Minister Heinen: anti-witwasaanpak moet veranderen

Minister Heinen: anti-witwasaanpak moet veranderen

Gegevens

Nummer
2025/105
Publicatiedatum
20 januari 2025
Auteur
Redactie
Rubriek
Formeel belastingrecht

De witwascontrole door, met name, banken is vastgelopen. In april wil minister Heinen een nieuwe aanpak voor het voorkomen van witwassen en terrorismefinanciering presenteren. Dit schrijft de minister in een visie op de financiële sector. 

Nederland heeft een groot probleem met georganiseerde (drugs)criminaliteit. Banken en andere financiële instellingen hebben een belangrijkere rol om crimineel geld buiten het financiële stelsel te houden. Veel banken hadden dit de afgelopen jaren niet op orde, waardoor er door de autoriteiten stevig is ingegrepen. Dit heeft geleid tot ingrijpende hersteltrajecten bij de banken om deze tekortkomingen op te lossen. Instellingen komen van ver en nog steeds zijn er instellingen die stappen moeten zetten in hun anti-witwasaanpak.

De keerzijde van dit (terecht) strenge ingrijpen, is dat dit ook heeft geleid tot een forse groei van het aantal bankmedewerkers dat zich bezighoudt met de aanpak van witwassen.

Disproportioneel

Er zijn veel signalen en voorbeelden uit de praktijk waaruit blijkt dat de inzet van banken nu disproportioneel uitpakt voor klanten en onvoldoende gericht is. Ondernemers, vrijwilligersorganisaties en burgers ervaren moeite met het openen van een (zakelijke) betaalrekening of kunnen helemaal geen rekening openen. Ook blijkt dat in 2021 in totaal 34.000 potentiële cliënten niet als cliënt zijn geaccepteerd door banken: bij 25% van de particulieren en bij 18% van de zakelijke cliënten was de anti-witwasregelgeving voor de banken aanleiding voor de weigering.

Een nieuwe belangenafweging is nodig om uit de huidige impasse te komen. Binnen de anti-witwasaanpak concurreren drie belangen met elkaar: (1) het voorkomen van witwassen, (2) de regeldruk voor zowel poortwachters als klanten en (3) de privacy van particulieren en ondernemers die gebruik maken van diensten van financiële instellingen. Streng zijn op criminelen, geen inperking van privacy en minder regeldruk: het kan niet allemaal tegelijk. We moeten durven kiezen schrijft de minister.

De prioriteit ligt bij de belangen bij het schoonhouden van het financiële stelsel van crimineel geld en het verminderen van de regeldruk. Dat betekent dat we meer ruimte moeten geven aan poortwachters om bijvoorbeeld gegevens met elkaar te delen en de onderzoeken door poortwachters gerichter te maken. Deze gegevensdeling dient uiteraard te voldoen aan het recht op privacy, dat een grondrecht is. De minister wil samen met de Tweede Kamer op zoek naar deze nieuwe balans tussen deze (soms tegenstrijdige) belangen.

Nieuwe aanpak

De anti-witwasaanpak moet veranderen. In april komt de minister met een nieuwe aanpak voor het voorkomen van witwassen en terrorismefinanciering. De twee hoofdoelen daarbij zijn 1) barrières verhogen om het criminelen lastiger te maken om misbruik te maken van het financiële stelsel, en 2) minder lasten voor bonafide ondernemers en burgers. gevoeligheden en belemmeringen bij het delen van informatie uit de opsporing.

Een ander belangrijk onderdeel van de nieuwe aanpak zijn de nieuwe Europese anti-witwasregels (AML-pakket) die in 2027 van toepassing worden. Hiermee wordt binnen de Europese Unie een belangrijke stap gezet om de witwasregels te harmoniseren. Door de nieuwe Europese regels zal onder ook de meldsystematiek veranderen. Zo gaan poortwachters verdachte transacties melden bij de Financial Intelligence Unit, en niet langer ongebruikelijke transacties. Doel hierbij is om de regeldruk voor zowel poortwachters als klanten te verlagen.

Het pakket, dat in juni 2024 is vastgesteld, bevat ook onwenselijke onderdelen. Zo worden er ten aanzien van UBO’s verschillende, ingrijpende wijzigingen aangebracht ten opzichte van de huidige systematiek en wordt het PEP-begrip uitgebreid. Tegelijkertijd biedt een verordening weinig nationale ruimte voor afwijkende of aanvullende regelgeving.

De minister gaat op korte termijn met alle betrokken partijen, zoals banken en toezichthouders om tafel over wat nodig is om de risicomijdende cultuur die in de afgelopen jaren is ontstaan te doorbreken. In april wordt de Kamer hier over geïnformeerd.

Visie op de financiële sector 2025, Ministerie van Financiën, 20 januari 2025