Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 17-12-2019, ECLI:NL:GHARL:2019:10802, 18/01250 en 18/01251 en 19/00227

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 17-12-2019, ECLI:NL:GHARL:2019:10802, 18/01250 en 18/01251 en 19/00227

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
17 december 2019
Datum publicatie
20 december 2019
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2019:10802
Formele relaties
Zaaknummer
18/01250 en 18/01251 en 19/00227

Inhoudsindicatie

Afvalstoffenheffing: De stelling dat de verdeelsleutel van de toedeling van de ambtenarensalarissen aan de verschillende begrotingsposten niet getoetst kan worden, is onvoldoende gemotiveerd om ten aanzien van een bepaalde post tot redelijke twijfel of er sprake is van een last ter zake te concluderen. Opbrengstlimiet is niet overschreden.

WOZ-waarde: taxatieverslag voor onderbouwing WOZ-waarde voldoet aan de eisen zodat belanghebbende niet gedwongen was in beroep en hoger beroep te komen. Geen recht op een proceskostenvergoeding.

Rioolheffing: belanghebbende heeft niet hoeven doorprocederen tot in hoger beroep, omdat hij pas in hoger beroep heeft gesteld dat de ‘dotaties voorzieningen’ een sluitpost vormen zonder aansluiting met voorgenomen vervangingsinvesteringen. Ook hier geen recht op een proceskostenvergoeding.

Uitspraak

locatie Leeuwarden

nummers 18/01250, 18/01251 en 19/00227

uitspraakdatum: 17 december 2019

Uitspraak van de eerste meervoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 30 oktober 2018, nummers LEE 18/68, 18/72 en 18/73, in het geding tussen belanghebbende en

de heffingsambtenaar van het Noordelijk Belastingkantoor, voorheen de heffingsambtenaar van de gemeente Groningen (hierna: de heffingsambtenaar)

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

De heffingsambtenaar heeft bij beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: de Wet WOZ) de waarde van de onroerende zaak [a-straat 1] te [Z] (hierna: de onroerende zaak), per waardepeildatum 1 januari 2016, voor het jaar 2017 vastgesteld op € 235.000. Tegelijk met deze beschikking zijn voor het jaar 2017 de aanslagen in de onroerendezaakbelasting (OZB), afvalstoffenheffing en rioolheffing vastgesteld.

1.2.

Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de heffingsambtenaar bij uitspraken op bezwaar de beschikking en aanslagen gehandhaafd.

1.3.

Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank Noord-Nederland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard.

1.4.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.

1.5.

Belanghebbende heeft voor de zitting een nader stuk ingediend.

1.6.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 12 november 2019. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.

2 Vaststaande feiten

2.1.

Belanghebbende is eigenaar en gebruiker van de onroerende zaak, een vrijstaande woning, met bouwjaar 1972, met een woonoppervlakte van 158 m² en een perceeloppervlakte van 622 m².

2.2.

De heffingsambtenaar heeft aan belanghebbende als eigenaar van de onroerende zaak de onderhavige aanslag in de rioolheffing ten bedrage van € 151 opgelegd. Daarnaast heeft de heffingsambtenaar aan belanghebbende als gebruiker van de onroerende zaak de onderhavige aanslag in de afvalstoffenheffing ten bedrage van € 327,60 opgelegd. Deze aanslagen heeft de heffingsambtenaar, tezamen met de WOZ-beschikking en de aanslag in de OZB, vermeld op één aanslagbiljet.

2.3.

De aanslag in de afvalstoffenheffing is opgelegd op grond van de “Verordening afvalstoffenheffing 2017”, zoals vastgesteld door de raad van de gemeente Groningen in zijn vergadering van 9 november 2016.

2.4.

De aanslag in de rioolheffing is opgelegd op grond van de “Verordening rioolheffing 2017” zoals vastgesteld door de raad van de gemeente Groningen in zijn vergadering van 9 november 2016.

2.5.

In bezwaar heeft de gemachtigde van belanghebbende bij brief van 22 mei 2017 aan de heffingsambtenaar geschreven dat de WOZ-waarde te hoog is vastgesteld en dat de aanslagen in de afvalstoffenheffing en rioolheffing ten onrechte zijn opgelegd en dienen te worden vernietigd. Ten aanzien van de aanslag in de afvalstoffenheffing is in de brief geschreven: “De geraamde totale gemeentelijke opbrengst uit afvalstoffenheffing overstijgt immers de geraamde lasten ter zake van het ophalen en verwerken van afval.” En ten aanzien van de aanslag in de rioolheffing: “De geraamde totale gemeentelijke opbrengst uit rioolheffing overstijgt immers de geraamde lasten ter zake van aanleg, onderhoud, beheer en vervanging van het gemeentelijk rioleringsstelstel.” Daarbij heeft de gemachtigde van belanghebbende verzocht om toezending van de stukken waarin de opbrengst en lasten van de afvalstoffenheffing en de rioolheffing zijn vermeld.

2.6.

Bij brief van 15 augustus 2017 heeft de heffingsambtenaar aan de gemachtigde van belanghebbende de volgende stukken doen toekomen:

- A. Gemeentebegroting gemeente Groningen, p. 330-334;

- B. Overzicht en nadere specificaties lasten en baten afvalstoffenheffing;

- C. Overzicht en nadere specificaties lasten en baten rioolheffing.

Het onder B. genoemde overzicht luidt als volgt:

Afvalstoffenheffing

2017

Lasten

Algemene Interne Dienstverlening (AID)

2.292.281

Indirecte Uitvoering Lasten (IU Lasten)_

9.622.294

Directie en Ondersteuning Lasten (DO Lasten)

874.038

Directe Lasten (Directe Lasten)

13.660.000

Beleid

0

Handhaving en Toezicht

0

Concern

0

26.448.612

Baten

Indirecte Uitvoering Baten (IU Baten)

24.620

Directe en Ondersteuning Baten (DO Baten)

44.469

Directe Baten (Directe Baten)

26.429.000

26.498.089

Dekkingspercentage

100%

Het onder C. genoemde overzicht luidt als volgt:

Rioolheffing

2017

Lasten

Algemene Interne Dienstverlening (AID)

685.553

Indirecte Uitvoering Lasten (IU Lasten)_

2.051.801

Directie en Ondersteuning Lasten (DO Lasten)

219.800

Directe Lasten (Directe Lasten)

13.284.464

Beleid

0

Handhaving en Toezicht

0

Concern

0

16.241.618

Baten

Indirecte Uitvoering Baten (IU Baten)

17.042

Directe en Ondersteuning Baten (DO Baten)

10.431

Directe Baten (Directe Baten)

16.213.725

16.241.198

Dekkingspercentage

100%

Ter zake van elk van de in bovengenoemde overzichten B. en C. vermelde posten zijn uitgebreide specificaties bijgevoegd onder vermelding van het nummer van de Directie, het nummer en de omschrijving van de kostenplaats, het nummer en de omschrijving van de kostensoort en de bedragen. Ten aanzien van de afvalstoffenheffing is wat betreft de tot de “Indirecte Uitvoering Lasten” behorende post (“kostensoort”) “Salaris structureel” per directie en kostenplaats het daaraan toe te rekenen bedrag vermeld. Ten aanzien van de rioolheffing is in de specificatie de tot de “Directe Lasten” behorende post (“kostensoort”) “Dotaties voorzieningen” ten bedrage van € 2.220.000 opgenomen.

2.7.

In de in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar van 1 december 2017, waarin de bezwaren tegen de aanslagen in de afvalstoffenheffing en rioolheffing ongegrond zijn verklaard, heeft de heffingsambtenaar ten aanzien van specifieke door belanghebbende tijdens de hoorzitting genoemde posten een nadere toelichting gegeven.

2.8.

In het verweerschrift in eerste aanleg heeft de heffingsambtenaar naar aanleiding van vragen van belanghebbende in het beroepschrift nadere informatie verstrekt ter zake van bepaalde in bovengenoemde specificaties genoemde posten. Ten aanzien van de afvalstoffenheffing is wat betreft de tot de “Indirecte Uitvoering Lasten” behorende post ”Salaris structureel” de volgende tabel opgenomen:

Inzet fte’s begroting 2017 - Afvalstoffenheffing

Totaal Directe fte’s

Fte’s Binnendienst

Fte’s Buitendienst

Fte’s Totaal

Stadsbeheer

15,13

84,84

99,97

Publieke dienstverlening

8,94

-

8,94

Stadstoezicht

0,58

7,47

8,05

Totaal

24,65

92,31

116,96

2.9.

De heffingsambtenaar heeft bij zijn verweerschrift in hoger beroep een overzicht verstrekt, genaamd “Toerekening fte’s aan Afvalstoffenheffing 2017 Groningen”, waarin een specificatie is opgenomen van de onder 2.8 opgenomen tabel, en dit overzicht voorzien van een toelichting. In dit overzicht zijn met betrekking tot de onder 2.8 genoemde onderdelen (Directies) van de gemeente vermeld: afdeling, kostenplaats, team, percentage ten laste van afvalstoffenheffing, formatie per team, salariskosten Indirecte Uitvoering.

2.10.

Tot de gedingstukken behoort het taxatieverslag van de onroerende zaak dat in de bezwaarfase door de heffingsambtenaar aan belanghebbende is overgelegd.

3 Geschil

In geschil is of belanghebbende ter zake van de procedures over de WOZ-beschikking en de rioolheffing recht heeft op een proceskostenvergoeding voor de behandeling in beroep en hoger beroep, en of de aanslag in de afvalstoffenheffing dient te worden vernietigd. Belanghebbende beantwoordt deze vragen bevestigend, de heffingsambtenaar ontkennend.

4 Beoordeling van het geschil

5 Griffierecht en proceskosten

6 Beslissing