Gerechtshof Den Haag, 10-06-2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:1620, BK-14-00389
Gerechtshof Den Haag, 10-06-2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:1620, BK-14-00389
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 10 juni 2015
- Datum publicatie
- 19 juni 2015
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2015:1620
- Formele relaties
- Eerste aanleg: ECLI:NL:RBDHA:2014:3296, Bekrachtiging/bevestiging
- Cassatie: ECLI:NL:HR:2016:1352, (Gedeeltelijke) vernietiging met verwijzen
- Zaaknummer
- BK-14-00389
Inhoudsindicatie
Tussen partijen is in geschil of de opwaardering van de vorderingen zoals vermeld onder 5 van de uitspraak van de rechtbank terecht tot de belastbare winst is gerekend.
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummer BK-14/00389
Uitspraak d.d. 10 juni 2015
in het geding tussen:
[X] B.V., gevestigd te [Z], belanghebbende,
en
de inspecteur van de Belastingdienst Rotterdam, de Inspecteur,
op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 13 maart 2014, nummer SGR 12/11567, betreffende na te vermelden aanslag en beschikking.
Aanslag, beschikking, bezwaar en geding in eerste aanleg
Aan belanghebbende is voor het boekjaar 1 april 2009 tot en met 31 maart 2010 (het boekjaar) een aanslag in de vennootschapsbelasting opgelegd naar een belastbaar bedrag van € 5.416.583. Gelijktijdig met het vaststellen van de aanslag heeft de Inspecteur bij beschikking de belastbare winst van het onderhavige jaar verminderd door verrekening van een verlies van het boekjaar 1 april 2008 tot en met 31 maart 2009 ten bedrage van € 1.911.111 alsmede bij impliciet gegeven beschikking het verlies van het boekjaar vastgesteld op nihil.
Bij eveneens gelijktijdig gegeven beschikking is een bedrag van € 97.952 aan heffingsrente in rekening gebracht.
Bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar heeft de Inspecteur het bezwaar van belanghebbende afgewezen.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraken op bezwaar beroep bij de rechtbank ingesteld. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.