Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 16-10-2018, ECLI:NL:GHARL:2018:9146, 17/00406
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 16-10-2018, ECLI:NL:GHARL:2018:9146, 17/00406
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 16 oktober 2018
- Datum publicatie
- 26 oktober 2018
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2018:9146
- Formele relaties
- Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGEL:2017:992, Bekrachtiging/bevestiging
- Cassatie: ECLI:NL:HR:2020:1777
- Zaaknummer
- 17/00406
Inhoudsindicatie
OB. Aftrek voorbelasting. BUA. Ter beschikking stellen van woonruimte aan buitenlandse uitzendkrachten.
Uitspraak
locatie Arnhem
nummer 17/00406
uitspraakdatum: 16 oktober 2018
Uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[X] B.V. te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 28 februari 2017, nummer AWB 16/2457, ECLI:NL:RBGEL:2017:992, in het geding tussen belanghebbende en
de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Arnhem (hierna: de Inspecteur)
1 Ontstaan en loop van het geding
Aan belanghebbende is over het tijdvak 1 oktober 2014 tot en met 31 december 2014 een naheffingsaanslag omzetbelasting opgelegd.
De Inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar het daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.
Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 1 augustus 2018. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 Vaststaande feiten
Belanghebbende exploiteert een uitzendbureau. Zij heeft in het onderhavige tijdvak buitenlandse uitzendkrachten ter beschikking gesteld aan opdrachtgevers. De uitzendkrachten zijn voornamelijk werkzaam in de gevelbouw en in mindere mate in de afbouw, het schildersbedrijf, de installatietechniek en de scheepsbouw.
Belanghebbende heeft ten behoeve van de buitenlandse uitzendkrachten in de nabijheid van de werkplek een plek geregeld waar zij kunnen overnachten en verblijven op de momenten dat zij niet werken. Het gaat daarbij om hotels, pensions, flatwoningen en vakantiewoningen. De uitzendkrachten betalen hiervoor geen vergoeding. De facturen ter zake van het verblijf van de uitzendkrachten zijn aan belanghebbende gericht en worden door belanghebbende betaald.
De buitenlandse uitzendkrachten hebben een uitzendovereenkomst getekend, welke overeenkomst - voor zover hier van belang - de volgende bepalingen bevat:
“(…)
1. Aard & Duur
De onderhavige overeenkomst is een uitzendovereenkomst in de zin van artikel 7:690 BW. Werknemer zal in beginsel ter beschikking gesteld worden aan de in de opdrachtbevestiging genoemde opdrachtgever, om onder leiding en toezicht van die opdrachtgever werkzaamheden te verrichten. Het uitzendbeding is niet van toepassing op deze overeenkomst.
(…)
2. Terbeschikkingstelling
Werknemer zal ter beschikking gesteld worden aan de opdrachtgever genoemd in de Bevestiging van uitzending, om onder diens leiding en toezicht werkzaamheden te verrichten in de functie genoemd in deze bevestiging van uitzending (hierna: de "Opdrachtgever"). In de bevestiging van uitzending wordt tevens opgenomen in welke functiegroep Werknemer zal worden ingedeeld, het aantal uren dat Werknemer bij de Opdrachtgever werkzaam zal zijn, de werktijden van Werknemer en de hoogte van zijn salaris.
(…)
7. Huisvesting
Werkgever verstrekt aan Werknemer woonruimte op een locatie die zo dicht mogelijk gelegen is bij de plaats waar de werkzaamheden zullen worden verricht.
Werknemer heeft slechts het recht, en is verplicht de woonruimte te bewonen, zolang deze overeenkomst van kracht is. De woonruimte wordt uitsluitend ter beschikking gesteld in het kader van de uitvoering van deze arbeidsovereenkomst. Indien deze overeenkomst eindigt, ongeacht de reden van beëindiging, dient Werknemer de woonruimte binnen 2 dagen te verlaten.
(…)”
De buitenlandse uitzendkrachten werken meestal twee weken tot zes maanden per opdracht en zij werken niet langer dan tweeëneenhalf jaar voor belanghebbende. Zij verblijven vrijwel nooit langer dan zes maanden op dezelfde plaats. Belanghebbende zorgt ervoor dat de buitenlandse uitzendkrachten zo dicht mogelijk bij de plaats waar de werkzaamheden worden uitgevoerd, verblijven, hetgeen in de praktijk kan betekenen dat zij in Nederland door wisseling van opdracht op verschillende locaties verblijven. Zij blijven ingeschreven staan in hun woonplaats in het land waar zij vandaan komen (Duitsland, Roemenië, Hongarije en Polen). Gezinsleden van de buitenlandse uitzendkrachten blijven achter in het land van herkomst. Wel is in het onderhavige tijdvak het gezin van één van de buitenlandse uitzendkrachten in Nederland op bezoek/vakantie geweest. De buitenlandse uitzendkrachten kunnen de in artikel 7 van de uitzendovereenkomst genoemde woonruimte weigeren. De buitenlandse uitzendkrachten krijgen dan geen vergoeding voor andere woonruimte.
3 Geschil
In geschil is het antwoord op de vraag of de voorbelasting die aan belanghebbende met betrekking tot het ter beschikking stellen van woonruimtes aan de buitenlandse uitzendkrachten in rekening is gebracht, bij belanghebbende voor aftrek in aanmerking komt. Hierbij is specifiek in geschil of het Besluit uitsluiting aftrek omzetbelasting 1969 (hierna; BUA) hier van toepassing is, en zo ja, of sprake is van schending van het gelijkheidsbeginsel.
Belanghebbende concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank, de uitspraak op bezwaar en de naheffingsaanslag.
De Inspecteur concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.