Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 23-05-2023, ECLI:NL:GHARL:2023:4488, 22/01686
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 23-05-2023, ECLI:NL:GHARL:2023:4488, 22/01686
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 23 mei 2023
- Datum publicatie
- 2 juni 2023
- Zaaknummer
- 22/01686
- Relevante informatie
- Art. 17 Wet WOZ, Art. 22 Wet WOZ
Inhoudsindicatie
Wet Woz. Waardevaststelling woning.
Uitspraak
locatie Arnhem
nummer BK-ARN 22/01686
uitspraakdatum: 23 mei 2023
Uitspraak van de elfde enkelvoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[belanghebbende] te [woonplaats] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 25 mei 2022, nummer AWB 21/4275, in het geding tussen belanghebbende en
de heffingsambtenaar van de gemeente Nijmegen (hierna: de heffingsambtenaar)
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft bij beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: de Wet WOZ) de waarde van de onroerende zaak [adres1] 20 te [woonplaats] , per waardepeildatum 1 januari 2020 en naar de toestand op 1 januari 2021, voor het jaar 2021 vastgesteld op € 223.000. Tegelijk met deze beschikking is de aanslag onroerendezaakbelasting 2021 (OZB) voor zover het betreft het eigenaarsgedeelte vastgesteld.
Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de heffingsambtenaar bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar de beschikking en aanslag gehandhaafd.
Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 19 april 2023. Daarbij zijn verschenen en gehoord belanghebbende, bijgestaan door [naam1] , alsmede [naam2] en [naam3] namens de heffingsambtenaar.
2 Vaststaande feiten
Belanghebbende is eigenaar van de onroerende zaak [adres1] 20 te [woonplaats] (hierna: de onroerende zaak). Het betreft een in 1959 gebouwde hoekwoning met een berging/schuur. De inhoud van de woning (inclusief de zolder) bedraagt ongeveer 304 m3 en die van de berging/schuur 19 m3. De woning is gelegen op een perceel met een oppervlakte van 160 m2, waarvan 149 m2 in de waardering is betrokken (een brandgang van 11 m2 is niet meegenomen).
3 Geschil
In geschil is of de waarde van de onroerende zaak per de waardepeildatum te hoog is vastgesteld.
Belanghebbende beantwoordt die vraag bevestigend, de heffingsambtenaar ontkennend.