Gerechtshof Arnhem, 05-08-2002, AE7585, 01-01209
Gerechtshof Arnhem, 05-08-2002, AE7585, 01-01209
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem
- Datum uitspraak
- 5 augustus 2002
- Datum publicatie
- 16 september 2002
- ECLI
- ECLI:NL:GHARN:2002:AE7585
- Formele relaties
- Cassatie: ECLI:NL:HR:2004:AP1885
- Zaaknummer
- 01-01209
Inhoudsindicatie
-
Uitspraak
Gerechtshof Arnhem
Zevende enkelvoudige belastingkamer
nr. 01/01209
Proces-verbaal mondelinge uitspraak
belanghebbende : [X]
te : [Z]
ambtenaar : de inspecteur van de Belastingdienst Ondernemingen/[P]
aangevallen beslissing : uitspraak op bezwaar tegen aanslag
belasting : inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen
jaar : 1999
mondelinge behandeling : op 22 juli 2002 te Arnhem
waarbij verschenen : belanghebbende en [zijn gemachtigde], alsmede de inspecteur
gronden:
1. Belanghebbende heeft in het onderhavige jaar een cursus algemene ondernemersvaardigheden (AOV) gevolgd.
2. De cursus AOV heeft belanghebbende niet gevolgd met het oog op het op peil houden van reeds aanwezige vakkennis door de ontwikkeling van zijn vak geboden (waaronder begrepen de aanvulling van vakkennis door de ontwikkeling van het vak geboden om reeds verworven vakbekwaamheid niet te verminderen), maar met het doel kennis en bekwaamheid als ondernemer te verwerven die hij voorheen niet bezat. Dit brengt mee dat de aan het volgen van de cursus bestede uren niet kunnen worden aangemerkt als uren besteed aan het feitelijk drijven van een onderneming, ongeacht het antwoord op de vraag of belanghebbende zijn onderneming al medio 1998 of pas in oktober 1999 is gestart.
3. Aan het onder 2. weergegeven oordeel doet niet af dat belanghebbende de AOV-cursus heeft gevolgd op aandringen van de Kamer van Koophandel in de veronderstelling dat de cursus nodig was om zich als ondernemer te kunnen vestigen, dat de cursus een algemeen karakter draagt, en dat belanghebbende - zoals hij in de conclusie van repliek aanvoert - "ook zonder de cursus AOV voldoende bekwaamheid had om als zelfstandig ondernemer te werken".
4. Belanghebbende heeft niet voldaan aan het zogenaamde urencriterium voor de zelfstandigenaftrek. Het beroep is ongegrond.
5. "Nu belanghebbendes beroep ongegrond is dient zijn verzoek tot schadevergoeding niet-ontvankelijk te worden verklaard (artikel 8:73, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht).
proceskosten:
Voor een kostenveroordeling als bedoeld in artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht vindt het hof geen termen aanwezig.
beslissing:
Het gerechtshof:
- verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de inspecteur;
- verklaart belanghebbende niet-ontvankelijk in zijn verzoek tot schadevergoeding.
Aldus gedaan en in het openbaar uitgesproken op 5 augustus 2002 te Arnhem door mr. drs. F.J.P.M. Haas, raadsheer, lid van de zevende enkelvoudige belastingkamer, in tegenwoordigheid van mr. D.N.N. Jansen als griffier.
Waarvan opgemaakt dit proces-verbaal.
De griffier, Het lid van voormelde kamer,
(D.N.N. Jansen) (F.J.P.M. Haas)
Afschriften aangetekend per post verzonden op: 5 augustus 2002
Tegen deze mondelinge uitspraak is geen beroep in cassatie mogelijk; dat kan alleen tegen een schriftelijke uitspraak van het gerechtshof. Ieder van de partijen kan binnen vier weken na de verzenddatum van dit proces-verbaal het gerechtshof verzoeken de mondelinge uitspraak te vervangen door een schriftelijke. De vervanging van een mondelinge uitspraak door een schriftelijke strekt ertoe de mondelinge uitspraak in een andere vorm vast te leggen. Bij de vervanging van een mondelinge uitspraak mag het gerechtshof de gedane uitspraak niet aan een heroverweging onderwerpen.
De partij die om een vervangende schriftelijke uitspraak verzoekt is hiervoor griffierecht verschuldigd en krijgt daarover bericht van de griffier. Het griffierecht dat de belanghebbende betaalt ter verkrijging van een schriftelijke uitspraak, komt in mindering op het griffierecht dat de griffier van de Hoge Raad zal heffen als de belanghebbende beroep in cassatie instelt.