Gerechtshof Den Haag, 07-11-2018, ECLI:NL:GHDHA:2018:3077, BK-18/00329 tot en met BK-18/00331
Gerechtshof Den Haag, 07-11-2018, ECLI:NL:GHDHA:2018:3077, BK-18/00329 tot en met BK-18/00331
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 7 november 2018
- Datum publicatie
- 13 november 2018
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2018:3077
- Formele relaties
- Eerste aanleg: ECLI:NL:RBDHA:2017:14805, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- BK-18/00329 tot en met BK-18/00331
Inhoudsindicatie
Aan belanghebbende worden over de jaren 2010-2011 navorderingsaanslagen inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen opgelegd in verband met het ten onrechte aanmerken van een woning als eigen woning in de zin van artikel 3.111 Wet IB 2001 (eigen woning). De Inspecteur baseert zich op informatie welke via een artikel 55 Awr-verzoek van het Openbaar Ministerie is verkregen. Het Hof oordeelt dat van een “fishing expedition” geen sprake is en dat de Inspecteur geen ambtelijk verzuim heeft begaan. Voorts heeft belanghebbende niet aannemelijk gemaakt dat de woning haar of personen die behoorden tot haar huishouden in de jaren 2011 en 2012 niet anders dan tijdelijk als hoofdverblijf ter beschikking stond. Het hoger beroep is ongegrond.
Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummers BK-18/00329 tot en met BK-18/00331
Uitspraak van 7 november 2018
in het geding tussen:
[X] te [Z] , belanghebbende,
(gemachtigde: J . J . Warnawa)
en