Gerechtshof Amsterdam, 04-02-2016, ECLI:NL:GHAMS:2016:1025, 15/00272
Gerechtshof Amsterdam, 04-02-2016, ECLI:NL:GHAMS:2016:1025, 15/00272
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Amsterdam
- Datum uitspraak
- 4 februari 2016
- Datum publicatie
- 22 maart 2016
- ECLI
- ECLI:NL:GHAMS:2016:902
- Zaaknummer
- 15/00272
Inhoudsindicatie
Belanghebbende zet parkeervergunning te laat over naar nieuwe auto. Naheffingsaanslag parkeerbelasting terecht opgelegd.
Uitspraak
kenmerk AWB 15/00271 en 15/00272
4 februari 2016
uitspraak van de tiende enkelvoudige belastingkamer
op de hoger beroepen van
[X] , wonende te [Z] , belanghebbende,
tegen
de uitspraak in de zaken met kenmerk AMS 14/6759 en AMS 14/6760 van de rechtbank Amsterdam (hierna: de rechtbank) van 4 februari 2016 in het geding tussen
belanghebbende,
en
de heffingsambtenaar van de gemeente Amsterdam, de heffingsambtenaar,
1 Ontstaan en loop van het geding
Aan belanghebbende is ter zake van het parkeren op 25 juli 2014 een naheffingsaanslag in de parkeerbelasting van de gemeente Amsterdam opgelegd (verder Naheffingsaanslag 1), ten bedrage van € 58,50 (€ 3,00 aan parkeerbelasting verhoogd met een bedrag van € 55,50 aan kosten ter zake van het opleggen van Naheffingsaanslag 1).
Aan belanghebbende is ter zake van het parkeren op 26 juli 2014 een naheffingsaanslag in de parkeerbelasting van de gemeente Amsterdam opgelegd (verder Naheffingsaanslag 2), ten bedrage van € 58,50 (€ 3,00 aan parkeerbelasting verhoogd met een bedrag van € 55,50 aan kosten ter zake van het opleggen van Naheffingsaanslag 2).
Belanghebbende heeft bij (afzonderlijke) brieven, beide gedagtekend 5 augustus 2014, bezwaar gemaakt tegen Naheffingsaanslag 1 en 2. Bij (afzonderlijke) uitspraken op bezwaar van (beide) 14 september 2014 heeft de heffingsambtenaar de bezwaren ongegrond verklaard en de naheffingsaanslagen gehandhaafd.
Bij mondelinge uitspraak van 2 april 2015 (waarvan het proces-verbaal op 14 april 2015 is verzonden) heeft de rechtbank de door belanghebbende ingestelde beroepen tegen de hiervoor onder 1.2 genoemde uitspraken op bezwaar ongegrond verklaard.
De tegen deze uitspraak door belanghebbende ingestelde (in twee afzonderlijke geschriften vervatte) hoger beroepen zijn (beide) bij het Hof ingekomen op 8 mei 2015. De inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 17 november 2015. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat met deze uitspraak wordt meegezonden.
2 Feiten
Nu de uitspraak van de rechtbank geen afzonderlijke vaststelling van de feiten bevat, stelt het Hof de feiten als volgt vast.
Belanghebbende was op op 25 en 26 juli 2014 houder van een bewonersvergunning als bedoeld in artikel 9 van de Parkeerverordening 2013 van de gemeente Amsterdam (hierna de Parkeerverordening 2013) voor het parkeren van het voertuig met het kenteken [kenteken 1] aan de [locatie] (hierna: de Vergunning).
Op (vrijdag) 25 juli 2014 heeft belanghebbende een [merk auto] met kenteken [kenteken 2] (hierna: de [merk auto] ) gekocht.
De [merk auto] stond op 25 en 26 juli 2014 geparkeerd aan de [locatie] ter hoogte van respectievelijk huisnummer [A] en huisnummer [B] (verder de Locatie).
Op de Locatie was belanghebbende ingevolge de Verordening Parkeerbelastingen 2014 en de daarbij behorende Tarieventabel 2014 van de gemeente Amsterdam voor het parkeren parkeerbelasting verschuldigd.
Bij controle heeft een parkeercontroleur van de gemeente Amsterdam geconstateerd dat ter zake van het parkeren van het voertuig telkens niet de verschuldigde belasting als bedoeld in artikel 1, aanhef, onder a van de Verordening Parkeerbelastingen 2014 van Gemeente Amsterdam (hierna de Verordening Parkeerbelastingen) was voldaan. Vervolgens heeft de parkeercontroleur de Naheffingsaanslag 1 op 25 juli 2014 om 20.27 uur en Naheffingsaanslag 2 op 26 juli 2014 om 15.22 opgelegd.
Parkeervergunningen kunnen 24 uur per dag online worden gewijzigd in de digitale portal van Cition of tijdens werkdagen bij één van de servicepunten van Cition.
Belanghebbende heeft op dinsdag 29 juli 2014 de Vergunning overgezet op de [merk auto] .
3 Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank heeft het beroep van belanghebbende ongegrond verklaard, waarbij zij het volgende heeft overwogen (Belanghebbende wordt daarin aangeduid als ‘eiser’ en de heffingsambtenaar als ‘verweerder’):
Op 25 juli 2014 omstreeks 20.27 uur stond de auto van eiser, merk [merk auto] met kenteken [kenteken 2] geparkeerd op de locatie [locatie] ter hoogte van huisnummer [A] . Bij controle heeft een parkeercontroleur van de gemeente Amsterdam geconstateerd dat voor de auto geen geldig parkeerbewijs was geregistreerd. De parkeercontroleur heeft daarom de naheffingsaanslag opgelegd.
Dit beroep is geregistreerd onder nummer [ nummer 1] .
Op 26 juli 2014 omstreeks 15.22 uur stond de auto van eiser, merk [merk auto] met kenteken [kenteken 2] geparkeerd op de locatie [locatie] ter hoogte van huisnummer [B] . Bij controle heeft een parkeercontroleur van de gemeente Amsterdam geconstateerd dat voor de auto geen geldig parkeerbewijs was geregistreerd. De parkeercontroleur heeft daarom de naheffingsaanslag opgelegd.
Dit beroep is geregistreerd onder nummer [nummer 2] .
2. Eiser heeft geconcludeerd tot gegrondverklaring van de beroepen, vernietiging van de bestreden uitspraken en vernietiging van de naheffingsaanslagen. Eiser heeft daartoe, samengevat, aangevoerd dat hij over een parkeervergunning beschikt. Omdat zijn vorige auto met kenteken [kenteken 1] defect was, heeft eiser een andere auto gekocht. Eiser was echter niet in de gelegenheid om op vrijdag 25 juli 2014 zijn parkeervergunning (tijdig) om te zetten naar het kenteken van zijn nieuwe auto met kenteken [kenteken 2] . Bij Cition is het omzetten van de parkeervergunning alleen mogelijk op werkdagen en het is eiser niet gelukt om dat in het weekend via de computer te doen. Op dinsdag 29 juli 2014 heeft eiser de parkeervergunning omgezet op het kenteken van zijn nieuwe auto. Eiser vraagt verweerder hiervoor enig begrip op te brengen. Eiser vindt de handelwijze van Cition onrechtvaardig en niet klantgericht.
3. Verweerder heeft gesteld dat de parkeervergunning kentekengebonden is. Indien het kenteken op de vergunning (nog) niet is omgezet zal de parkeerbelasting op andere wijze moeten worden voldaan. Een kentekenwijziging kan geschieden met behulp van een DigiD via “Mijn Cition” of persoonlijk op één van de servicepunten van Cition. Ingeval de kentekenwijziging via “Mijn Cition” wordt doorgegeven, wordt het kenteken op de vergunning direct aangepast.
4. Met verwijzing naar het arrest van de Hoge Raad van 17 december 1997 (ECLI:NL:HR:1997:AA3336) overweegt de rechtbank dat geen parkeerbelasting is verschuldigd indien wordt geparkeerd met een geldige parkeervergunning. Voor het kenteken van de (nieuwe) auto van eiser was ten tijde van het opleggen van de naheffingsaanslagen geen parkeervergunning afgegeven, omdat de parkeervergunning van eiser nog niet was omgezet naar het kenteken van deze auto. Eiser heeft op dat moment dan ook niet geparkeerd met een geldige vergunning en was daarom parkeerbelasting verschuldigd. Dat hij voor de vergunning heeft betaald, doet daaraan niet af. Eiser heeft niet voldaan aan de verplichting tot het voldoen van de verschuldigde parkeerbelasting.
5. Een parkeerbelasting is een zogenaamde objectieve belasting, dat wil zeggen dat de persoonlijke omstandigheden van de belastingplichtige in beginsel niet in de weg kunnen staan aan de naheffing, als overigens aan de voorwaarden voor naheffing is voldaan. Dat eiser niet in staat is geweest om tijdig zijn parkeervergunning te wijzigen is geen omstandigheid die aan naheffing in de weg staat. Dit komt voor zijn rekening en risico. De rechtbank overweegt in dat verband dat een wijzing via internet ook in het weekend mogelijk was en dat eiser de wijziging uiteindelijk pas op dinsdag heeft doorgegeven. Bovendien had eiser er voor kunnen kiezen om toch de verplichte parkeerbelasting te voldoen.
6. De rechtbank concludeert dat de naheffingsaanslagen op goede gronden zijn opgelegd.”