Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 25-03-2025, ECLI:NL:GHARL:2025:1751, 23/1152
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 25-03-2025, ECLI:NL:GHARL:2025:1751, 23/1152
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 25 maart 2025
- Datum publicatie
- 4 april 2025
- Formele relaties
- Eerste aanleg: ECLI:NL:RBNNE:2023:605, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- 23/1152
- Relevante informatie
- Art. 15.33 WMB
Inhoudsindicatie
Afvalstoffenheffing. Tarief.
Uitspraak
locatie Leeuwarden
nummer BK-ARN 23/1152
uitspraakdatum: 25 maart 2025
Uitspraak van de eerste meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[belanghebbende] te [woonplaats] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 24 februari 2023, nummer LEE 21/1955, ECLI:NL:RBNNE:2023:605, in het geding tussen belanghebbende en
de heffingsambtenaar van het Noordelijk Belastingkantoor (hierna: de heffingsambtenaar)
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft aan belanghebbende voor het jaar 2021 een aanslag in de afvalstoffenheffing opgelegd van € 304,08.
Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de heffingsambtenaar bij uitspraak op bezwaar de aanslag gehandhaafd.
Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de rechtbank
Noord-Nederland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 17 juli 2024. Daarbij zijn verschenen en gehoord belanghebbende en mr. A.A. Westers als de gemachtigde van belanghebbende, alsmede [naam1] als de gemachtigde van de heffingsambtenaar, bijgestaan door [naam2] . Het Hof heeft het onderzoek ter zitting geschorst om belanghebbende in de gelegenheid te stellen op de ter zitting door de heffingsambtenaar overgelegde stukken te reageren. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat in Mijn Rechtspraak is geplaatst.
Het onderzoek ter nadere zitting, in gewijzigde samenstelling van de zetel, heeft plaatsgevonden op 17 december 2024. Daarbij zijn verschenen en gehoord belanghebbende en mr. A.A. Westers, als de gemachtigde van belanghebbende, bijgestaan door [naam3] , alsmede [naam1] als de gemachtigde van de heffingsambtenaar, bijgestaan door [naam2] en [naam4] . Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat bij deze uitspraak is gevoegd.
2 Vaststaande feiten
De voormalige gemeenten Haren, Ten Boer en Groningen zijn als gevolg van een bestuurlijke herindeling per 1 januari 2019 samengevoegd in een nieuwe gemeente Groningen.
Vóór de totstandkoming van de samenvoeging hebben de gemeenteraden van de voormalige gemeenten Groningen en Ten Boer een bestuursovereenkomst “Herindeling Groningen-Ten Boer-Haren” (hierna: de bestuursovereenkomst) vastgesteld. In de bestuursovereenkomst is – voor zover hier van belang – het volgende opgenomen:
“BESTUURSOVEREENKOMST HERINDELING GRONINGEN-TEN BOER-HAREN
Inleiding
De bestuursovereenkomst is de uitkomst van gesprekken in het Gemeentelijk Bestuurlijk Overleg, tussen Groningen en Ten Boer en [naam5] , de door de provincie Groningen aangezochte verbindingspersoon Haren.
De overeenkomst is uitvloeisel van het voornemen om nadere invulling te geven aan de door de gemeenten gezamenlijk gedefinieerde onderwerpen uit het Herindelingsontwerp omdat voor enkele thema’s geldt dat ze nadere invulling behoeven en zorgen oproepen bij de inwoners van Haren en Ten Boer.
Doel bestuursovereenkomst
De bestuursovereenkomst beschrijft inhoudelijke én procesmatige uitgangspunten voor de verdere voorbereiding van de samenvoeging van de gemeenten per 1 januari 2019. Het bevat concrete maatregelen in reactie op door inwoners geuite zorgen over bestuurlijke nabijheid, de dienst- en zorgverlening, de voorzieningen en de ruimtelijke ontwikkeling.
Het doel van de bestuursovereenkomst is daarmee het scheppen van kaders waarbinnen de voorgenomen herindeling uitgewerkt wordt en de nieuwe gemeente vorm krijgt. (…)
Bij de uitspraken in deze bestuursovereenkomst over het in stand houden van bestaande voorzieningen in de nieuwe gemeente moet worden aangetekend, dat bij het maken van keuzes uitgegaan is van de beschikbare actuele kennis, doorzicht en inzicht, en – indien aan de orde, kennis van (financiële) aanpassingen – in de periode tot aan de herindeling. De instandhouding van voorzieningen, nu en in de toekomst, zal daarnaast natuurlijk altijd in verhouding moeten staan tot de kosten die hiermee gemoeid zijn en de lasten voor de inwoners ten opzichte van de maatschappelijke relevantie van die voorziening. (…)
In november 2018 vindt de gemeenteraadsverkiezing plaats voor de bij deze herindeling betrokken gemeenten. De nieuwe gemeenteraad wordt door de bestuursovereenkomst in staat gesteld bij toekomstige besluitvorming zich mede te baseren op de afspraken zoals in de overeenkomst zijn opgenomen. Indien door omstandigheden en ontwikkelingen in de tijd aanpassingen nodig zijn, zijn de afspraken, uitgangspunten en intenties zoals opgenomen in de bestuursovereenkomst leidend bij de afweging, keuzes en besluitvorming.
(…)
5 De gemeentelijke dienstverlening en fysieke en digitale nabijheid
De nieuwe gemeente ontwikkelt een dienstverleningsconcept waarbij uitvoering wordt gegeven aan de gedachte: “Decentraal wat kan, centraal wat moet”. Oftewel: grootschalig regisseren en organiseren, maar kleinschalig uitvoeren, met oog voor plaatselijk maatwerk. Hiervoor worden organisatievormen ontwikkeld waarmee ambtelijke aanspreekpunten voor inwoners kunnen worden gerealiseerd. De aanpak is gebiedsgericht met gebiedsteams, laagdrempelig, dichtbij, multidisciplinair, met korte lijnen en gebruikmakend van lokale contacten en door inzet van gebiedsbudgetten. Dit in de vorm van ambtelijke contactfunctionarissen die ter plekke aanwezig zijn. Deze hebben een ruim mandaat/doorzettingsmacht.
Samenvattend:
(…)
• behoudt de nieuwe gemeente Diftar in Haren. [Noot 2: Over de gevolgen voor eenheid van woonlasten/tarieven en beleidsharmonisatie wordt in de periode tot aan de herindelingsdatum onderzoek gedaan op grond waarvan kan worden besloten over al dan niet invoeren van diftar in de gehele nieuwe gemeente.]
(…)