat het volgende vast:
Belanghebbende is geboren op [geboortedatum] en woont in de onderhavige jaren samen met de partner.
Belanghebbende heeft over de jaren 2008 tot en met 2012 aangifte IB/PVV gedaan naar de volgende bedragen:
Jaar |
Datum aangifte |
Belastbaar inkomen uit werk en woning |
Belastbaar inkomen uit sparen en beleggen |
2008 |
13 mei 2009 |
€ 24.822 |
€ 2.007 |
2009 |
29 maart 2010 |
€ 26.283 |
€ 6.780 |
2010 |
4 maart 2011 |
€ 25.597 |
Nihil |
2011 |
16 maart 2012 |
€ 25.995 |
Nihil |
2012 |
22 maart 2013 |
€ 22.751 |
Nihil |
De inspecteur heeft de aanslagen IB/PVV over de jaren 2008 tot en met 2011 overeenkomstig de aangiften vastgesteld. De aanslagen zijn vastgesteld op 3 december 2009 (2008), 12 januari 2011 (2009), 4 augustus 2011 (2010) respectievelijk 24 juli 2012 (2011).
De partner van belanghebbende heeft in de onderhavige jaren inkomen uit een dienstbetrekking genoten van € 42.936 (2008), € 44.618 (2009), € 45.636 (2010), € 46.451 (2011) en € 42.548 (2012).
Belanghebbende en zijn partner beschikken over een eigen woning.
Op 20 april 2012 heeft [informant] (hierna: de informant) zich gemeld bij de politie om aangifte te doen van bedreiging met een vuurwapen door belanghebbende. Het proces-verbaal van bevindingen vermeldt daarover:
“(…) Hij verklaarde tevens, dat hij uit angst voor hem en zijn gezin, openheid van zaken wilde geven over onder andere een criminele organisatie, waarin hij ongeveer de laatste 9 jaar werkzaam is geweest en waarbij [belanghebbende] [rechtbank: belanghebbende] en zijn zoon [zoon] als leiders van deze organisatie worden aangemerkt, waarbij er op grote schaal softdrugs wordt geteeld en verhandeld.”.
Naar aanleiding van de aangifte van de informant en de informatie die door hem is verstrekt, is onder leiding van de officier van justitie van het arrondissement Breda een strafrechtelijk onderzoek onder de naam “ [onderzoek] ” gestart naar het op grote schaal telen, bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken en vervoeren van softdrugs, het witwassen van geld en/of voorwerpen, valsheid in geschrifte, afpersingen, diefstal met geweld, bedreiging en deelneming aan een criminele organisatie met het oogmerk het plegen van diverse misdrijven.
Op 21 augustus 2012 heeft een huiszoeking plaatsgevonden in de woning van belanghebbende en de partner. Tijdens die huiszoeking is een bedrag van € 10.000 aan contanten aangetroffen in de garage en een bedrag van € 200.000 aan contanten was begraven in de tuin. Tijdens een doorzoeking op het adres van de schoonouders van belanghebbende is een bedrag van € 43.250 aangetroffen in een geheime ruimte onder de trap.
De inspecteur heeft op 12 april 2013 aan de officier van justitie verzocht om op grond van artikel 55 Algemene wet inzake rijksbelastingen (hierna: AWR) alle gegevens en inlichtingen te verstrekken die van belang zijn voor de beoordeling van de belastingheffing van belanghebbende en ter uitvoering van de belastingwetten voor de jaren 2007 tot en met 2012. De officier van justitie heeft dit verzoek gehonoreerd en diverse processen-verbaal aan de inspecteur overhandigd.
Naar aanleiding van de verkregen processen-verbaal heeft de inspecteur een rapport opgesteld met datum 7 mei 2013 (hierna: het rapport). Het rapport bevat onder meer de volgende citaten uit de verhoren van belanghebbende en de informant:
‘Op maandag 22 augustus 2012 werd [belanghebbende] gehoord en verklaarde het volgende:
"En ik ben blij dat jullie dat geld bij mij hebben gevonden, dan ben ik er vanaf en geeft het rust. Het was toch zwart geld, je kon er geen donder mee doen".
"Ik haal altijd het geld van mijn rekening af en spaar het op. En als je je vermogen niet bij de belasting opgeeft, is het toch zwart geld? En al het andere geld dat ik heb, heb ik in mijn huizen gestoken".
Op maandag 29 augustus 2012 werd [belanghebbende] gehoord en verklaarde het volgende:
Over de werkzaamheden met een wiethok.
"In het begin meebouwen. Daarna gewoon delen met de opbrengst”
Over de verdiensten.
"Het geld dat jullie gepakt hebben.
Ik denk alles bij elkaar 6 á 7 ton , misschien wel 8 ton , dus fl 600.000 tot fl 800.000".
Over de periode.
"Dat ik niks in de periode 2008 tot en met 2012 verdient heb met hennep"
Op maandag 17 september 2012 werd [belanghebbende] gehoord en verklaarde het volgende:
(…)
Over de aankoop van de woningen.
"Dat geld heb ik niet gespaard anders begraaf ik het niet in de tuin. Ik heb veel geld verdiend in de hennep en ik heb zuinig geleefd. Op mijn huizen na. Alles wat niet klopt in bijvoorbeeld de aankopen op papier, die fouten liggen allemaal bij mij en bij niemand anders”.
"Ja, daar ben ik altijd eerlijk over geweest dat ik met mijn wietgeld woningen heb kunnen kopen die ik eigenlijk nooit had kunnen kopen, maar dat heb ik alleen gedaan. Ik heb gedeeltes van die woningen met wietgeld betaald."
Over contante uitgaven.
"lk betaal inderdaad veel contant, maar dat is toch niet zo raar, jullie hebben toch ook veel contant geld bij mij aangetroffen in de schuur, daar betaal ik grote contante uitgaven van”.
Op maandag 17 december 2012 werd [belanghebbende] gehoord en verklaarde het volgende.
"Of het geld uit de wiethandel in de inrichting, verbouw en of tuinaanleg is gestoken die ik vanaf 2008 in bezit heb gehad weet ik niet meer. Van mijn spaarcenten heb ik de inrichting van mijn huis met [partner] betaald”.
"Een deel van het geld dat bij mij op 21 augustus 2012 is gevonden is geld dat ik met die wiethandel verdiend heb".
Over het contante bedrag van € 43.250 wat bij de schoonouders van partner [partner] is aangetroffen.
"De ouders van [partner] hebben dat nooit geweten. Ik heb dat geld daarin gestopt".
Op 20 april 2012 heeft zich een getuige/verdachte (hierna de verdachte) gemeld bij de politie. Deze getuige heeft verklaringen afgelegd met betrekking tot telen, bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken en vervoeren van soft drugs, het plegen van witwassen. Met betrekking tot [belanghebbende] (hierna [belanghebbende] ) heeft deze getuige het volgende verklaard.
Op donderdag 3 mei 2012 werd verdachte gehoord.
Verdachte verklaarde kort zakelijk samengevat onder andere dat:
- [belanghebbende] de baas van de organisatie is samen met zijn zoon [zoon] .
- Hij als een soort bedrijfsleider onder hen stond.
- Onder hem meerdere andere mensen handelingen verrichten.
Op zaterdag 12 mei 2012 werd verdachte gehoord.
Verdachte verklaarde kort zakelijk samengevat onder andere dat:
- [belanghebbende] hem vroeg voor hem te werken en dat hij dan beter zou verdienen
- Hij voor [belanghebbende] herstelwerkzaamheden moest verrichten in panden waarin hennepkwekerijen hadden gezeten.
- Hij 40.000,- Euro leende van [belanghebbende]
- Hij dit bedrag veel sneller terug zou kunnen betalen met werkzaamheden in hennepkwekerijen.
- Dit bedrag hem door [X] , met wie [belanghebbende] samenwerkte werd betaald.
- [belanghebbende] hem vroeg om huisjes te gaan zoeken waarin hennepkwekerijen gebouwd konden worden.
- Hij de lening hiermee veel sneller terug zou kunnen betalen.
- Hij een woning aan de [adres 1] vond.
- [belanghebbende] besliste dat de woning gehuurd moest worden.
- Hij samen met [belanghebbende] een kwekerij bouwde in de betreffende woning.
- [X] de inrichting en het onderhoud deed en de planten verzorgde.
- [belanghebbende] de baas was en [X] zijn rechterhand.
- Hier 4 jaar gedraaid is á 6 oogsten per jaar.
- Hij voor zijn werkzaamheden een bedrag ontving dat hij direct terugbetaalde aan [belanghebbende] voor de aflossing van zijn schuld.
- Er in de periode 2003-2006 gemiddeld 12 kwekerijen tegelijkertijd draaiden.
- [belanghebbende] de baas hiervan was en [X] alles regelde
- [belanghebbende] en [X] geld investeerden in nieuwe hokken (hennepkwekerijen) auto's, reizen en kleding.
- [belanghebbende] er gemiddeld 2 1/2 miljoen Euro per jaar aan overgehouden moet hebben.
- Hij dit geld waarschijnlijk verstopt heeft.
- Hij steeds betaald werd bij [belanghebbende] thuis aan de keukentafel.
- Zijn schuld aan [belanghebbende] in 2004/2005 was afbetaald.
- Hij toen rente moest betalen aan [belanghebbende] .
- Hij verantwoordelijk werd gehouden ais een hok ontmanteld of geript werd en hij daardoor geen winst maakte.
- Hij zijn schulden bij [belanghebbende] niet afgelost kreeg en deze tenminste in drievoud heeft terugbetaald.
- Hij met [X] en [belanghebbende] stopte en thuis zat.
- Hem door [Y] gevraagd werd een hok te bouwen.
- Toen hij naar [Y] ging om hierover te praten ook [belanghebbende] daar was.
- Hij dit eenmalig wilde doen om met het verdiende geld een nieuw bedrijf te starten.
- [belanghebbende] in de periode 2007-2009 van [X] af wilde en mij zei maar voor [X] te gaan werken.
- Als [belanghebbende] hoorde dat hij geld verdiende aan een hok, [belanghebbende] de helft hiervan opeiste omdat [belanghebbende] ervoor gezorgd had dat hij met [X] samen kon werken.
- Hij de huur van een woning aan de [adres 2] niet kon betalen en [belanghebbende] hem voorstelde met zijn zoon [zoon] samen te gaan werken.
- Hij samen met [zoon] een nieuw hok zou kunnen starten om de huur te kunnen betalen.
- Hij Euro 20.000,- van [belanghebbende] leende om het hok aan de [adres 2] dat geript was opnieuw in te richten.
- [belanghebbende] vertelde dat [zoon] aanwezig moest zijn bij de 1e oogst en zodoende ook mee moest delen.
- [zoon] hem later vertelde dat [X] niet meer mee mocht doen met het hok in [plaats 1] .
- [X] daarna zelfstandig verder is gegaan.
- Hij in de periode medio 2011 weer een paar hokken had opgebouwd met [zoon] .
- Er een hok van 1000 a 1100 planten geript werd waarvoor hij door [belanghebbende] en [zoon]
verantwoordelijk werd gesteld.
- Hij hen voor dit geripte hok elke 2 maanden een bedrag van Euro 100.000,- moest betalen.
- Het hen niet uitmaakte hoe hij aan het geld kwam.
Op zondag 13 mei 2012 verklaarde verdachte kort zakelijk samengevat
onder andere dat:
- [belanghebbende] hem, toen [X] vast kwam te zitten, voorstelde met zijn zoon [zoon] samen te gaan werken in de hennephandel.
- Hij samen met [zoon] aan het werk ging in een kwekerij aan de [adres 3] .
- Hij samen met [zoon] en anderen knipte.
- De knippers betaald werden door [zoon] of [belanghebbende] .
- Zij een aantal vaste knipadressen hadden.
- Het hok aan de [adres 3] 13 a 14 oogsten heeft opgeleverd.
- Dit afhankelijk van de soort hennep per oogst Euro 25.000,- of 40.000,- opleverde.
- Hij op verzoek van [belanghebbende] een huis aan de [adres 4] vond.
- Hij hier samen met [belanghebbende] op zolder een kwekerij maakte voor 180 planten.
- De kwekerij tot januari 2012 heeft gedraaid.
- Hij deze af moest breken en de woning heeft hersteld.
- Hij een deel van de spullen van de kwekerij in de woning heeft achtergelaten en heeft verstopt achter door hem getimmerde schotten.
- Er 14 keer geoogst is en dit afhankelijk van de soort hennep per oogst Euro 25.000,- of 40.000,- opleverde.
- De planten s` nachts geknipt werden, waarna deze tussen 5 en 6 uur naar het knipadres vervoerd werden.
- De knipploeg dan aan het werk kon.
- Dit tijdschema in de meeste kwekerijen aangehouden werd.
- Zij door hem betaald werden meestal nadat de handel was verkocht.
- Hij in het verleden een auto van [belanghebbende] op zijn naam had staan.
- Dit een [merk] betrof van ongeveer 61000 Euro die door [belanghebbende] in 3 a 4 keer contant
werd afgerekend.
- [belanghebbende] 2 [auto] heeft en de enige dure uitgaven van [belanghebbende] dure vakanties zijn.
- [belanghebbende] in 3 jaar tijd 3 keer verhuisd is en zijn huis inricht met dure designspullen.
- Het merendeel van het verdiende geld werd verstopt.
- Hij weet dat criminelen hun geld vaak ingraven soms tot wel 3 meter diep.
- [belanghebbende] geld in huis moet hebben liggen
- Hij soms even naar buiten moest als er afgerekend moest worden.
- [belanghebbende] zijn huis niet verliet en in tussentijd geld, soms meer dan 50.000 Euro,
tevoorschijn toverde.
- Hij met [belanghebbende] een kwekerij met 600 planten had ingericht op het adres [adres 5] .
- Hier 6 keer geoogst is.
- De kwekerij gemiddeld ongeveer 120.000 Euro per oogst opleverde.
- Hij in 2010 ook betrokken was bij een kwekerij met 1400 planten aan de [adres 6] .
- De opbrengst afhankelijk van het soort hennep tussen de 160.000,- en 250.000,- Euro was.
- Een aantal oogsten mislukt zijn.
- Hij begin 2011 betrokken is geraakt bij een kwekerij in de [adres 7] .
- [belanghebbende] besloot dat op dit adres een kwekerij ingericht kon worden.
- De kwekerij uit 2 delen bestond met in totaal ongeveer 1150 planten.
- De investering werd gedaan door [belanghebbende] en [zoon]
- De totale opbrengst van de kwekerij ongeveer 160 kilo Amnesia was.
- Dit ongeveer 180.000 Euro per draai opleverde.
Op 14 mei 2012 werd verdachte gehoord.
Verdachte verklaarde kort zakelijk samengevat onder andere dat:
- Hij net voordat gestart werd met de bouw van een kwekerij op het industrieterrein bij het [industrieterrein] hij samen met [zoon] en [belanghebbende] een kwekerij was gestart aan de [adres 8] .
- Hij samen met [zoon] in een [type auto] is gestapt waarmee zij de planten naar het knipadres brachten.
- Hij in 2010 samen met [belanghebbende] en [zoon] ook betrokken is geweest bij een hennepkwekerij op het adres [adres 9] .
- [belanghebbende] toestemming gaf en beslissingen nam.
- Hier 550 planten stonden.
[belanghebbende] en [zoon] de investering gedaan hebben.
Op 15 mei 2012 werd verdachte gehoord.
Verdachte verklaarde kort zakelijk samengevat onder andere dat:
- Hij wel eens geld in cellofaan verpakt van [belanghebbende] heeft gekregen.
- Er vaak ook een elastiekje om een bundeltje geld zat.
- [belanghebbende] ongeveer 6 jaar geleden een woning kocht aan de [straat] .
- De woning meer dan drieënhalve ton waard was.
- Er een hypotheek opzat en [belanghebbende] er een gedeelte eigen geld ingestopt heeft.
- [belanghebbende] deze verkocht en daarna een woning van 4 a 4 1/2 ton in [plaats 2] kocht.
- [belanghebbende] met de makelaar had afgesproken hij bij deze transactie Euro 50.000 onder tafel zou ontvangen.
- [belanghebbende] dit huis enige maanden later incluis meubels weer verkocht.
- Hij hierna weer een woning aan de [straat] kocht.
- [belanghebbende] zolang hij hem kent een arbeidsongeschiktheidsuitkering heeft en nooit heeft gewerkt.
- [belanghebbende] een vriendin had met een legitieme baan en hij zo zijn aankopen kon afdekken
Op 20 juni 2012 een 22 juni 2012 werd verdachte gehoord. Verdachte geeft in deze verhoren een opsomming van de hem bekende kweeklocaties met de daarbij behorende deelnemers in de opbrengsten.
In onderstaande tabel heb ik de verklaringen per kweeklocatie, periode en opbrengsten met betrekking tot [belanghebbende] weergegeven.
2008 |
2009 |
2010 |
2011 |
2012 |
|
[kweeklocatie 1] |
€ 297.500 |
||||
[kweeklocatie 2] |
€ 313.500 |
||||
[kweeklocatie 3] |
€ 85.000 |
€ 85.000 |
|||
[kweeklocatie 4] |
€ 38.182 |
€ 38.182 |
€ 38.182 |
€ 38.182 |
|
[kweeklocatie 5] |
€ 22.500 |
€ 22.500 |
|||
[kweeklocatie 6] |
€ 67.500 |
€ 67.500 |
|||
[kweeklocatie 7] |
|||||
[kweeklocatie 8] |
€ 25.000 |
€ 25.000 |
€ 25.000 |
€ 25.000 |
|
[kweeklocatie 9] |
|||||
[kweeklocatie 10] |
€ 73.500 |
€ 73.500 |
€ 15.000 |
€ 15.000 |
_______ |
€ 111.682 |
€ 136.682 |
€ 185.682 |
€ 864.182 |
€ 92.500 |
In het rapport geeft de inspecteur ook een overzicht van de correcties:
2008 |
2009 |
2010 |
2011 |
2012 |
|
Aangegeven inkomen box 1 |
€ 24.822 |
€ 26.283 |
€ 25.597 |
€ 25.995 |
€ 22.751 |
Opbrengsten kweeklocaties |
€ 111.682 |
€ 136.682 |
€ 185.682 |
€ 864.182 |
€ 92.500 |
Gecorrigeerd inkomen box 1 |
€ 136.504 |
€ 162.965 |
€ 211.279 |
€ 890.177 |
€ 115.251 |
“6. Correcties inkomstenbelasting box 3
Omdat in de aangiften het aangehouden contante geld niet bij het onderdeel voordeel uit sparen en beleggen is aangegeven (box 3) moet ook dit deel van de aangiften worden gecorrigeerd.
Omdat belastingplichtige heeft verklaard een deel van de aankoop van de woning(en) met hennepgeld te hebben betaald is voor het jaar 2008 uitgegaan van een hoger bedrag aan contant geld dan op 21 augustus 2012 bij de huiszoeking is aangetroffen.
Als basis daarvoor is genomen de aanschafwaarde van de laatst aangekochte woning [woning 1] inclusief verbouwing ad € 343.000 minus de hypotheek ad € 63.000 en de lening o/g van [Z] ad € 100.000 die bij aankoop eerste woning in 2008 is aangegaan. Derhalve een bedrag van € 180.000. Ik ga ervan uit dat dit bedrag in de periode 2008 tot en met 21 augustus 2012 geleidelijk tot nihil is afgenomen.
2008 |
2009 |
2010 |
2011 |
2012 |
|
1 januari |
|||||
Bankrekeningen: |
|||||
[belanghebbende] |
€ 68.162 |
€ 43.956 |
€ 46.369 |
€ 38.565 |
€ 186 |
[partner] |
- |
- |
€ 851 |
€ 2.242 |
€ 226 |
[woning 3] |
- |
€ 145.000 |
€ 145.000 |
||
Aangetroffen contant geld |
€ 253.250 |
€ 253.250 |
€ 253.250 |
€ 253.250 |
€ 253.250 |
Meer contant geld obv uitgaven |
€ 180.000 |
€ 144.000 |
€ 108.000 |
€ 72.000 |
€ 36.000 |
€ 501.412 |
€ 586.206 |
€ 553.470 |
€ 366.057 |
€ 289.662 |
|
31 december |
|||||
Bankrekeningen: |
|||||
[belanghebbende] |
€ 43.956 |
€ 46.369 |
€ 38.565 |
€ 186 |
€ 27.195 |
[partner] |
- |
€ 851 |
€ 2.242 |
€ 226 |
€ 295 |
[woning 3] |
€ 141.000 |
€ 145.000 |
|||
Aangetroffen contant geld |
€ 253.250 |
€ 253.250 |
€ 253.250 |
€ 253.250 |
€ 253.250 |
Meer contant geld obv uitgaven |
€ 144.000 |
€ 108.000 |
€ 72.000 |
________ |
________ |
€ 582.206 |
€ 553.470 |
€ 366.057 |
€ 253.662 |
€ 281.460 |
|
Gemiddelde bezittingen eind en begin jaar |
€ 541.809 |
€ 569.838 |
€ 459.764 |
||
Bezittingen per 1 januari |
€ 366.057 |
€ 289.662 |
|||
Vrijstelling contant geld |
€ 1.000- |
€ 1.006- |
€ 1.024- |
||
Heffingvrij vermogen |
€ 20.351- |
€ 20.661- |
€ 41.322- |
€ 41.570- |
€ 42.278- |
Gecorrigeerd belastbaar inkomen box 3 |
€ 521.494 |
€ 549.177 |
€ 417.442 |
€ 323.481 |
€ 246.360 |
Aangegeven belastbaar inkomen |
€ 2.007 |
€ 6.780 |
________ |
________ |
_________ |
Correctie belastbaar inkomen box 3 |
€ 519.487 |
€ 542.397 |
€ 417.442 |
€ 323.481 |
€ 246.360 |
In het rapport kondigt de inspecteur ook aan dat hij voornemens is om vergrijpboetes op te leggen op grond van artikel 67e AWR (2008 tot en met 2011) respectievelijk artikel 67d AWR (2012).
Op 22 mei 2013 respectievelijk 2 december 2015 heeft de inspecteur de onder 1.1 vermelde (navorderings)aanslagen opgelegd en de onder 1.1 vermelde beschikkingen gegeven.
Bij uitspraken op bezwaar van 27 mei 2019 heeft de inspecteur de opgelegde boete bij de aanslag IB/PVV 2012 vernietigd en de bezwaren voor het overige ongegrond verklaard.
Belanghebbende is door de strafkamer van deze rechtbank veroordeeld tot een gevangenisstraf van zes jaren voor onder meer het medeplegen van het opzettelijk handelen in strijd met artikel 3, onder b, Opiumwet (meermaals gepleegd), gewoontewitwassen, het deelnemen aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van een misdrijf (als bedoeld in artikel 11, derde en/of vijfde lid van de Opiumwet).1
3 Geschil
In geschil is:
I. Zijn alle op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd?
II. Zijn de algemene beginselen van behoorlijk bestuur geschonden?
III. Is de onschuldpresumptie geschonden?
IV. Beschikt de inspecteur over een grond voor navordering?
V. Moet de bewijslast worden omgekeerd en verzwaard?
VI. Is het inkomen winst uit onderneming of resultaat uit overige werkzaamheden
VII. Zijn de (navorderings)aanslagen terecht en naar het juiste bedrag vastgesteld?
VIII. Zijn de boetes terecht opgelegd en is de hoogte daarvan passend en geboden?
De inspecteur concludeert tot een gegrond beroep voor zover het de aanslag Zvw 2012 betreft. De aanslag Zvw 2012 dient volgens de inspecteur te worden vastgesteld naar een bijdrage-inkomen van € 27.313. Voor het overige is het beroep volgens de inspecteur ongegrond.
Belanghebbende concludeert tot vernietiging van de navorderingsaanslagen IB/PVV 2008 tot en met 2011 en de navorderingsaanslagen ZVW 2008 en 2009 en tot vermindering van de aanslagen overeenkomstig de ingediende aangiften. Verder concludeert belanghebbende tot vernietiging of vermindering van de rentebeschikkingen en tot vernietiging van de boetebeschikkingen.