Home

Gerechtshof Den Haag, 04-08-2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:2175, BK-14/01516

Gerechtshof Den Haag, 04-08-2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:2175, BK-14/01516

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
4 augustus 2015
Datum publicatie
12 augustus 2015
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2015:2175
Formele relaties
Zaaknummer
BK-14/01516

Inhoudsindicatie

In geschil is of de aanslag en de verzuimboete terecht en zo ja, tot de juiste bedragen, zijn opgelegd, of terecht, en zo ja, tot het juiste bedrag, heffingsrente in rekening is gebracht, of het verlies voor het jaar 2011 terecht op nihil is vastgesteld en zo nee, op welk bedrag dit verlies nader dient te worden vastgesteld alsmede of terecht en tot het juiste bedrag verliezen van andere jaren met de belastbare winst van 2011 zijn verrekend.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Team Belastingrecht

meervoudige kamer

nummer BK-14/01516

uitspraak d.d. 4 augustus 2015

in het geding tussen:

[X] b.v. te [Z] , belanghebbende,

en

de inspecteur van de Belastingdienst Den Haag, de Inspecteur,

op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag (de rechtbank) van 10 september 2014, nummer SGR 14/795 betreffende de onder 1.1 vermelde aanslag en beschikkingen.

Beschikking, aanslag, bezwaar en geding in eerste aanleg

1.1.

De Inspecteur heeft aan belanghebbende een aanslag in de vennootschapsbelasting voor het jaar 2011 opgelegd (de aanslag). De aanslag is berekend naar een belastbaar bedrag van € 49.485. Met de aanslag zijn op één biljet verenigd en bekendgemaakt een beschikking waarbij het verlies voor het jaar 2011 is vastgesteld op nihil (de verliesvaststellingsbeschikking), een beschikking waarbij verliezen uit andere jaren tot een bedrag van € 50.515 zijn verrekend met de belastbare winst van het jaar 2011 (de verliesverrekeningsbeschikking), een beschikking waarbij een verzuimboete als bedoeld in artikel 67a van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) ten bedrage van € 2.460 is opgelegd (de boetebeschikking) en een beschikking waarbij € 426 heffingsrente in rekening is gebracht (de beschikking heffingsrente).

1.2.

Belanghebbende heeft tegen de aanslag en de beschikkingen bezwaar gemaakt. De Inspecteur heeft het bezwaar ongegrond verklaard.

1.3.

Belanghebbende heeft hiertegen op bezwaar beroep ingesteld bij de Rechtbank. Er is een griffierecht geheven van € 318. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

Loop van het geding in hoger beroep

Vaststaande feiten

Oordeel van de rechtbank

Geschil, standpunten en conclusies

Beoordeling van het geschil

Proceskosten en griffierechten

Beslissing