Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 20-03-2018, ECLI:NL:GHARL:2018:2533, 17/00666
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 20-03-2018, ECLI:NL:GHARL:2018:2533, 17/00666
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 20 maart 2018
- Datum publicatie
- 30 maart 2018
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2018:2533
- Formele relaties
- Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGEL:2017:2735, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan
- Zaaknummer
- 17/00666
Inhoudsindicatie
Vpb. Woningcorporatie. Waardering leningen op openingsbalans. Fout in de zin van foutenleer? Herstel? Uitleg overeenkomst.
Uitspraak
locatie Arnhem
nummer 17/00666
uitspraakdatum: 20 maart 2018
Uitspraak van de vierde meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
Stichting [X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 19 mei 2017, nummer AWB 15/7325, ECLI:NL:RBGEL:2017:2735, in het geding tussen belanghebbende en
de inspecteur van de Belastingdienst/kantoor Almere (hierna: de Inspecteur)
1 Ontstaan en loop van het geding
Aan belanghebbende is voor het jaar 2009 een aanslag in de vennootschapsbelasting (hierna: Vpb) opgelegd naar een belastbaar bedrag van nihil, waarbij een bedrag van € 987.000 aan verlies is verrekend uit andere jaren.
De Inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar het hiertegen gerichte bezwaar ongegrond verklaard.
Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.
Belanghebbende heeft voorafgaand aan de zitting een nader stuk ingediend. Dit stuk is in afschrift verstrekt aan de Inspecteur.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 18 januari 2018. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 Vaststaande feiten
Belanghebbende is een woningcorporatie die woningen verhuurt, verkoopt en beheert in met name de regio Noordwest Veluwe. Naast woningen verhuurt zij ook kamers, bedrijfseenheden voor maatschappelijke zorg, winkels, kantoorpanden, garages en bergruimten.
Vanaf 1 januari 2008 is belanghebbende integraal belastingplichtig voor de Vpb.
De Belastingdienst is met [A] , de vereniging van woningcorporaties, in overleg getreden om tot een vaststellingsovereenkomst te komen waarin invulling wordt gegeven aan de uit de integrale belastingplicht voortvloeiende fiscale vraagstukken. Dit overleg heeft geleid tot de Vaststellingsovereenkomst 2 “Belastingplicht Woningcorporaties” van 23 januari 2009 (hierna: VSO2). Belanghebbende en de Inspecteur hebben VSO2 ondertekend.
VSO2 luidt, voor zover hier van belang, als volgt:
“II.2 Omschrijving van de onzekerheid
De onderwerpen waarover partijen in onzekerheid verkeren en duidelijkheid over willen verkrijgen zijn de volgende:
a. Openingsbalans:
De waarderingsregels voor de fiscale openingsbalans per 1 januari 2008 van de corporatie.
(…)
III Inhoud van VSO 2
(…)
Hoofdstuk 2 Openingsbalans
(…)
Artikel 2.1.1 Fiscale openingsbalans
-
De activa en passiva die tot en met 31 december 2007 behoorden tot de vrijgestelde activiteiten van de corporatie worden per 1 januari 2008 op de fiscale opnemingsbalans opgenomen tegen de waarde in het economische verkeer per 1 januari 2008.
-
In de hierna volgende artikelen wordt beschreven op welke wijze de waarde in het economische verkeer zal worden bepaald.
(…)
Artikel 2.8.1 Leningen o/g (opgenomen gelden)
-
De waarde in het economische verkeer van leningen o/g is de marktwaarde.
-
De in het eerste lid genoemde marktwaarde wordt berekend door het contant maken van de toekomstige kasstromen per jaar tegen de zero coupon rente per 31 december van dat jaar.
-
Kasstromen uit rentebetalingen die zijn ontstaan na 1 januari 2008 maar die betrekking hebben op de periode daarvoor, of kasstromen uit rentebetalingen die zijn ontstaan voor 1 januari 2008 maar die betrekking hebben op de periode daarna, worden opgenomen conform de jaarrekening, zoals bedoeld in titel 9, boek 2 Burgerlijk Wetboek.
(…)
Hoofdstuk 6 Overige bepalingen
(…)
Artikel 6.6 Adviescommissie
[A] en de Belastingdienst stellen een adviescommissie in. Daarnaast staat voor beide partijen de normale rechtsgang open. De commissie adviseert bij geschillen die in het kader van VSO2 rijzen, bijvoorbeeld ten aanzien van de interpretatie of reikwijdte. [A] en de Belastingdienst dragen de leden van de adviescommissie voor.
De competente inspecteur en de corporatie kunnen gezamenlijk dan wel individueel een adviesaanvraag doen bij de commissie. De commissie bepaalt of zij deze in behandeling neemt. Partijen kunnen het advies inbrengen bij de verdere rechtsgang. Het advies wordt geanonimiseerd gepubliceerd.”
In de Toelichting op de Vaststellingsovereenkomst 2 “Belastingplicht Woningcorporaties”, eerste druk, van eveneens 23 januari 2009 (hierna: de Toelichting), is het volgende opgenomen met betrekking tot artikel 2.8.1 van VSO2:
“Voor de berekening van de marktwaarde van de financiële passiva wordt gebruik gemaakt van de in de financiële wereld gebruikelijke methodieken. De kasstromen vanaf 2008 dienen contant gemaakt te worden tegen de zogenaamde zero coupon rente zoals die bekend was per 31 december 2007. Hierbij wordt uitgegaan van de fictie dat de kasstromen vervallen aan het einde van ieder jaar. (…)
Ter vereenvoudiging is er bij deze toelichting tevens een discount rente curve toegevoegd. (…) Voorgaande leidt tot een aparte (dis)agio balanspost. Deze dient vrij te vallen, dan wel ten laste van het fiscale resultaat te komen overeenkomstig goed koopmansgebruik. (…)”
In het kader van VSO2 en de eerdere Vaststellingsovereenkomst “Belastingplicht Woningcorporaties” van 15 januari 2007 (hierna: VSO1) heeft [B] , het kantoor van de gemachtigde van belanghebbende, als fiscale intermediair (hierna: FI) op 30 september 2009 met de Belastingdienst zogenoemde nadere afspraken gemaakt met betrekking tot de aangiften Vpb 2006‑2008 die hieruit voortvloeien (hierna: de Nadere afspraken). De Nadere afspraken luiden, voor zover van belang, als volgt:
“1. Inleiding
(…)
Partijen geven op deze wijze invulling aan de intenties ten aanzien van het toezicht die verwoord zijn in VSO1 en VSO2. (…) In deze afspraak wordt vastgelegd hoe partijen met elkaar wensen om te gaan. Partijen werken met elkaar samen op basis van vertrouwen, begrip en transparantie. Ze willen hun processen zo op elkaar afstemmen, dat de aangiften waarop deze afspraak ziet voor de Belastingdienst aanvaardbaar zijn. Door deze samenwerking beperkt de noodzaak van toezicht door de Belastingdienst op de aangiften waarin de afspraken uit VSO1 en VSO2 verwerkt zijn zich tot metatoezicht. Voor de betrokken ondernemingen wordt de rechtszekerheid vergroot. Partijen stemmen de werkwijze in het aangifteproces, het uit te oefenen toezicht en de wijze waarop overleg plaatsvindt met elkaar af.
Onder deze afspraak vallen de in te dienen of reeds ingediende aangiften vennootschapsbelasting 2006 tot en met 2008 (…).
(…)
Partijen willen komen tot een snelle, efficiënte en effectieve afhandeling van deze aangiften. Daartoe worden afspraken gemaakt over de kwaliteit van en het toezicht op de aangiften vennootschapsbelasting 2006 tot en met 2008.
2 Uitgangspunten
Rechten en verplichtingen op basis van wet- en regelgeving zijn en blijven zonder enige beperking op partijen en aangesloten ondernemingen van toepassing. (…)