Home

Gerechtshof Amsterdam, 27-06-2024, ECLI:NL:GHAMS:2024:1775, 24/130

Gerechtshof Amsterdam, 27-06-2024, ECLI:NL:GHAMS:2024:1775, 24/130

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Datum uitspraak
27 juni 2024
Datum publicatie
3 juli 2024
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2024:1775
Formele relaties
Zaaknummer
24/130
Relevante informatie
Art. 8:75 Awb

Inhoudsindicatie

Verwijzingszaak. Partijen hebben ter zitting van het Hof overeenstemming bereikt in die zin dat de aanslag ib/pvv verminderd dient te worden tot een berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 28.898.

Uitspraak

kenmerk 24/130

Vijfde meervoudige belastingkamer

van de mondelinge uitspraak - na verwijzing door de Hoge Raad bij arrest van 17 november 2023, nr. 23/00227, ECLI:NL:HR:2023:1570 - op het hoger beroep van

(gemachtigde: mr. I.J. Janssens)

tegen de uitspraak van 24 januari 2022 in de zaak met kenmerk SGR 20/8183 van de rechtbank Den Haag (hierna: de rechtbank) in het geding tussen

belanghebbende

en

inzake de aan belanghebbende opgelegde aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (hierna: ib/pvv) voor het jaar 2016.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 25 juni 2024, daarbij zijn verschenen belanghebbende en gemachtigde voornoemd. Namens de inspecteur zijn verschenen [A] LLM, Msc en [B] .

Het Hof:

-

vernietigt de uitspraak van de rechtbank;

-

verklaart het beroep gegrond;

-

vernietigt de uitspraak op bezwaar;

-

vermindert de aanslag ib/pvv 2016 tot een naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 28.898 en overigens met inachtneming van de elementen die bij het vaststellen daarvan in aanmerking zijn genomen;

-

veroordeelt de heffingsambtenaar in de proceskosten van belanghebbende tot een bedrag van € 4.812,50; en

-

draagt de heffingsambtenaar op het voor het instellen van beroep en hoger beroep betaalde griffierecht van in totaal € 184 aan belanghebbende te vergoeden.

Gronden

1. Partijen hebben ter zitting van het Hof overeenstemming bereikt in die zin dat de aanslag ib/pvv 2016 verminderd dient te worden tot een berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 28.898 en overigens met inachtneming van de elementen die bij het vaststellen daarvan in aanmerking zijn genomen.

2. Het Hof zal dienovereenkomstig beslissen.

3. Het Hof vindt aanleiding voor een veroordeling van de inspecteur in de proceskosten van belanghebbende overeenkomstig artikel 8:75 Awb in verbinding met artikel 8:108 van die wet en het Besluit proceskosten bestuursrecht. Het Hof neemt hierbij 5½ punten in aanmerking (te weten steeds één punt voor het beroepschrift, het hogerberoepschrift en het verschijnen ter zitting van de rechtbank, het gerechtshof te Den Haag en het Hof en een half punt voor het indienen van een schriftelijke zienswijze na cassatie) tegen een tarief van € 875.

4. Voorts zal het Hof de inspecteur opdragen het griffierecht voor het beroep bij de rechtbank en het hoger beroep bij het Hof Den Haag te vergoeden.

De mondelinge uitspraak is in het openbaar uitgesproken op 25 juni 2024 door mrs. F.J.P.M. Haas, voorzitter, C.J. Hummel en J-P.R. van den Berg, leden van de belastingkamer, in tegenwoordigheid van mr. H.M. Nijland als griffier. Hiervan is dit proces-verbaal opgemaakt, ondertekend door de voorzitter en de griffier.

Tegen deze uitspraak kunnen beide partijen binnen zes weken na de verzenddatum beroep in cassatie instellen bij de Hoge Raad der Nederlanden via het webportaal van de Hoge Raad www.hogeraad.nl.

Bepaalde personen die niet worden vertegenwoordigd door een gemachtigde die beroepsmatig rechtsbijstand verleent, mogen per post beroep in cassatie instellen. Dit zijn natuurlijke personen en verenigingen waarvan de statuten niet zijn opgenomen in een notariële akte. Als zij geen gebruik willen maken van digitaal procederen kunnen deze personen het beroepschrift in cassatie sturen aan de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag. Alle andere personen en gemachtigden die beroepsmatig rechtsbijstand verlenen, zijn in beginsel verplicht digitaal te procederen (zie www.hogeraad.nl).

Bij het instellen van beroep in cassatie moet het volgende in acht worden genomen:

1. bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak gevoegd;

2 - ( alleen bij procederen op papier) het beroepschrift moet ondertekend zijn;

3 - het beroepschrift moet ten minste het volgende vermelden:

a. de naam en het adres van de indiener;

b. de dagtekening;

c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het beroep in cassatie is gericht;

d. de gronden van het beroep in cassatie.

Tenzij de Hoge Raad anders bepaalt, zal het gerechtshof deze mondelinge uitspraak vervangen door een schriftelijke. In dat geval krijgt u de gelegenheid de gronden van het beroep in cassatie alsnog aan te voeren of aan te vullen.

Voor het instellen van beroep in cassatie is griffierecht verschuldigd. Na het instellen van beroep in cassatie ontvangt de indiener een nota griffierecht van de griffier van de Hoge Raad. In het cassatieberoepschrift kan de Hoge Raad verzocht worden om de wederpartij te veroordelen in de proceskosten.

Toelichting rechtsmiddelverwijzing

Per 15 april 2020 is digitaal procederen bij de Hoge Raad opengesteld. Niet-natuurlijke personen (daaronder begrepen publiekrechtelijke lichamen) en professionele gemachtigden zijn verplicht digitaal te procederen. Wie niet verplicht is om digitaal te procederen, kan op vrijwillige basis digitaal procederen. Hieronder leest u hoe een cassatieberoepschrift wordt ingediend.

Digitaal procederen

Het webportaal van de Hoge Raad is toegankelijk via “Login Mijn Zaak Hoge Raad” op www.hogeraad.nl. Informatie over de inlogmiddelen vindt u op www.hogeraad.nl.

Niet in Nederland wonende of gevestigde partijen of professionele gemachtigden hebben in beginsel geen geschikt inlogmiddel en kunnen daarom niet inloggen in het webportaal. Zij kunnen zo lang zij niet over een geschikt inlogmiddel kunnen beschikken, per post procederen.

Per post procederen

Alleen bepaalde personen mogen beroep in cassatie instellen per post in plaats van via het webportaal. Zij mogen dit bovendien alleen als zij zonder een professionele gemachtigde procederen. Het gaat om natuurlijke personen die geen ondernemer zijn en verenigingen waarvan de statuten niet zijn opgenomen in een notariële akte. Een professionele gemachtigde moet altijd digitaal procederen, ongeacht voor wie de gemachtigde optreedt. Degene die op papier mag procederen en dat ook wil, kan het beroepschrift in cassatie sturen aan de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag.

Een afschrift van deze uitspraak is in Mijn Rechtspraak geplaatst. Indien u niet digitaal procedeert, is een afschrift aangetekend per post verzonden op: