Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 05-09-2017, ECLI:NL:GHARL:2017:7795, 16/00826 t/m 16/00827
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 05-09-2017, ECLI:NL:GHARL:2017:7795, 16/00826 t/m 16/00827
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 5 september 2017
- Datum publicatie
- 22 september 2017
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2017:7795
- Formele relaties
- Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGEL:2016:2848, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- 16/00826 t/m 16/00827
Inhoudsindicatie
Leges. Omgevingsvergunning. Legessanctie.
Uitspraak
locatie Arnhem
nummers 16/00826 en 16/00827
uitspraakdatum: 5 september 2017
Uitspraak van de vijfde meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
de heffingsambtenaar van de gemeente Apeldoorn (hierna: de heffingsambtenaar)
tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 31 mei 2016, nummers AWB 15/554 en 15/5518, in de gedingen tussen
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
en de heffingsambtenaar
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft aan belanghebbende bij nota, met dagtekening 13 september 2014, tweemaal leges in rekening gebracht van € 6.176 in verband met een omgevingsvergunning voor de [a-straat] 372 en 374.
Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de heffingsambtenaar bij uitspraken op bezwaar de legesnota’s gehandhaafd.
Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft de beroepen gegrond verklaard en de uitspraken van de heffingsambtenaar, alsmede de legesnota’s vernietigd.
De heffingsambtenaar heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 16 juni 2017. De heffingsambtenaar is zonder kennisgeving niet ter zitting verschenen. De aangetekende brief met de uitnodiging aan de heffingsambtenaar voor onderhavige zitting is op dinsdag 18 april om 8:04 uur afgehaald op een locatie van PostNL alwaar voor ontvangst is getekend. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 Vaststaande feiten
Belanghebbende is eigenaar van de objecten aan de [a-straat] 372 en 374 te [Z] Wiesel (hierna: de objecten).
Op 6 maart 2013 heeft belanghebbende voor de objecten aanvragen omgevingsvergunning ingediend. De aanvragen zijn onder meer getoetst aan het bestemmingsplan “ [Z] ”.
Op 12 april 2013 schrijft de gemachtigde van belanghebbende in een e-mail aan de heren [A] en [B] , werkzaam bij de gemeente Apeldoorn:
“Via Bureau [C] te [D] , verzoekt u cliënte om instemming te verlenen om de beslistermijn op de ingediende omgevingsvergunningen op te schorten tot 1 juli 2013, voor wat betreft de omgevingsvergunningen [a-straat] 372 en 374.
Zoals besproken op 21 februari jl. en vastgelegd in het gespreksverslag d.d. 26 februari jl., verzonden per email d.d. 26 februari 2013 te 14:24 uur aan de heer [E] en mevrouw [F] , zullen de onderhavige onvolledige omgevingsvergunningen pas in behandeling worden genomen, als blijkt dat de omgevingsvergunning die onder de rechter is, onherroepelijk is geworden.
Krachtens artikel 4:15, eerste lid, sub a van de Awb, wordt de uitnodiging om de omgevingsvergunningen aan te vullen in principe volgens het overeengekomene zoals neergelegd in het gespreksverslag pas verzonden na onherroepelijke afwijzing van de omgevingsvergunning die thans onder de rechter is. Hiervan afwijken klemt bovendien te meer, gelet op de mogelijke verschuldigdheid van leges.”
De Legesverordeningen 2013 en 2014 van de gemeente Apeldoorn bevatten – voor zover hier van belang - de volgende bepaling:
“Artikel 2 Belastbaar feit
Onder de naam 'leges' worden rechten geheven voor:
a. het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;”
De bij deze verordeningen behorende Tarieventabellen 2013 en 2014 bevatten de volgende bepaling:
“Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning
(…)
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project:”
Ten aanzien van de aangevraagde omgevingsvergunningen zijn leges in rekening gebracht. Het door de heffingsambtenaar in rekening gebrachte legesbedrag is in beide nota’s als volgt opgebouwd:
Omgevingsvergunningen, verhoging ivm aanvraag na aanvang |
€ 2.987,50 |
Omgevingsvergunningen, aanvraag bouw activiteit |
€ 2.987,50 |
Omgevingsvergunningen, afwijking bestemmingsplan binnenplans/Bor |
€ 201,00 |
Totaal |
€ 6.176,00 |
3 Geschil
In geschil is de vraag of belanghebbende leges verschuldigd is. Belanghebbende heeft daartoe onder meer aangevoerd dat de legesnota’s worden getroffen door de legessanctie van artikel 3.1, vierde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en dat de opbrengstlimiet van artikel 229b, van de Gemeentewet is overschreden.