Gerechtshof Amsterdam, 19-06-2007, BA8973, 02/4671
Gerechtshof Amsterdam, 19-06-2007, BA8973, 02/4671
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Amsterdam
- Datum uitspraak
- 19 juni 2007
- Datum publicatie
- 6 juli 2007
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:GHAMS:2007:BA8973
- Formele relaties
- Cassatie: ECLI:NL:HR:2009:BK3804, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan
- Zaaknummer
- 02/4671
Inhoudsindicatie
Belanghebbendes beroep op Verordening (EG) 2658/87 wordt verworpen, aangezien naar het oordeel van de Douanekamer de onderhavige LCD-projectoren vatbaar zijn zowel voor indeling onder post 8471 60 90 als onder post 8528 30 05 van de GN. De projectoren fungeren op het moment van de invoer als in - uitvoereenheden voor automatisch gegevensverwerkende machines van post 8471 en kunnen dan alleen digitale signalen ontvangen. Na de invoer echter kunnen zij door middel van een relatief eenvoudige inbouw van de connectorplaat (videoboard) eveneens geschikt worden gemaakt om te werken als
videoprojectietoestellen, zoals die in post 8528 worden genoemd. De Douanekamer onderschrijft de stelling van de inspecteur dat de videofunctie ten tijde van de invoer reeds aanwezig is in het onderhavige product, zodat geoordeeld moet worden dat dit reeds dan essentiele kenmerken van een videoprojectietoestel vertoont. Niet is aannemelijk geworden dat één van deze beide functies slechts van ondergeschikt belang is en dat de andere functie het wezenlijk karakter van het product bepaalt. Beide functies wegen even zwaar. Indelingsregel 3c schrijft voor dat in de gevallen waarin goederen vatbaar zijn voor voor indeling onder twee of meer posten en indeling aan de hand van indelingregels 3a en 3b niet mogelijk is, de post wordt toegepast die in volgorde van nummering het laatst is geplaatst. Dat wil in casu zeggen post 8528 30 05 van de GN.
Uitspraak
GERECHTSHOF TE AMSTERDAM
Douanekamer
Uitspraak
in de zaak nr. 02/4671 DK
de dato 19 juni 2007
1. De procedure
1.1. Op 12 augustus 2002 is bij de Douanekamer van het Gerechtshof te Amsterdam (hierna: de Douanekamer) een beroepschrift ingekomen van A van B, adviseurs douane en internationale handel te C, namens X B.V. te D, belanghebbende.
Het beroep is gericht tegen de uitspraak van de inspecteur van de Belastingdienst/Douane district P (hierna: de inspecteur) van 26 juli 2002, kenmerk xxxx, waarbij het bezwaar van belanghebbende tegen de uitnodiging tot betaling, gedagtekend 2 november 2000, kenmerk xxxx, ten bedrage van ƒ 2.902.453,80 ( € 1.317.076,10) aan douanerechten, werd afgewezen.
1.2. Van belanghebbende is door de griffier een griffierecht van € 218 geheven. Belanghebbende heeft haar beroepschrift nader aangevuld bij faxbericht van 31 oktober 2002 en brief, ingekomen op 4 november 2002. De inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.
1.3. Op 4 juni 2003 is van belanghebbende een conclusie van repliek ingekomen, op 1 augustus 2003 van de inspecteur een conclusie van dupliek.
1.4. De mondelinge behandeling van de zaak heeft plaatsgevonden tijdens de zitting van de Douanekamer van 7 februari 2006.
Ter zitting zijn verschenen E van F Advocaten, namens belanghebbende, tot zijn bijstand vergezeld van G en H, alsmede namens de inspecteur I, tot zijn bijstand vergezeld van J. Tijdens de zitting is door partijen een pleitnota overgelegd en voorgelezen.
De Douanekamer rekent de pleitnota's tot de gedingstukken.
2. De feiten
2.1. Belanghebbende is douane-expediteur die voor derden aangiften ten invoer verzorgt. M (Nederland) B.V. (hierna: M) heeft als hoofdexpediteur van het M concern aan belanghebbende verzocht de aangiften ten invoer van de litigieuze goederen, LCD-projectoren, te verzorgen. Gedurende de periode van 4 november 1997 tot en met 8 juli 1999 heeft belanghebbende op eigen naam en voor eigen rekening aangiften gedaan.
De importeur en eigenaar van de litigieuze goederen is M1 (Europe) Ltd te Nx, (hierna: M1) een in Engeland gevestigde handelsmaatschappij binnen het M concern.
Ten behoeve van de indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur van het Gemeenschappelijk douanetarief (hierna: GN) heeft M1 op 24 juni 1997 en 30 december 1997 bij de Britse Douane om afgifte van een Bindende Tariefinlichting (hierna: BTI) verzocht.
De tekst van de door de Britse Douane aan M1 op 1 juli 1997 afgegeven BTI, kenmerk UK 100551727 01/07/97, luidt, voorzover van belang, als volgt:
Description of the goods
Multimedia LCD projector incorporating 250w metal halide lamp with reflector designed to maximize the reflection of light. 72.1mm lens assembly, 1.3."ply-silicon tft liquid crystal panels. Can be simultaneously connected to two computers (mac or pc) displays full colour svga images. (can be upgraded to project video images pal, ntsc and secam) resolution 800x600 svga, power zoom and focus, horizontal and vertical reverse, keystone correction, internal audio 2w stereo, operated by infra-red remote control which includes mouse function. Classified in this heading only when imported in consignments which do not include the pal/ntsc/secam video board which enables the system to receive a video signal. Weight 7.9 kg
Date of start of validity
1997/07/01
Date and reference of the application
1997/06/24
Classification of the goods in the customs nomenclature
8471609090
Commercial denomination and additional information
....
De tekst van de door de Britse Douane aan M1 op 6 januari 1998 afgegeven BTI met kenmerk UK 101423732 06/01/98 luidt, voorzover van belang, als volgt:
Description of the goods
(..) Data Projector. This projector is designed to meet the requirements of multimedia presentations. Two computers can be connected simultaneously (Mac of PC), and two composite of S-video inputs via an optional video adaptor, both with full stereo sound. VGA input is smoothly expanded to 800 x 600 resolution with full colour support (16.7 million colours). VGA input is smoothly expanded to 800 x 600 using an averaging process, while XGA can either be compressed to 800 x 600 or, using the window mode, be viewed at its true 1024 x 768 resolution in an 800 x 600 window. Presenters can switch instantly between the inputs using the remote control unit which covers all the functions needed including power zoom, screen size and focus. An RS-232C connection gives access to all the projector's functions allowing fully automated computer control, or control by an operator via a computer. Classified to this commodity code only when imported in consignments without the video adaptor.
Date of start of validity
1998/01/06
Date and reference of the application
1997/12/30
Classification of the goods in the customs nomenclature
8471609000
Commercial denomination and additional information
....
2.2. Eind oktober 2000 is door douaneambtenaren van het Douanedistrict P een controle na de invoer ingesteld bij M. De controle betrof de invoer van goederen in de periode van 1 januari 1997 tot en met 31 december 1999. In het controlerapport met dagtekening 8 december 2000 staan - voorzover van belang- de volgende bevindingen:
" 3.3. Standpunt van de Douane
Uit resultaten van fysieke controles en overgelegde bescheiden blijkt dat de projectoren, na enkel plaatsing van een video-connectorplaatje, volledig geschikt zijn voor weergave van zowel videobeelden als informatie, voortgebracht door de centrale verwerkingseenheid van een automatische gegevensverwerkende machine. In dit geval is sprake van goederen in niet-complete of niet-afgewerkte staat die de essentiële kenmerken van het complete of afgewerkte goed vertonen. Op grond van regel 2b van de algemene regels voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur (Verordening 2658/87 (EEG) van de Raad) dienen dergelijke goederen te worden ingedeeld onder de post waar ook het complete of afgewerkte goed moet worden ingedeeld. De betreffende LCD-projectoren kunnen zowel videobeelden als informatie, voortgebracht door de centrale verwerkingseenheid van een automatische gegevensverwerkende machine, weergeven. Op grond van regel 1, 2b en 6 van de algemene regels voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur dienen zij te worden ingedeeld onder post 8528, onderverdeling 8528.3005.00.
Overwegingen die mede geleid hebben tot het innemen van bovengenoemd standpunt zijn:
a. Brief van Douane post P, kantoor … d.d. 12-09-1997 met kenmerk M… waarin werd aangegeven dat LCD-projectoren (type ....) dienden te worden aangegeven onder post 8528. Deze brief was opgemaakt naar aanleiding van een fax van M B.V. In de fax werd het standpunt van de Nederlandse douane gevraagd omtrent een in Engeland afgegeven Bindende Tarief Inlichting (BTI) voor LCD-projectoren.
b. Een uitspraak van het Douane District P1 d.d. 24-02-2000, met kenmerk 00/498/791/143, inzake een bezwaarschrift van Q B.V. Q B.V. is één van de transportagenten (aangevers) die, in opdracht van M B.V. aangiften ten invoer verzorgen voor goederen die gefactureerd zijn op naam van M1 Ltd.
c. De constatering dat in de controleperiode meerdere aangiften ten invoer zijn gedaan met goederencode 8529.9088.99 (delen en onderdelen van videoprojectoren).
3.3. Standpunt M B.V.
Op het moment van invoer zijn de LCD-projectoren alleen in staat, beelden te projecteren die middels een gegevensverwerkende machine (computer) worden geproduceerd. Deze projectoren worden ten invoer aangegeven met goederencode 8471.6090.00. De voor de dubbelfunctie benodigde aansluiting(en) zijn op het moment van invoer niet op de projectoren aangebracht. De videoaansluitingen (aangebracht op een connectorplaatje) worden, nadat ze apart ten invoer zijn aangegeven (goederencode 8529.9088.99), samengevoegd met de betreffende projector. Door assemblage en configuratie kan de projector ook videobeelden weergeven (dubbelfunctie). Het standpunt van M B.V. is o.a. ingegeven door de overlegging van een Engelse B.T.I. (Bindende Tarief Inlichting) met nummer UK 100551727 van 01-07-1997 op naam van M1 Ltd.
3.4. Conclusie
Alle typen projectoren zijn ingericht c.q. voorbestemd om genoemde dubbelfunctie uit te oefenen. Door de onjuiste tariefindeling van videoprojectoren is er te weinig douanerecht afgedragen op aangifte door de aangevers van deze goederen.
In de controleperiode is door M B.V. aan vier aangevers opdracht gegeven om de videoprojectoren in te klaren. Dit zijn:
- X B.V., aangevernummer ….;
(..)
Deze aangevers zullen voor de rechten bij invoer een boeking achteraf ontvangen, middels een uitnodiging tot betaling. (...)."
2.3. De goederen zijn in afwijking van de aangifte ingedeeld onder post 8528 30 05 van de GN, waarvoor in 1997, 1998 en 1999 een douanerecht van respectievelijk 10,5%, 7 % en 3,5% gold. Als gevolg daarvan is de sub 1.1. vermelde uitnodiging tot betaling uitgereikt.
2.4. Na bezwaar is belanghebbende op 19 maart 2002 gehoord; daarvan is een verslag opgemaakt.
2.5. Op 26 juli 2002 heeft de inspecteur het bezwaar afgewezen. De tekst van de uitspraak op bezwaar luidt, voorzover van belang:
"U stelt dat, omdat op het moment van invoer de videofunctie niet gebruikt kan worden, indeling onder tariefpost 8471, via indelingsregel 1 dient te geschieden. De dubbelfunctie ontbreekt, aangezien er door het ontbreken van het connectorplaatje (adapter) geen videoapparatuur op de projector kan worden aangesloten en dus geen videosignalen kunnen worden verwerkt. Bij fysieke opname en uit de overgelegde bescheiden (beschrijvingen) bij de controle is gebleken dat, na het simpel plaatsen van het connectorplaatje de aangegeven projectoren geschikt zijn voor het weergeven van videosignalen. De verschillende weergavefuncties van de projectoren zijn gelijkwaardig.
Tijdens de behandeling van het bezwaarschrift bent u in de gelegenheid gesteld aan te tonen dat het "hart" van de projector geen dubbelfunctie heeft en tevens de technische specificaties van het connectorplaatje te overleggen. In dat kader heeft u, tijdens de verschillende besprekingen ter zake, toegegeven dat na het monteren van het connectorplaatje wel videosignalen kunnen worden verwerkt. In dat verband meen ik dat het ingevoerde apparaat dus incompleet is ten tijde van de invoer, doch wel een dubbelfunctie heeft en dus niet via indelingsregel 1 in tariefpost 8471 kan worden ingedeeld.
(…)
In het kader van deze bezwaarprocedure is door de Nederlandse douane aan de Engelse autoriteiten schriftelijk verzocht hun visie over het al of niet aanwezig zijn van een videoboard aan te geven in het kader van de afgegeven BTI's. Uit het antwoord van de Engelse douane blijkt mij dat zij in eerste instantie hun beslissing over de indeling hebben gebaseerd op de bevestiging van M Engeland dat de goederen niet waren voorzien van een videoboard en zodoende geen videosignaal kunnen weergeven.
Bij aangiften ten invoer van de goederen heeft de Engelse douane aangenomen dat goederen zonder de aansluitmogelijkheid ook geen videosignalen konden ontvangen. Zoals blijkt uit de recente aanvulling van de Toelichting van de GN (zie PB 2001/C190/09) is dat echter niet voldoende.
(…)
Beslissing op uw bezwaar
Ik wijs uw bezwaar af.
(…)".
2.6. Bij haar onder 1.2. vermelde beroepschrift legde belanghebbende een aan haar gerichte brief van de Douane post p2 over met dagtekening 24 maart 1998. De tekst hiervan luidt - voorzover van belang:
" Met betrekking tot de aangifte ten invoer nummer …. 33 deel ik je mee dat de door jou aangegeven goederencode 8471.6090.9000 na daadwerkelijke opname akkoord is bevonden. De opgenomen goederen betroffen LCD-projectoren van het merk M, model ....e.
Betreffende apparaten waren niet uitgerust met een video-ingang en ook de module/insteekkaart ontbrak. De Engelse BTI kan derhalve dienen".
2.7. Tot de gedingstukken behoort onder meer een faxbericht van de Britse douane, gedateerd 6 maart 2001 en gericht aan M1 Ltd. te O.
De tekst van genoemde brief luidt als volgt:
"I am unable to comment on the classification of the goods (part numbers) you have listed in your letter, without seeing full details of the products, specs. etc. However, I can advise that projectors which are unable to receive a composite video signal, and which only receive signals from a computer, are classified in tariff code 847160. This code has applied since 1997".
2.8. Tot de gedingstukken behoort onder meer een faxbericht van de Nederlandse douane, van 13 september 2001, gericht aan de Britse douane.
De tekst van dit bericht luidt- voorzover van belang- als volgt:
"(..)
The question concerns (for example) the following UK BTI's issued to M for LCD Video Projectors BTI 106402323 11/04/01, BTI 106402223 11/04/01 and BTI UK 105105039 02/05/00.
(..).
In principle we agree with the classification of these projectors under heading 8471, but during an examination at the importer premises we found that these projectors do have a video function for analogue signals which makes them classifiable under heading 8528 for which an import duty applied for the years 1997 to 1999. We found out that the video function inside the projector was present. Only the connection sockets on the outside were not present.
(..)
Our question to you is when you state in the BTI's "without a video board" do you mean no video board in the entire video projector or do you agree with M that the lack of connection sockets (at the time the projectors are being imported in het EU) on the outside is sufficient to rule out 8528 ? After the projectors are imported it is quite simple to install the sockets, even the consumer can do it.
The Dutch administration has the opinion that the sole presence of a video feature in the projector (even when this video function has been made inaccessible by removing or not applying the connection sockets) rules out classification under 8471."
(..)".
2.9. Tot de gedingstukken behoort onder meer een faxbericht van de Britse douane aan de Nederlandse Douane, gedateerd 30 september 2001. De tekst van het bericht luidt - voorzover van belang - als volgt:
"(..).
M-VIDEO PROJECTORS. BTI UK 106402321, 106402223, 105105039.
(...)
When classifying these goods, we were assured by the company that they did not include a video board, and so could not receive a composite video signal. Accordingly we classified the goods in heading 8471.
At the time the goods were classified, we would have considered that at import, the projectors were not capable of receiving a video signal. The recent amendment to the Explanatory Notes to subheading 8525 40 99 may alter the position if it is confirmed that a video function is present. The Note says goods are classified as if they can receive video signals, even if the video-input is blocked etc. This would not affect past imports in the UK, however, as we have only implemented the measure from the date of publication in the Official Journal.
(..)."
2.10. Tot de gedingstukken behoren onder meer eenendertig BTI's van de Britse Douane afgegeven aan M1 te O. De BTI's zijn aangevraagd op 21 en 23 maart 2001 en de afgiftedata zijn 30 maart 2001 en 11 en 18 april 2001. Het betreft mobiele LCD-projectoren (14 BTI’s), desktop LCD-projectoren (14 BTI’s) en ultraportable LCD-projectoren (2 BTI’s) en één LCD-projector vermeld in 2.10.4.
2.10.1. De tekst van de BTI met referentienummer UK 106402321 11/04/01, luidt - voorzover van belang - als volgt:
"4 Date of start of validity
2001/04/11
5 Date and reference of the application
2001/03/23
6 Classification of the goods in the customs nomenclature
8471609000
7 Description of the goods
MOBILE LCD PROJECTOR IMPORTED WITHOUT A VIDEO BOARD. ZOOM LENS. 180W UHB LAMP. VGA & SVGA, XGA, SXGA (SMART RESIZING) MAC COMPUTER COMPATIBILITY. REMOTE CONTROL WITH LASER POINTER. 295 X 76 X 225 MM. WEIGHT 3.2 KG. OTHER FEATURES INCLUDE MANUAL 1,2 X OPTICAL POWER ZOOM, 4 X DIGITAL MAGNIFICATION, 1.0 W STEREO SPEAKERS.
8 Commercial denomination and additional information
.... LCD PROJECTOR
9 Justification of the classification of the goods
CLASSIFICATION IS DETERMINED BY THE PROVISIONS OF GIRS 1 AND 6 AS WELL AS THE TEXT OF HEADING 8471 AND SUBHEADING 847160."
De goederen zijn door de Britse douane ingedeeld in post 8471 60 90.
De overige 13 BTI's voor mobiele LCD-projectoren zijn vergelijkbaar wat tenaamstelling, omschrijving en indeling in de GN van de goederen betreft.
2.10.2. De tekst van de BTI met referentienummer UK 106399072 11/04/01 luidt - voorzover van belang - als volgt:
"4 Date of start of validity
2001/04/11
5 Date and reference of the application
2001/03/21
6 Classification of the goods in the customs nomenclature
8471609000
7 Description of the goods
DESKTOP LCD PROJECTOR IMPORTED WITHOUT A VIDEO BOARD, ZOOM LENS. 160W UHB LAMP. VGA & SVGA, XGA (SMART RESIZING), MAC COMPUTER COMPATIBILITY, REMOTE CONTROL WITH LASER POINTER. 295 X 76 X 225 MM. WEIGHT 3,2 KG. OTHER FEATURES INCLUDE MANUAL 1,2 X OPTICAL POWER ZOOM, 4 X DIGITAL MAGNIFICATION, 1.0 W STEREO SPEAKERS.
8 Commercial denomination and additional information
.... LCD PROJECTOR
9 Justification of the classification of the goods
CLASSIFICATION IS DETERMINED BY THE PROVIONS OF GIRS 1 AND 6 AS WELL AS THE TEXT OF HEADING 8471 AND SUBHEADING 847160."
De goederen zijn door de Britse douane ingedeeld in post 8471 90 60.
De overige 13 BTI's voor desktop LCD-projectoren zijn vergelijkbaar wat tenaamstelling, omschrijving en indeling in de GN van de goederen betreft.
2.10.3. De tekst van de BTI met referentienummer UK 106402615 18/04/01 luidt - voorzover van belang:
"4 Date of start of validity
2001/04/18
5 Date and reference of the application
2001/03/23
6 Classification of the goods in the customs nomenclature
8471 609000
7 Description of the goods
ULTRAPORTABLE LCD PROJECTOR IMPORTED WITHOUT VIDEO BOARD, 130W UHB LAMP, VGA & SVGA, XGA (SMART RESIZING), MAC, COMPUTER COMPATIBILITY, REMOTE CONTROL. 289 X 60 X 210 MM WEIGHT 2.4.KG. OTHER FEATURES INCLUDE 1.24X OPTICAL MANUAL ZOOM, DIGITAL MAGNIFICATION, PICTURE FREEZE 1 X SPEAKER.
8 Commercial denomination and additional information
.... UTRAPORTABLE LCD PROJECTOR
9 Justification of the classification of the goods
CLASSIFICATION IS DETERMINED BY THE PROVISIONS OF GIRS 1 AND 6 AS WELL AS THE TEXT OF HEADING 8471 AND SUBHEADING 847160."
De goederen zijn door de Britse douane ingedeeld in post 8471 60 90.
De andere BTI voor een ultraportable LCD-projector is vergelijkbaar wat tenaamstelling, omschrijving en indeling van de goederen in de GN betreft.
2.10.4. De tekst van de BTI met referentienummer UK 106374487 30/03/01 luidt - voorzover van belang - als volgt:
"4 Date of start of validity
2001/03/30
5 Date and reference of the application
2001/03/19
6 Classificationi of the goods in the customs nomenclature
8528300500
7 Description of the goods
AN LCD PROJECTOR, WEIGHS 2.4 KG, SIZE 289 X 60X 210 MM. 800 ANSI LUMENS. FEATURES INCLUDE OPTICAL MANUAL ZOOM, DIGITAL MAGNIFICATION, PICTURE FREEZE AND REMOTE CONTROL. FULL VIDEO (PAL, NTSC, SECAM) AND COMPUTER (VGA, SVGA, XGA, MAC) COMPATIBILITY.
8 Commercial denomination and additional information
....
9 Justification of the classification of the goods
GENERAL INTERPRETATIVE RULES 1 AND 6 OF THE COMBINED NOMENCLATURE. TERMS OF CN CODES 85.28, 8528 AND 8528 3005."
De goederen zijn door de Britse douane ingedeeld in post 8528 30 05 van de GN.
2.11. Gezien de beschrijving van het product in de gedingstukken en gehoord hetgeen ter zitting omtrent het product door partijen is verklaard, kunnen de goederen als volgt worden getypeerd: multimedia video data LCD-projectoren die bestemd zijn om als uitvoereenheid van een gegevensverwerkende machine data op een scherm te projecteren; de afmetingen zijn: lengte 24,8 cm, diepte 10 cm en breedte 33 cm.
Zij zijn voorzien van een 15 pin digitaal RGB interface voor de aansluiting op computers. Voorts produceren zij een beeld met een helderheid van meer dan 500 Lumens (meestal 800). De resolutie van de LCD-panels in de projectoren komt overeen met de super video graphics array (SVGA) resolutie die standaard is bij computermonitoren: 800 x 600 pixels. Het beeld wordt opgebouwd uit een matrix van puntjes (pixels).
Het apparaat wordt ingevoerd zonder externe of interne aansluitmogelijkheden, bekabeling of schakeling die nodig is om een videosignaal te kunnen ontvangen. Om dit laatste mogelijk te maken wordt de connectorplaat (videoboard) toegevoegd. Hiertoe wordt het achterste plaatje van het apparaat verwijderd evenals de bovenkant, vervolgens wordt de connectorplaat toegevoegd en wordt een verbinding met het moederboard gemaakt.
De apparaten worden op de zakelijke markt gebruikt voor multimedia presentaties.
3. Het geschil
Tussen partijen is in geschil het antwoord op de vraag of van belanghebbende terecht het bedrag van ƒ 2.902.453,80, is geheven, welke vraag belanghebbende ontkennend en de inspecteur bevestigend beantwoordt.
Partijen hebben ook ieder een standpunt ingenomen met betrekking tot de uitleg van de posten 8471 60 90 en 8528 30 05.
Subsidiair is in geding het antwoord op de vraag of de inspecteur zich terecht niet gebonden acht aan de in Engeland afgegeven BTI’s waarin de goederen in post 8471 60 90 zijn ingedeeld en of belanghebbende een beroep toekomt op artikel 220, tweede lid, onderdeel b van het Communautair Douanewetboek (hierna: CDW).
Genoemde posten en de relevante teksten van de Aantekeningen luiden, in de versie van Verordening (EG) nr. 2261/98, Pb L 292, als volgt:
Post 8471 60 90
"
8471 Automatische gegevensverwerkende machines en eenheden daarvoor; magnetische
en optische lezers, machines voor het in gecodeerde vorm op dragers overzetten van
gegevens en machines voor het verwerken van die gegevens, elders genoemd noch
elders onder begrepen:
(…)
8471 60 - invoereenheden en uitvoereenheden, ook indien zij in dezelfde behuizing
geheugeneenheden bevatten:
(…)
8471 60 90 - - - andere"
Post 8528 30 05
"8528 Ontvangtoestellen voor televisie, ook indien met ingebouwd ontvangtoestel voor
radio-omroep of toestel voor het opnemen of het weergeven van geluid of van
beelden; videomonitors en videoprojectietoestellen:
(…)
8528 30 - videoprojectietoestellen:
8528 30 05 - - werkend met een plat beeldscherm (bijvoorbeeld een zogenaamde LCD), voor het weergeven van
digitale informatie, voortgebracht door de centrale verwerkingseenheid van een automatische
gegevensverwerkende machine”.
Aantekening 5B op Hoofdstuk 84
"Automatische gegevensverwerkende machines kunnen voorkomen in de vorm van systemen bestaande uit een variabel aantal afzonderlijke eenheden. Met inachtneming van het bepaalde in letter E hierna, wordt een eenheid als een deel van een compleet systeem aangemerkt, indien zij aan alle hierna omschreven voorwaarden voldoet, te weten:
a) zij moet van de soort zijn die uitsluitend of hoofdzakelijk wordt gebruikt in een automatisch gegevensverwerkend systeem;
b) zij moet, hetzij rechtstreeks, hetzij door tussenschakeling van een of meer andere eenheden, op de centrale verwerkingseenheid kunnen worden aangesloten; en
c) zij moet in staat zijn gegevens te ontvangen of te leveren in een vorm - codes of signalen - die bruikbaar is voor het systeem".
Aantekening 5E op Hoofdstuk 84
"Machines die een eigen functie, andere dan automatische gegevensverwerking, vervullen en die een automatische gegevensverwerkende machine bevatten of daarmede in samenhang worden gebruikt, worden ingedeeld onder de post die overeenkomstig hun functie in aanmerking komt of, bij ontbreken daarvan, onder een sluitpost."
De relevante Toelichtingen luiden als volgt:
GS-Toelichting op post 8471
"1. Automatische gegevensverwerkende machines en eenheden daarvoor.
(..)
D. Afzonderlijk aangeboden eenheden
(..)
Onder de eenheden zijn begrepen beeldschermeenheden van automatische gegevensverwerkende machines die een grafische presentatie weergeven van de verwerkte gegevens. Zij onderscheiden zich van de videomonitoren en ontvangtoestellen voor televisie bedoeld bij post 8528 op de verschillende navolgende wijzen:
1. Beeldschermeenheden van automatische gegevensverwerkende machines zijn slechts in staat om een signaal van de centrale verwerkingseenheid van een automatische gegevensverwerkende machine te ontvangen en kunnen daardoor geen kleurenbeeld van een composiet videosignaal reproduceren waarvan de golfvorm voldoet aan een uitzendnorm (NTCS, SECAM, PAL, DMAC, enzovoort). Zij zijn voorzien van aansluitingen die karakteristiek zijn voor gegevensverwerkende systemen (bijvoorbeeld een RS-232C koppeleenheid ("interface"), DIN of SUB-D aansluitingen) en hebben geen audioschakeling. Zij worden bestuurd door middel van speciale aanpassingseenheden (bijvoorbeeld monochrome of grafische adapters) die zijn geïntegreerd in de centrale verwerkingseenheid van de automatische gegevensverwerkende machine.
2. (..)".
GS-Toelichting op post 8528
"Deze post omvat ontvangtoestellen voor televisie (videomonitors en videoprojectietoestellen daaronder begrepen), ook indien met ingebouwd ontvangtoestel voor radio-omroep of toestel voor het opnemen of weergeven van geluid of beelden.
(..).".
Tariferingen op post 8528
"(..)
7. Projectietoestel met een plat beeldscherm 8528 3005
Projectietoestel werkend met een plat beeldscherm (afleesscherm met vloeibare kristallen) voor het weergeven in kleur zowel van gegevens rechtstreeks afkomstig van automatische gegevensverwerkende machines (bijvoorbeeld tekst, grafische voorstellingen), als van stilstaande of bewegende beelden afkomstig van videocamera's voor stilstaand beeld (zogenaamde still image videocamera's) en andere videocamera-opnametoestellen, video-opname- en videoweergavetoestellen, ontvangtoestellen voor televisie enzovoort. Het toestel is voorzien van luidsprekers.
De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1, 3 c en 6 voor de interpretatie van de gecombineeerde nomenclatuur, alsmede de tekst van de GN-codes 85.28, 8528.30 en 8528 3005.
(Verordening (EG) nr. 2184/97 van de Commissie van 3 november 1997, Pb nr. L 299 van 4-11-1997).
(…)".
De Douanekamer heeft ook in haar beschouwingen betrokken de tekst van de Toelichting op post 8525 4099, alsmede de aanvulling op deze Toelichting zoals die bekend werd gemaakt in Publicatieblad C 190/10 van 6 juli 2001:
"Onderverdeling 8525 4099
Tot deze onderverdeling behoren de videocamera's genoemde combinaties van apparaten bestaande uit een videocamera en een video-opname- en videoweergaveapparaat, waardoor niet alleen door de camera geregistreerde beelden kunnen worden opgenomen, maar ook televisieprogramma's. De opgenomen beelden kunnen door een extern televisieontvangtoestel worden weergegeven."
De ingevoegde tweede alinea luidt:
"Videocamera's (zogenaamde camcorders), waarbij de video-ingang is afgedekt door middel van een plaatje of op andere wijze, of waarin de video-interface achteraf met behulp van programmatuur kan worden geactiveerd als video-ingang, behoren eveneens tot deze onderverdeling. Deze toestellen zijn ontworpen om televisieprogramma's en andere van buitenaf inkomende videosignalen op te nemen.".
(…)".
De tekst van indelingsverordening (EEG) nr. 1288/91 van de Commissie van 14 mei 1991, Pb. L122, luidt, voorzover van belang:
"(..)
Omschrijving van de goederen. Indeling.
(..)
3. Kleurenmonitor die uitsluitend signalen van de centrale verwerkingseenheid van een automatisch gegevensverwerkende machine kan ontvangen. De monitor is niet in staat een kleurenbeeld te reproduceren op basis van een composiet videosignaal. 8471 92 90.
De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1 en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, aantekening 5B op hoofdstuk 84, alsmede de tekst van de GN-codes 8471, 8471 92 en 8471 92 90.
(..)".
De tekst van indelingsverordening (EG) nr. 1849/2004 van de Commissie van 21 oktober 2004, Pb. L323, luidt, voorzover van belang:
"(..) Omschrijving (1)
Een desktop-projectietoestel voor het projecteren van gegevens en beelden vanaf een zekere afstand op een groot scherm of een wand, werkend met een scherm met vloeibare kristallen.
Het toestel kan met een automatische gegevensverwerkende machine worden verbonden. Het toestel beschikt over een video-input teneinde beelden weer te geven die afkomstig zijn van videobronnen zoals een videorecorder of een videocamera.
Indeling (GN-code) (2)
8528 30 05
Motivering (3)
De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1, 3c en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur en de tekst van de GN-codes 8528, 8528 30 en 8528 30 05. Het toestel kan worden aangemerkt als een eenheid voor een automatische gegevensverwerkende machine op post 8471 of als een videoprojector op post 8528.
Geen van deze functies verleent het wezenlijke karakter aan het toestel.
Om deze reden wordt het toestel ingedeeld onder post 8528 als de post die in volgorde van nummering het laatst is geplaatst van de posten die voor de indeling in aanmerking komen.
(..)".
4. Het standpunt van belanghebbende
4.1. De LCD-projectoren zijn bestemd om als uitvoereenheid van een gegevensverwerkende machine bepaalde data op een scherm te projecteren. De projectoren kunnen na invoer worden uitgebreid met een nevenfunctie: het projecteren van beelden uit analoge (video) signalen.Op het moment van invoer kan de (ondergeschikte) videofunctie van de litigieuze goederen niet worden gebruikt. Volgens Titel I, indelingsregel 1 van Verordening (EG) 2658/87 moeten de goederen onder post 8471 worden ingedeeld. Indelingsregel 2a is niet van toepassing nu er geen sprake is van een goed in niet-complete of niet-afgewerkte staat. Daarnaast bestaat de hoofdfunctie van de goederen uit het weergeven van data en niet uit het weergeven van videobeelden.
4.2. Indelingsregel 3 is niet aan de orde aangezien de goederen niet vatbaar zijn voor indeling onder twee of meer posten, omdat zij slechts één functie hebben. Bij de invoer kunnen zij slechts data uit een computer ontvangen en weergeven, niet signalen van video-apparatuur. De Verordening (EG) 2184/97 van 3 november 1997, punt 5, is dan ook niet van toepassing op de goederen.
4.3. De in Engeland aan het zusterbedrijf van de importeur afgegeven BTI's zijn ook van toepassing op de ingevoerde goederen. De BTI's zijn verstrekt aan de eigenaar van de goederen, M1. Belanghebbende mag zich daarop beroepen. De goederen omschreven in die BTI's komen wat type, serie- en artikelnummers betreft overeen met de ingevoerde goederen. De extensie "e" achter het serienummer betekent niet dat het om een ander type projector gaat maar staat voor 'Europe'; de zending was bestemd voor de Europese markt.
De projectoren missen een videoboard/connectorplaat. Dit is ook door de Douane te p2 bij brief van 24 maart 1998 schriftelijk bevestigd met betrekking tot de aangifte met nummer …. 33. Belanghebbende mocht hieraan en aan het standpunt van de Britse douane vertrouwen ontlenen. Er wordt een beroep gedaan op artikel 220, lid 2, onderdeel b, van het CDW.
Zie hiervoor ook de uitspraak van het Hof van Justitie (EG) van 1 april 1993, Société Hewlett Packard France, C-250/91, Jurispr. blz. I-1819 en UTC 1993/53*.
4.4. De LCD-projectoren voldoen aan de voorwaarden van Aantekening 5B op hoofdstuk 84. De bepalingen van Aantekening 5E op Hoofdstuk 84 staan toepassing niet de weg omdat de projectoren niet een eigen functie hebben die anders is dan de functionaliteiten die in Aantekening 5B genoemd zijn en die tot indeling onder een andere post zouden leiden.
De in geding zijnde monitoren zijn hoofdzakelijk bedoeld voor de projectie van computerdata en dat is een criterium als in Aantekening 5B genoemd. Het vermogen om na montage of assemblage van niet bij de invoer aanwezige onderdelen als nevenfunctie videobeelden te kunnen weergeven is niet een functie die als hoofdzakelijke functie kan worden aangemerkt. Daarom moeten de projectoren onder post 8471 worden ingedeeld. Deze zienswijze wordt ook ondersteund door Verordening (EEG) nr. 1288/91 van de Commissie van 14 mei 1991.
4.5. De uitspraak van de Tariefcommissie van 27 december 2001, nr. 121/98 TC,
* betreft de indeling van soortgelijke projectoren. De Tariefcommissie komt tot het oordeel dat de hoofdfunctie van het goed doorslaggevend is en dat dit leidt tot indeling in post 8471.Zo luidt ook de uitspraak van het Hof van Justitie van 19 mei 1994, Siemens Nixdorf Informationssysteme AG, C-11/93, Jurispr. blz. I-1945.
4.6. De wijzigingen in de Toelichting op post 8528 40 99 zijn niet van toepasing op de onderhavige goederen maar op camcorders. De wijzigingen zien namelijk expliciet op een andere post. Daarnaast betreft de wijziging het geval dat goederen alsnog als video-apparatuur moeten worden ingedeeld wanneer de video-ingang door een plaatje is geblokkeerd of op andere wijze de mogelijkheid tot gebruik onklaar is gemaakt. Die omstandigheden doen zich bij de ingevoerde goederen niet voor nu daar de video-ingang niet is geblokkeerd, zij geen video-ingang bezitten en ook geen andere schakelingen hebben voor het ontvangen en verder geleiden van een videosignaal. Overigens is de wijziging op 6 juli 2001 gepubliceerd en kent zij geen terugwerkende kracht. De onderhavige aangiften dateren van 1997, 1998 en 1999. Hierop is de wijziging dus niet van toepassing.
4.7. De onderhavige LCD-projectoren onderscheiden zich van analoge videoprojectoren door hun prijs, zij zijn veel duurder. Daarnaast bezitten zij andere elementen die in analoge projectoren niet worden aangetroffen en zijn zij voorzien van een 15 pin's RGB interface voor de aansluiting met computers.
4.8. Het beginsel van rechtszekerheid en het vertrouwensbeginsel verzetten zich tegen het uitreiken van de UTB.
4.9. De Douanekamer wordt gevraagd de uitspraak op bezwaar van 26 juli 2002 en de UTB van 2 november 2000 te vernietigen en de inspecteur te veroordelen in de werkelijke kosten van beroepsmatig verleende rechtsbijstand aangezien de inspecteur tegen beter weten in zijn besluit heeft genomen. Daarnaast wordt gevraagd te oordelen dat de goederen in post 8471 moeten worden ingedeeld.
4.10. Ter zitting heeft belanghebbende, zakelijk weergegeven, nog het volgende aan zijn standpunt toegevoegd:
- de grief met betrekking tot de vooringenomenheid van de inspecteur maakt geen onderdeel meer uit van het geschil;
- de goederen zijn bestemd voor de zakelijke markt;
- niet is gebleken dat Verordening 1849/2004 van 21 oktober 2004 tot stand is gekomen om verwarring te voorkomen; het
gaat daar om een produkt met een wezenlijke dubbelfunctie;
- onbekend is of het videoboard/connectorplaatje na de invoer steevast aan de goederen wordt toegevoegd;
- aangeboden wordt getuigen/deskundigen te horen om de werking van de goederen te verduidelijken.
5. Het standpunt van de inspecteur
5.1. Indelingsregel 1 en 6 leiden tot indeling van de LCD-projectoren in post 8528. Dit blijkt ook duidelijk uit de bewoordingen van Verordening (EG) 2184/97 van 3 november 1997 en de nationale toelichting op post 8528 (tarifering 7). De goederen zijn geschikt voor het weergeven van signalen van automatisch gegevensverwerkende machines én voor het weergeven van videosignalen.
Na het monteren van het connectorplaatje kunnen de goederen videosignalen verwerken. Zij zijn weliswaar incompleet op het moment van invoer, maar hebben wel nog steeds een dubbelfunctie en kunnen daarom niet via indelingsregel 1 in post 8471 worden ingedeeld.
Aantekening 5E op hoofdstuk 84 geeft aan dat apparatuur met een eigen functie wordt ingedeeld naar die eigen functie. Goederen met een dergelijke dubbelfunctie als de onderhavige moeten worden ingedeeld onder post 8528, de post voor videoprojectietoestellen.
5.2. Bij de ingevoerde apparaten is het weergeven van videosignalen niet ondergeschikt aan het weergeven van signalen van automatische gegevensverwerkende machines. Indien in de omschrijving of voor het bepalen van het karakter van het product niet één functie doorslaggevend is, volgt met inachtneming van regel 3c voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur indeling van dat product in de post die in volgorde van nummering het laatst is geplaatst.
5.3. Verordening (EG) 2184/97 van 3 november 1997 is van toepassing nu het betreffende goed in die indelingsverordening met name wordt genoemd.
5.4. De overgelegde Engelse BTI's uit 1997 en 1998 zijn afgegeven voor goederen die geen videosignalen kunnen verwerken. De in Nederland ingevoerde goederen zijn videoprojectoren met de mogelijkheid van een zogenaamde dubbelfunctie, zij kunnen dus wel videosignalen verwerken. De Engelse BTI's zijn dus niet van toepassing op de onderhavige goederen.
Noch belanghebbende, noch M is rechthebbende van deze BTI's.
5.5. De Engelse BTI's die zijn afgegeven in 2001 zijn ruim na de onderhavige aangiften ten invoer aangevraagd, daarop kan dan ook door belanghebbende geen beroep worden gedaan.
5.6. Belanghebbende komt geen beroep toe op toepassing van artikel 220 lid 2, onderdeel b van het CDW. De importeur M was bekend met het standpunt van de Nederlandse douane aangaande de indeling van de litigieuze projectoren.
De onderhavige aangiften zijn niet gecontroleerd door de douane. Ingevolge de jurisprudentie kan er in dat geval geen sprake zijn van een vergissing van de douane. Daarmee staat vast dat artikel 220, lid 2, onderdeel b van het CDW niet van toepassing is.
Uit de brief van 24 maart 1998 met kenmerk ….33 komt weliswaar naar voren dat de Douane de goederen eenmaal daadwerkelijk heeft gecontroleerd en de aangegeven goederencode 8471 60 90 juist heeft bevonden, maar deze aangifte betrof LCD-projectoren van het merk M, model ....e. Dit is een ander type product. De Engelse BTI voor een LCD-projector van het merk M, model .... kon daartoe niet dienen. Deze vergissing van de Douane was voor belanghebbende redelijkerwijze te herkennen.
5.7. De in de uitspraak van de Tariefcommissie van 27 december 2001, nr. 121/98 TC,
*, vermelde producten zullen vergelijkbaar zijn geweest met de goederen die voorwerp zijn van het voorliggende geschil. In die zaak is echter geoordeeld dat er sprake was van één hoofdfunctie. De desbetreffende goederen lijken geavanceerder en meer ingericht voor het weergeven van computersignalen, onder andere door de aanwezigheid van een floppy drive bij sommige modellen. De onderhavige goederen hebben echter verschillende, gelijkwaardige functies die niet wezenlijk verschillen. Daarom is de uitspraak van de Tariefcommissie hier niet van toepassing.5.8. Het beroep van belanghebbende op het vertrouwensbeginsel en het rechtszekerheidsbeginsel is ongegrond, aangezien de Douane reeds in september 1997 het standpunt heeft meegedeeld dat de goederen in post 8528 moesten worden ingedeeld.
5.9. Ter zitting heeft de inspecteur, zakelijk weergegeven, nog het volgende aan zijn standpunt toegevoegd:
- er is geen sprake van bijzondere omstandigheden. Mocht de Douanekamer het beroep van belanghebbende gegrond verklaren is er slechts ruimte voor een proceskostenvergoeding volgens het Besluit Proceskosten Bestuursrecht;
- verordening (EG) 1849/2004 van 21 oktober 2004 is tot stand gekomen om verwarring te voorkomen en geeft aan dat
desktoptoestellen voor het projecteren op scherm onder post 8528 moeten worden ingedeeld. De motivering vindt plaats
met indelingsregels, 1, 3c en 6;
- de goederen zijn geschikt voor digitale en analoge gegevensverwerking en worden ook als zodanig gebruikt;
- het connectorplaatje/videoboard wordt door de opdrachtgever van belanghebbende, M, niet vóór de invoer ingebouwd om
indeling in post 8528, met een hoger tarief, te vermijden;
- onbekend is of het connectorplaatje na invoer steevast aan de goederen wordt toegevoegd.
6. De rechtsoverwegingen
I. De indeling in de GN
6.1. Ingevolge indelingsregel 2a heeft de vermelding van een goed in een post ook betrekking op dat goed in niet-complete of in niet-afgewerkte staat, voorzover dit de essentiële kenmerken van het complete of het afgewerkte goed vertoont.
Op grond van de vaststaande feiten en hetgeen ter zitting over de sub 2.11. omschreven goederen is verklaard acht de Douanekamer aannemelijk dat de projectoren vatbaar zijn zowel voor indeling onder post 8471 60 90 als onder post
8528 30 05 van de GN. De projectoren fungeren op het moment van de invoer als in- en uitvoereenheden voor automatisch gegevensverwerkende machines van post 8471 en kunnen dan alleen digitale signalen ontvangen. Na de invoer echter kunnen zij door middel van een relatief eenvoudige inbouw van de connectorplaat (videoboard) eveneens geschikt worden gemaakt om te werken als videoprojectietoestellen, zoals die in post 8528 worden genoemd.
De Douanekamer onderschrijft dan ook de stelling van de inspecteur dat de videofunctie ten tijde van de invoer reeds aanwezig is in het onderhavige product, zodat geoordeeld moet worden dat dit reeds dan de essentiële kenmerken van een videoprojectietoestel vertoont.
6.2. Uit aantekening 5E op hoofdstuk 84 van de GN volgt dat machines die een eigen functie, andere dan automatische gegevensverwerking, vervullen, worden ingedeeld onder de post die overeenkomstig hun functie in aanmerking komt. Uit het sub 6.1. overwogene volgt dat de onderhavige projectoren zowel de functie van uitvoereenheid voor automatische gegevensverwerkende machines als die van videoprojectietoestel hebben.
Niet is aannemelijk geworden dat één van deze beide functies slechts van ondergeschikt belang is en dat de andere functie het wezenlijk karakter van het product bepaalt. Beide functies wegen even zwaar. Indelingsregel 3c schrijft voor dat in de gevallen waarin goederen vatbaar zijn voor indeling onder twee of meer posten en indeling aan de hand van indelingsregels 3a en 3b niet mogelijk is, de post wordt toegepast die in volgorde van nummering het laatst is geplaatst. Dat wil in casu zeggen post 8528 30 05 van de GN.
6.3. De Douanekamer vindt steun voor zijn oordeel in de hiervoor onder 3. genoemde Verordening (EG) 2184/97 en Verordening (EG) 1849/2004, waar soortgelijke goederen worden ingedeeld. Hoewel laatstgenoemde verordening ten tijde van de litigieuze aangiften ten invoer nog niet tot stand was gekomen en de ingedeelde producten niet geheel identiek zijn aan de onderhavige, kan daaraan naar het oordeel van de Douanekamer niet worden voorbijgegaan.
Steun hiervoor is ook te vinden in het arrest van het Hof van Justitie van 4 maart 2004, Krings GmbH, C-130/02, Jurispr. blz. I-2121 en Douanerechtspraak 2004/47*, inzake analoge toepassing van indelingsverordeningen. De indelingsverordeningen dienen immers ter verduidelijking van de indeling en niet tot wijziging van de indeling als zodanig.
6.4. Voorzover belanghebbende stelt dat de uitreiking van de uitnodiging tot betaling niet terecht is omdat zij geheel te goeder trouw, conform de in 1997 en 1998 aan M1, zusterbedrijf van belanghebbendes opdrachtgever, in 1997 en 1998 afgegeven BTI's, heeft gehandeld, geldt het volgende.
Dit beroep faalt reeds omdat deze BTI's zijn afgegeven aan een andere rechthebbende en blijkens hun omschrijving betrekking hebben op een ander product dan het thans in geding zijnde goed. Maar ook al ware dat anders, dan nog is de Douanekamer niet gebonden aan de visie die volgt uit de indeling in genoemde BTI’s: vergelijk het arrest van het Hof van Justitie van 15 september 2005, Intermodal Transports BV, C-495/03, Jurispr. blz. I-8151 en
*.II. De navordering
6.5. Ingevolge artikel 220, tweede lid, onder b, van het CDW, wordt niet tot boeking achteraf overgegaan ingeval het wettelijk verschuldigde bedrag aan rechten niet was geboekt ten gevolge van een vergissing van de douaneautoriteiten zelf, die de belastingschuldige redelijkerwijze niet kon ontdekken en waarbij deze laatste zijnerzijds te goeder trouw heeft gehandeld en aan alle voorschriften van de geldende bepalingen inzake de douaneaangifte heeft voldaan. Belanghebbende heeft een beroep op deze bepaling gedaan.
6.6. Uit het arrest van het Hof van Justitie van 27 juni 1991, Mecanarte, C-348/89, Jurispr. blz. I-3277, volgt, voorzover hier van belang, dat de in deze bepaling bedoelde vergissingen alle vergissingen omvatten inzake de uitlegging of de toepassing van de voorschriften betreffende de rechten bij invoer, die de belastingschuldige niet redelijkerwijze kon ontdekken, wanneer zij het gevolg zijn van een actieve gedraging van de tot navordering bevoegde autoriteiten.
6.7. Met betrekking tot de afhandeling van de aangifte met nummer …. 33, waarbij een fysieke opname door de douane heeft plaatsgevonden oordeelt de Douanekamer als volgt. Hierbij heeft de douane de door belanghebbende aangegeven post, in casu post 8471 60 90, aanvaard. Er is derhalve sprake van een actieve gedraging, die is aan te merken als een vergissing in de zin van bovengenoemd artikel. Aangezien het hier de aanvaarding van de door belanghebbende gewenste post betreft, kan niet worden geoordeeld dat belanghebbende deze vergissing redelijkerwijze kon ontdekken. Ook overigens is belanghebbende te goeder trouw, zodat aan alle drie de voorwaarden van artikel 220, tweede lid, onder b, van het CDW, voor wat betreft deze aangifte is voldaan. De navordering moet derhalve - wat deze aangifte betreft - ongedaan worden gemaakt.
6.8. Naar de inspecteur gemotiveerd heeft aangevoerd, heeft met betrekking tot de overige litigieuze aangiften geen inhoudelijke en diepgaande controle van de goederen plaatsgevonden. Indien bij een dergelijke globale controle de aangiften worden gevolgd, kan niet worden gesproken van een actieve gedraging van de douane die zou zijn aan te merken als een vergissing in de zin van artikel 220, tweede lid, onder b, van het CDW, die aan controle achteraf en navordering, zoals in casu ook heeft plaatsgevonden, in de weg zou staan.
Daarnaast staat vast dat de douane M reeds in 1997 uitdrukkelijk van haar standpunt met betrekking tot de LCD-projectoren in kennis heeft gesteld.
6.9. De navordering van douanerechten wordt beheerst door de communautaire voorschriften dienaangaande, zodat het afzien van navordering louter in het licht van het tweede lid, onder b, van artikel 220 van het CDW, moet worden beoordeeld. Een beroep op andere beginselen, buiten het bereik van deze bepaling, kan derhalve niet slagen.
6.10. Uit al het vorenoverwogene volgt dat het beroep gegrond is voor wat betreft de aangifte met nummer …..33.
7. De proceskosten
De Douanekamer acht termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten als bedoeld in artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht.
Op grond van artikel 2, eerste lid, van het Besluit proceskosten bestuursrecht (hierna: het Besluit) worden de te vergoeden kosten bepaald op een forfaitair bedrag. Indien en voorzover belanghebbende bedoelt te stellen dat er aanleiding is de kosten op een hoger bedrag vast te stellen op de voet van artikel 2, derde lid, van het Besluit volgt de Douanekamer hierin belanghebbende niet. Belanghebbende heeft niets aangevoerd op grond waarvan kan worden geoordeeld dat sprake is van bijzondere omstandigheden als bedoeld in artikel 2, derde lid, van het Besluit die afwijking van de forfaitaire vaststelling van de te vergoeden proceskosten rechtvaardigen.
De Douanekamer stelt de aan belanghebbende te vergoeden proceskosten, met inachtneming van het Besluit, vast op 2,5 (beroepschrift, repliek, verschijnen zitting) x 1, 5 (gewicht van de zaak) x € 322 = € 1.207,50.
8. De beslissing
De Douanekamer:
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak, waarvan beroep, alsmede de uitnodiging tot betaling voorzover deze zien op de aangifte met
nummer …. 33;
- handhaaft de litigieuze uitspraak en uitnodiging tot betaling voor wat betreft de overige aangiften;
- veroordeelt de inspecteur in de proceskosten en wijst de Staat der Nederlanden aan deze kosten, groot € 1.207,50, aan
belanghebbende te voldoen;
- wijst de Staat der Nederlanden aan het griffierecht ad € 218 aan belanghebbende te vergoeden.
Aldus vastgesteld op 19 juni 2007 door mr. F.H.M. Possen, voorzitter, en mrs. A. Bijlsma en J.J.A.M. Kennis, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.K. Grando, griffier. De beslissing is op dezelfde dag in het openbaar uitgesproken.
De griffier: De voorzitter:
Beroep in cassatie
Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de verzenddatum beroep in cassatie worden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), Postbus 20303, 2500 EH Den Haag. Daarbij moet het volgende in acht worden genomen:
1. Bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd.
2. Het beroepschrift moet ondertekend zijn en bevat ten minste:
a) de naam en het adres van de indiener;
b) de dagtekening;
c) een omschrijving van de uitspraak waartegen het beroep in cassatie is gericht;
d) de gronden van het beroep in cassatie.
Voor het instellen van beroep in cassatie is griffierecht verschuldigd. Na het instellen van beroep in cassatie ontvangt de indiener een nota griffierecht van de griffier van de Hoge Raad.
In het cassatieberoepschrift kan de indiener de Hoge Raad verzoeken de wederpartij te veroordelen tot betaling van de proceskosten.