Gerechtshof Den Haag, 30-09-2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:2774, BK-14_01531
Gerechtshof Den Haag, 30-09-2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:2774, BK-14_01531
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 30 september 2015
- Datum publicatie
- 8 oktober 2015
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2015:2774
- Formele relaties
- Cassatie: ECLI:NL:HR:2016:1285
- Zaaknummer
- BK-14_01531
Inhoudsindicatie
In hoger beroep is in geschil naar welke waarde de woning voor de heffing van erfbelasting in aanmerking moet worden genomen.
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummer BK-14/01531
Uitspraak d.d. 30 september 2015
in het geding tussen:
[X] te [Z] , belanghebbende,
en
de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Rotterdam, de Inspecteur,
op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de Rechtbank Den Haag van 10 oktober 2014, nummer SGR 14/5083, betreffende de hierna vermelde aanslag.
Aanslag, bezwaar en geding in eerste aanleg
Aan belanghebbende is voor het jaar 2011 een aanslag in de erfbelasting opgelegd naar een belastbare verkrijging van € 58.712.
Bij uitspraak op bezwaar van 15 mei 2014 heeft de Inspecteur belanghebbendes bezwaar ongegrond verklaard.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak op bezwaar beroep bij de Rechtbank ingesteld. Ter zake van dit beroep is een griffierecht geheven van € 45. De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.