Gerechtshof Den Haag, 08-07-2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:2053, BK-14-01696
Gerechtshof Den Haag, 08-07-2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:2053, BK-14-01696
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 8 juli 2015
- Datum publicatie
- 27 mei 2016
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2015:2053
- Formele relaties
- Eerste aanleg: ECLI:NL:RBDHA:2014:15822, Bekrachtiging/bevestiging
- Cassatie: ECLI:NL:HR:2016:644
- Zaaknummer
- BK-14-01696
Inhoudsindicatie
In geschil zijn de hoogte van de dwangsom en de hoogte van de proceskostenvergoeding in bezwaar.
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummer BK-14/01696
Uitspraak van 8 juli 2015
in het geding tussen:
[X] te [Z] , belanghebbende,
en
de ontvanger van de Belastingdienst, Landelijk Incasso Centrum, de Ontvanger,
op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 25 november 2014, nummer SGR 14/4129, betreffende de hierna vermelde aanmaning.
Aanmaning, bezwaar en geding in eerste aanleg
Belanghebbende is met dagtekening 17 december 2013 een aanmaning tot het betalen van de aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (hierna: IB/PVV) voor het jaar 2011 toegestuurd, waarbij € 15 aanmaningskosten in rekening zijn gebracht.
Bij brief van 22 december 2013 heeft belanghebbende hiertegen bezwaar gemaakt.
Bij brief van 2 april 2014 heeft belanghebbende de Ontvanger in gebreke gesteld wegens het niet tijdig doen van uitspraak op bezwaar.
Bij uitspraak op bezwaar, gedagtekend 8 mei 2014, heeft de Ontvanger de aanmaningskosten verminderd tot nihil.
Bij brief van 14 mei 2014 heeft belanghebbende de Ontvanger meegedeeld dat zij een dwangsom heeft verbeurd en dat zij aanspraak maakt op een bezwaarkostenvergoeding. Op 22 mei 2014 is dit geschrift ter behandeling als beroepschrift binnengekomen bij de rechtbank.
De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.