Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 23-05-2017, ECLI:NL:GHARL:2017:4367, 16/00688 en 16/00689
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 23-05-2017, ECLI:NL:GHARL:2017:4367, 16/00688 en 16/00689
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 23 mei 2017
- Datum publicatie
- 2 juni 2017
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2017:4367
- Formele relaties
- Cassatie: ECLI:NL:HR:2018:770
- Zaaknummer
- 16/00688 en 16/00689
Inhoudsindicatie
Vpb. Vereiste aangiften gedaan? Elektronische aangiften. Persoonlijke domein geblokkeerd. Omkering en verzwaring bewijslast. Redelijke schatting. Verzuimboeten.
Uitspraak
locatie Arnhem
nummers 16/00688 en 16/00689
uitspraakdatum: 23 mei 2017
Uitspraak van de vijfde meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[X] bv te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 10 mei 2016, nummer AWB 15/6763 en AWB 15/6765, in het geding tussen belanghebbende en
de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Amsterdam (hierna: de Inspecteur)
1 Ontstaan en loop van het geding
Aan belanghebbende is voor het jaar 2012 een aanslag in de vennootschapsbelasting (Vpb) opgelegd. Bij beschikkingen is een verlies verrekend, is belastingrente berekend en is een verzuimboete van € 2.460 opgelegd.
De Inspecteur heeft bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar de bezwaren ongegrond verklaard.
Aan belanghebbende is voor het jaar 2013 een aanslag in de Vpb opgelegd. Bij beschikkingen is belastingrente berekend en is een verzuimboete van € 2.639 opgelegd.
De Inspecteur heeft bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar de bezwaren ongegrond verklaard.
Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 13 april 2017. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 Vaststaande feiten
Belanghebbende vormt samen met enkele dochtervennootschappen een fiscale eenheid. Belanghebbende exploiteert een winkel aan de [a-straat] 10 te [Z] .
Belanghebbende heeft een persoonlijk domein aangevraagd bij de Belastingdienst teneinde elektronisch aangifte Vpb te kunnen doen.
Het persoonlijk domein van belanghebbende is vanaf 14 september 2013 automatisch geblokkeerd, omdat belanghebbende het persoonlijk domein 18 maanden niet had gebruikt.
De Inspecteur heeft belanghebbende uitgenodigd de aangiften Vpb 2012 en 2013 in te dienen. Nadat de Inspecteur deze aangiften niet had ontvangen, heeft hij belanghebbende achtereenvolgens herinnerd en aangemaand. In de aanmaningen zijn als de uiterste data vermeld waarop aangifte kon worden gedaan 18 juli 2014 (Vpb 2012) en 13 februari 2015 (Vpb 2013).
Belanghebbende heeft schermprints van de aangifteprogramma’s vennootschapsbelasting 2012 en 2013 van de Belastingdienst overgelegd, waarop de volgende mededeling in een pop-up scherm staat vermeld:
“Het verzenden is mislukt.
(…)
De gebruikersnaam die u hebt ingevuld bij de ondertekening, is geblokkeerd. Dit kan uiteenlopende redenen hebben. Neem contact op met de BelastingTelefoon: 0800 – 0543.
Druk op ‘F1’ voor meer informatie.”
Met als dagtekening 25 september 2014 heeft de gemachtigde van belanghebbende een brief aan de Inspecteur gezonden met de volgende inhoud:
“Het is gebleken dat het niet mogelijk is de aangifte vennootschapsbelasting 2012 te doen, wegens blokkering.”
Met als dagtekening 7 januari 2015 heeft de gemachtigde van belanghebbende een brief aan de Inspecteur gezonden met de volgende inhoud:
“Het is gebleken dat het niet mogelijk is de aangifte vennootschapsbelasting 2013 te doen wegens blokkering.”
De Inspecteur heeft de aanslagen Vpb 2012 en 2013 vastgesteld naar geschatte belastbare winsten van respectievelijk € 70.632 en € 50.000. In de aangifte Vpb 2011 heeft belanghebbende een omzet van € 273.165 en een brutowinst van € 118.171 aangegeven.
3 Geschil
In geschil is of (1) belanghebbende de vereiste aangiften Vpb 2012 en 2013 heeft gedaan en (2) de Inspecteur de bewijslast terecht heeft omgekeerd en verzwaard. Voorts is in geschil of (3) de Inspecteur de aanslagen niet te hoog heeft vastgesteld en of (4) hij terecht verzuimboeten heeft opgelegd. Belanghebbende beantwoordt de eerste vraag bevestigend en de overige vragen ontkennend. De Inspecteur is de tegenovergestelde mening toegedaan.