Home

Gerechtshof Den Haag, 15-06-2023, ECLI:NL:GHDHA:2023:1283, BK-22/00985

Gerechtshof Den Haag, 15-06-2023, ECLI:NL:GHDHA:2023:1283, BK-22/00985

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
15 juni 2023
Datum publicatie
1 augustus 2023
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2023:1283
Zaaknummer
BK-22/00985
Relevante informatie
Art. 7:1 Awb, Art. 26 AWR

Inhoudsindicatie

Artikel 26, lid 2, AWR; de belastingrechter is bij uitsluiting bevoegd met betrekking tot een geschil over de ingehouden loonheffingen door de inhoudingsplichtige. Een bezwaarschrift tegen de ingehouden loonheffingen dient te worden ingediend bij de Inspecteur en niet bij de inhoudingsplichtige.

Uitspraak

Team Belastingrecht

enkelvoudige kamer

nummer BK-22/00985

in het geding tussen:

en

(vertegenwoordiger: […] )

op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de Rechtbank Den Haag (de Rechtbank) van 31 mei 2022, nummer SGR 21/4335.

Procesverloop

1.1.

Van belanghebbende is vanaf januari 2021 door de [Stichting Pensioenfonds] (de inhoudingsplichtige) loonheffing op het pensioen ingehouden. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen deze inhoudingen bij de inhoudingsplichtige.

1.2.

Belanghebbende heeft beroep bij de Rechtbank ingesteld. In verband daarmee is een griffierecht geheven van € 49. De Rechtbank heeft het beroep niet-ontvankelijk verklaard.

1.3.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld bij het Hof. Er is een griffierecht geheven van € 136. De Inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.

1.4.1.

Belanghebbende heeft op 12 januari 2023 een nader stuk ingediend.

1.4.2.

Belanghebbende heeft voorafgaand aan de zitting op 24 februari 2023 een pleitnota ingediend.

1.5.

De mondelinge behandeling heeft plaatsgehad ter zitting van het Hof van 4 mei 2023. Partijen zijn verschenen. Belanghebbende heeft ter zitting een pleitnota overgelegd. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt.

Feiten

2.1.

Belanghebbende heeft de Nederlandse nationaliteit en woont in [woonplaats] , [buitenland] . Belanghebbende ontvangt een pensioen van de inhoudingsplichtige.

2.2.

Bij brief van 16 december 2020 heeft de Inspecteur te kennen gegeven dat hij de verklaring inzake vrijstelling voor de inhouding van loonheffingen intrekt. In die brief is, voor zover van belang, het volgende vermeld:

“Op 8 augustus 2016 heb ik van u een verzoek om vrijstelling voor de inhouding van loonheffingen ontvangen. Op 23 augustus 2016 heb ik een verklaring hierover afgegeven. Hierin staat dat [de inhoudingsplichtige], mag afzien van de inhouding van loonheffingen op de (het) door haar uit te betalen pensioen.

Beslissing.

Deze verklaring trek ik ingaande 1 januari 2021 in. Ik heb hiervoor de volgende redenen:

• Deze intrekking is niet van toepassing voor de premie volksverzekeringen. Ingeval hier onduidelijkheid over bestaat kunt u een kopie van deze verklaring aan de uitkerende instantie verstrekken.

• Nederland en [buitenland] zijn een wijziging van het belastingverdrag overeengekomen. Per 1 januari 2021 mag Nederland op grond van artikel 18 belasting heffen over pensioen-, lijfrente- en sociale zekerheidsinkomsten. De belastingheffing bedraagt maximaal 15% over het totale inkomen. Indien de uitkerende instantie dit percentage niet kan toepassen, kunt u deze maximering realiseren via een aangifte inkomstenbelasting voor buitenlands

belastingplichtigen.

U kunt tegen het intrekken van deze verklaring geen bezwaarschrift indienen. U kunt wel bezwaar maken tegen de ingehouden loonheffingen als gevolg van deze intrekking.”

2.3.1. Naar aanleiding van de pensioenspecificatie van februari 2021 heeft belanghebbende bij brief van 10 maart 2021 bij de inhoudingsplichtige bezwaar gemaakt tegen de hoogte van de ingehouden loonheffing.

2.3.2. De inhoudingsplichtige heeft de onder 2.3.1 vermelde brief aangemerkt als klacht en bij brief van 7 april 2021 als volgt gereageerd:

“Graag reageren wij op uw brief van 10 maart 2021, door ons ontvangen op 22 maart 2021. U maakt bezwaar tegen de beslissing van [de inhoudingsplichtige] om de loonheffingskorting niet toe te passen op uw pensioenuitkering.

Verzoek niet afgewezen

In overleg met het bestuur

Oordeel van de Rechtbank

Geschil in hoger beroep en conclusies van partijen

Beoordeling van het hoger beroep

Proceskosten

Beslissing