Home

Gerechtshof Den Haag, 14-03-2014, ECLI:NL:GHDHA:2014:1318, BK-13/01202, BK-13/01203 en BK-13/01204

Gerechtshof Den Haag, 14-03-2014, ECLI:NL:GHDHA:2014:1318, BK-13/01202, BK-13/01203 en BK-13/01204

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
14 maart 2014
Datum publicatie
3 juni 2014
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2014:1318
Formele relaties
Zaaknummer
BK-13/01202, BK-13/01203 en BK-13/01204

Inhoudsindicatie

Omzetbelasting. Naheffing. Het geschil spitst zich toe op de vraag of belanghebbende in het kader van het verzorgen van de VAVO-opleidingen (ondersteunende) diensten ten behoeve van B heeft verricht die alsdan niet van omzetbelasting zijn vrijgesteld.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Team Belastingrecht

meervoudige kamer

nummers BK-13/01202, BK-13/01203 en BK-13/01204

Uitspraak van 14 maart 2014

in het geding tussen:

fiscale eenheid Stichting [X1], [X2] B.V. c.s. te [Z], belanghebbende,

en

de directeur van de Belastingdienst [P], de Inspecteur,

op het hoger beroep van de Inspecteur tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 4 juli 2013, nummers SGR 12/10997, SGR 12/10998, SGR 12/10999, over naheffingsaanslagen en beschikkingen.

Naheffingsaanslagen, beschikkingen, bezwaar en beroep

1.1. Aan belanghebbende zijn over de tijdvakken van 1 september 2008 tot en met 31 augustus 2009, van 1 september 2009 tot en met 31 augustus 2010 en van 1 september 2010 tot en met 31 augustus 2011 naheffingsaanslagen in de omzetbelasting van € 191.495 met bij beschikking € 12.479 aan heffingsrente, € 206.707 met bij beschikking € 6.537 aan heffingsrente en € 160.707 zonder heffingsrente opgelegd.

1.2. Bij uitspraken op bezwaar heeft de Inspecteur de naheffingsaanslagen en de beschikkingen gehandhaafd.

1.3. Tegen de uitspraken van de Inspecteur heeft belanghebbende beroep bij de rechtbank ingesteld. Aan griffierecht is € 310 geheven.

1.4. De rechtbank heeft de beroepen gegrond verklaard, de uitspraken op bezwaar, de naheffingsaanslagen en de beschikkingen heffingsrente vernietigd, de Inspecteur veroordeeld in de aan belanghebbende te betalen proceskosten van € 1.414 en de Inspecteur opgedragen het griffierecht van € 310 aan belanghebbende te vergoeden.

Hoger beroep

2.1. De Inspecteur is van de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep gekomen bij het Hof.

2.2. Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend.

2.3. De mondelinge behandeling van de zaak heeft plaatsgehad ter zitting van het Hof van 7 maart 2014 in Den Haag. Partijen zijn verschenen.

2.4. Ter zitting is ook het hoger beroep van de Inspecteur behandeld in de zaak van Stichting [Y], met de nummers BK-13/01205, BK-13/01206 en BK-13/01207. Wat in de ene zaak is aangevoerd en aan stukken is ingebracht geldt ook voor de andere zaak.

Feiten

De rechtbank

Geschil in hoger beroep en standpunten van partijen

Beoordeling van het hoger beroep

Proceskosten en griffierecht

Beslissing