‘It was a large, handsome stone building, standing well on rising ground, and backed by a ridge of high woody hills.’1
Zo beschrijft Jane Austen (1775-1817) in Pride and Prejudice (1813) de buitenplaats Pemberley, waar Fitzwilliam Darcy woont. Voor tal van filmadaptaties heeft Pemberley ‘smoel’ gekregen in legio landgoederen die voor filmmakers model hebben gestaan voor Pemberley: Lyme Park, Chatsworth House en Dyrham Park. Het ene nog mooier dan het andere. Maar de lezer weet: Pemberley bestaat slechts in mijn verbeelding en behoeft daarmee geen bakstenen.
Ik zou daaraan willen toevoegen dat het voor Pemberley een geluk is dat het niet echt bestaat, en een nog groter geluk dat het niet in Nederland gelegen is, anders zou het vandaag de dag een tamelijk onderkomen toestand zijn. Ziet u het voor zich? Mr. Darcy, Elizabeth Bennet en Charles Bingley die met hun blote handen de rioolproblemen aanpakken of een quickscan op de bedreigde dwergvleermuis of steenmarter moeten uitvoeren. Dat beeld zou hevig afbreuk doen aan de charmes van het boek. Het zou dan net zo triviaal worden als een aflevering van Help, mijn man is klusser!. Kasteel Middachten, Twickel of Amerongen? Weldra niet meer te onderscheiden van Chateau Meiland als we het aan de wetgever overlaten. Alles van waarde is weerloos.
Want laten we wel wezen: het erfgoedbeheer laat te wensen over en vooral kastelen en buitenplaatsen hebben daaronder te lijden. Een belangrijke reden daarvoor is wat mij betreft gelegen in de afschaffing van de monumentenaftrek in de inkomstenbelasting per 1 januari 2019, waarvoor de Subsidieregeling instandhouding monumenten (hierna: Sim) in de plaats is gekomen. We zijn inmiddels zes jaar verder en door een eerdere evaluatie (in 2021) zijn de contouren van deze wetswijzigingen zichtbaar geworden: met name groot en groen erfgoed (landgoederen en buitenplaatsen) heeft het zwaar te verduren sinds 2019.
Hoewel in de aanloop van de afschaffing van de monumentenaftrek al waarschuwende woorden hebben geklonken,2 worden die waarschuwingen nu gestaafd door negatieve ervaringen.3 Ik zie de fiscale monumentenaftrek niet terugkeren, maar wil in deze Opinie wel de gelegenheid te baat nemen om uit te leggen waarom de Sim brandhout is voor groot erfgoed. Hierbij zal ik niet alleen de repercussies bespreken die de Sim heeft voor groot erfgoed, maar ook de uitdagingen die de nieuwe Omgevingswet per 1 januari 2024 met zich meebrengt voor dit specifieke soort erfgoed. Ik ontkom er niet aan om daarna ook iets te zeggen over erfgoedbeheer in het huidige politieke landschap wanneer ik vooruitblik: hoe moet het nu verder met de Pemberleys hier in de polder?