Gerechtshof Den Haag, 04-09-2018, ECLI:NL:GHDHA:2018:2269, BK-18/00411
Gerechtshof Den Haag, 04-09-2018, ECLI:NL:GHDHA:2018:2269, BK-18/00411
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 4 september 2018
- Datum publicatie
- 7 september 2018
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2018:2269
- Formele relaties
- Cassatie: ECLI:NL:HR:2019:1179
- Zaaknummer
- BK-18/00411
Inhoudsindicatie
Belanghebbende stelt dat de heffing van belasting over een forfaitair bepaald belastbaar inkomen uit sparen en beleggen onrechtmatig is. Het Hof toetst of de belastingheffing over het inkomen uit sparen en beleggen op basis van een forfaitair rendement onverenigbaar is met het door het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden gewaarborgde gelijkheidsbeginsel (artikel 14 van het EVRM, gelezen in samenhang met artikel 1 van het Twaalfde Protocol bij het EVRM en/of met het recht op het ongestoord genot van eigendom (artikel 1 van het Eerste Protocol bij het EVRM).
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummer BK-18/00411
Uitspraak van 4 september 2018
in het geding tussen:
[X] te [Z] , belanghebbende,
en
de inspecteur van de Belastingdienst / Particulieren, dienstverlening en bezwaar, kantoor Eindhoven, de Inspecteur,
(vertegenwoordiger: mr. C.J.M. van Gorkum),
op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag (de Rechtbank) van 25 januari 2018, nummer SGR 17/5613 betreffende de hierna vermelde aanslag en beschikking.
Aanslag, bezwaar en geding in eerste aanleg
De Inspecteur heeft voor het jaar 2015 een aanslag in de inkomstenbelasting en de premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd, berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 52.045 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 44.249 (hierna: de aanslag). Bij beschikking is € 706 (de beschikking) belastingrente in rekening gebracht.
De Inspecteur heeft bij uitspraak op bezwaar de aanslag gehandhaafd.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak op bezwaar beroep bij de Rechtbank ingesteld. Er is € 46 aan griffierecht geheven. De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.