Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 26-11-2024, ECLI:NL:GHARL:2024:7345, 22/2159 en 22/2160
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 26-11-2024, ECLI:NL:GHARL:2024:7345, 22/2159 en 22/2160
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 26 november 2024
- Datum publicatie
- 6 december 2024
- Annotator
- Zaaknummer
- 22/2159 en 22/2160
- Relevante informatie
- Art. 3.15 Wet IB 2001, Art. 3.16 Wet IB 2001, Art. 3.95 Wet IB 2001
Inhoudsindicatie
IB/PVV. Resultaat uit overige werkzaamheden. Kostenaftrek.
Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
locatie Leeuwarden
nummers BK-ARN 22/2159 en 22/2160
uitspraakdatum: 26 november 2024
Uitspraak van de tweeëntwintigste enkelvoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[belanghebbende] te [woonplaats] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Rechtbank Noord-Nederland van 14 april 2022, nummers LEE 21/2608 en 21/2609, in het geding tussen belanghebbende en
de inspecteur van de Belastingdienst/kantoor Groningen (hierna: de Inspecteur)
1 Ontstaan en loop van het geding
Aan belanghebbende zijn voor het jaar 2015 een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (hierna: IB/PVV) en een aanslag in de inkomensafhankelijke bijdrage zorgverzekeringswet (hierna: ZVW) opgelegd. Verder is bij beschikkingen belastingrente berekend.
De Inspecteur heeft bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar de bezwaren ongegrond verklaard.
Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank
Noord-Nederland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.
Het Hof heeft het hoger beroep bij uitspraak van 11 april 2023 niet-ontvankelijk verklaard, omdat het hoger beroep niet tijdig was ingediend.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van het Hof verzet aangetekend.
Het Hof heeft het verzet bij uitspraak van 19 december 2023 gegrond verklaard.
De Inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 1 oktober 2024. Daarbij zijn verschenen en gehoord J. Sierts, als de gemachtigde van belanghebbende, alsmede namens de Inspecteur [naam1] , bijgestaan door [naam2] . Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat bij deze uitspraak is gevoegd.
2 Vaststaande feiten
Belanghebbende is geboren [in] 1974 en is in 2015 ongehuwd.
Belanghebbende werkt in 2015 in loondienst bij de BV van zijn vader, [naam3] B.V. (hierna: de BV), gevestigd aan de [adres] te [woonplaats] .
Naast zijn bij 2.2 vermelde dienstbetrekking is belanghebbende in 2015 ook werkzaam als depothouder voor de [naam4] . De werkzaamheden bestaan uit het verzorgen van de distributie voor die uitgeverij en de nabezorging. Verder bezorgt hij folders en een streekkrant.
In het jaar 2004 heeft belanghebbende zich ten aanzien van de bij 2.3. bedoelde activiteiten (hierna ook: de activiteiten) in het handelsregister van de Kamer van Koophandel als ondernemer laten inschrijven onder de handelsnaam “ [naam5] ”.
Belanghebbende heeft op 30 december 2016 een aangifte IB/PVV voor het jaar 2015 ingediend naar een verzamelinkomen van € 13.629, te weten:
Belastbare winst uit onderneming (na aftrek van € 37 MKB-vrijstelling) € 222
Belastbaar loon uit dienstbetrekking € 10.200
Belastbaar inkomen uit sparen en beleggen € 3.207
Verzamelinkomen € 13.629
Bij het vaststellen van de aanslag IB/PVV 2015 naar een verzamelinkomen van € 16.200 is de Inspecteur afgeweken van de aangifte:
Aangegeven verzamelinkomen € 13.629
Minder winst uit onderneming € 222 -
Meer opbrengsten resultaat uit overige werkzaamheden (ROW) € 9.528
Meer kosten resultaat uit overige werkzaamheden € 9.269 -
Minder kosten vakliteratuur € 961
Minder kosten werkkleding € 250
Minder kantine-, reis- en representatiekosten € 1.323
Vastgesteld verzamelinkomen € 16.200
De Inspecteur heeft geen gerealiseerde of niet-gerealiseerde zelfstandigenaftrek in aanmerking genomen.
De niet als kosten van vakliteratuur in aftrek toegelaten uitgaven betreffen:
* Managementboek: Tulloch/Northrup/Honeycutt/e.a. - Windows 7 Resource Kit (Engels)
* Bol.com: Color Managements & Quality Output
* Bol.com: TCP/IP voor Dummies
* Bol.com: Firewalls voor Dummies
* Bol.com: TCP/IP voor Dummies
* Managementboek: Dons - Opslagwerken, Maiwald – Netwerkbeveiliging (2 boeken)
* Bol.com: TCP/IP
* Bol.com: Ontbinding van overeenkomsten
* Bol.com: Niet-nakoming van verbintenissen
* Bruna: diverse computertijdschriften
* Wolters-Kluwer: Asser 7-IV, tweede druk
* Managementboek: procederen bij dagvaarding in eerste aanleg, procederen in eerste aanleg, bewijs (3 boeken)
* Managementboek: Asser Bewijslastverdeling
* Managementboek: Kelley Programmeertaal C, vierde vernieuwde editie
* Managementboek: Laan - Aan de slag met Java, Vorderman - Programmeren voor kinderen, Rotteveel - Leren programmeren in C deel 1: introductie, Bell - Programmeren in C met Mylab NL 2, Crane – Ajax (5 boeken)
* NAS trainingscentrum: Synologiebijbel
De niet als kosten van werkkleding in aftrek toegelaten uitgaven betreffen:
* Aldi: fietshandschoenen (4 paar)
* Welkoop: werkhandschoenen, werkbroeken (2 stuks) en werkjas softs
* SportsXL.nl: X-Socks, hardloopsokken
De niet als kantine-, reis- en representatiekosten in aftrek toegelaten uitgaven betreffen:
* € 956 aan levensmiddelen, zoals broodjes, bolletjes, kaas, snoepgoed, flesjes frisdrank, nootjes e.d.
* € 58 voor 1 ticket aangeschaft bij [naam6] , 2 tegelijkertijd aangeschafte tickets bij [naam7] en 1 ticket aangeschaft bij [naam8]
* € 310 voor 2 bestellingen bij [naam9] (april 2015), 4 cadeaubonnen van [naam10] (augustus 2015) en 5 oudejaarsloten
Het bijdrage-inkomen voor de aanslag ZVW 2015 heeft de Inspecteur vastgesteld op € 2.793 (inkomsten uit ROW € 9.528 -/- kosten ROW € 6.735 = € 2.793).
3 Geschil
In hoger beroep is in geschil het bedrag van het door belanghebbende in 2015 behaalde resultaat uit overige werkzaamheden. Met name is in geschil of de door de Inspecteur gecorrigeerde kosten voor vakliteratuur, werkkleding en kantine-, reis- en representatiekosten voor aftrek in aanmerking komen (zie 2.6. e.v.). Verder is in geschil of belanghebbende recht heeft op een vergoeding van immateriële schade wegens overschrijding van de redelijke termijn in beroep en hoger beroep.
Ter zitting van het Hof heeft belanghebbende het standpunt dat hij zijn activiteiten als depothouder en bezorger heeft verricht als ondernemer, ondubbelzinnig en onvoorwaardelijk prijsgegeven. Tussen partijen is niet langer in geschil dat belanghebbende voor die activiteiten moet worden aangemerkt als resultaatgenieter. Verder heeft belanghebbende ter zitting van het Hof bevestigd dat het prijsgeven van vorenbedoeld standpunt meebrengt dat hij niet langer aanspraak maakt op gerealiseerde of (vaststelling van) niet-gerealiseerde zelfstandigenaftrek.