Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 13-02-2018, ECLI:NL:GHARL:2018:1459, 16/01093
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 13-02-2018, ECLI:NL:GHARL:2018:1459, 16/01093
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 13 februari 2018
- Datum publicatie
- 23 februari 2018
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2018:1459
- Formele relaties
- Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGEL:2016:4089, Bekrachtiging/bevestiging
- Cassatie: ECLI:NL:HR:2019:410
- Zaaknummer
- 16/01093
Inhoudsindicatie
Leges. Aanvraag vaststellen bestemmingsplan. Individualiseerbaar belang?
Uitspraak
locatie Arnhem
nummer 16/01093
uitspraakdatum: 13 februari 2018
Uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
de heffingsambtenaar van de gemeente Nijmegen (hierna: de heffingsambtenaar)
tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 26 juli 2016, nummer AWB 15/7105, in het geding tussen
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende) en de heffingsambtenaar
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft aan belanghebbende in verband met het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, van de Wet ruimtelijke ordening (hierna: Wro) leges in rekening gebracht ten bedrage van € 15.866,21.
De heffingsambtenaar heeft bij uitspraak op bezwaar het bezwaar ongegrond verklaard.
Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard en de uitspraak van de heffingsambtenaar alsmede de legesnota vernietigd.
De heffingsambtenaar heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 12 december 2017. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 Vaststaande feiten
Belanghebbende is eigenaar en bewoner van de woning aan de [a-straat] 22 te [Z] (hierna: de woning).
Op 17 april 2015 heeft belanghebbende een verzoek ingediend tot wijziging van het bestemmingsplan met betrekking tot het perceel waarop de woning is gebouwd. Zij verzoekt de bestemming ‘agrarisch bouwperceel klasse A’ te wijzigen naar ‘woondoeleinden’.
De woning van belanghebbende wordt sinds 1995 voor burgerwoondoeleinden gebruikt.
Het ten tijde van het in behandeling nemen van de aanvraag vigerende bestemmingsplan, is het bestemmingsplan Buitengebied Bemmel 1978 (hierna: het bestemmingsplan). Dit bestemmingsplan is vastgesteld op 26 april 1979 en is sindsdien niet gewijzigd of opnieuw vastgesteld in de zin van artikel 3.1, tweede lid, van de Wet ruimtelijke ordening (hierna: Wro).
Op grond van de tarieventabel, onderdeel 2.7.1, behorende bij de Legesverordening 2015 van de gemeente Nijmegen (hierna de Legesverordening), heeft de heffingsambtenaar bij factuur gedateerd 26 augustus 2015 leges ten bedrage van € 15.866,21 in rekening gebracht.
Onderdeel 2.7.1, van de tarieventabel behorende bij de Legesverordening (hierna: de Tarieventabel) luidt als volgt:
“Hoofdstuk 7 bestemmingsplanherziening
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening: € 15.866,21”
3 Geschil
In geschil is of de heffingsambtenaar de legesnota aan belanghebbende kon opleggen. Belanghebbende beantwoordt deze vraag ontkennend, de heffingsambtenaar bevestigend.