Home

Gerechtshof Den Haag, 24-01-2024, ECLI:NL:GHDHA:2024:140, BK-23/254 tot en met BK-23/257

Gerechtshof Den Haag, 24-01-2024, ECLI:NL:GHDHA:2024:140, BK-23/254 tot en met BK-23/257

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
24 januari 2024
Datum publicatie
19 februari 2024
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2024:140
Zaaknummer
BK-23/254 tot en met BK-23/257
Relevante informatie
Art. 12a Wet LB

Inhoudsindicatie

Artikel 12a Wet LB 1964; gebruikelijk loon. Belanghebbende was enig aandeelhouder van het uitzendbureau en heeft in 2017 en 2018 werkzaamheden verricht voor het uitzendbureau. Belanghebbende heeft niet aannemelijk gemaakt dat hij slechts administratieve werkzaamheden verrichtte en evenmin dat het gebruikelijk loon op een lager bedrag moet worden vastgesteld dan het normbedrag. Geen sprake van een structurele verliessituatie. Belanghebbendes beroep op het gelijkheidsbeginsel faalt.

Uitspraak

Team Belastingrecht

meervoudige kamer

nummers BK-23/254 tot en met BK-23/257

in het geding tussen:

(gemachtigde: H. Uzumcu)

en

(vertegenwoordiger: […] )

op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de Rechtbank Den Haag (de Rechtbank) van 25 januari 2023, nummers SGR 21/7844, SGR 21/7845, SGR 21/7846 en SGR 21/7847.

Procesverloop

2017

1.1.1.

Aan belanghebbende is over het jaar 2017 een navorderingsaanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 41.348 (de navorderingsaanslag IB/PVV 2017). Bij gelijktijdig gegeven beschikking heeft de Inspecteur € 1.237 aan belastingrente in rekening gebracht.

1.1.2.

Aan belanghebbende is over het jaar 2017 een navorderingsaanslag in de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet (Zvw) opgelegd naar een bijdrage-inkomen van € 28.229 (de navorderingsaanslag Zvw 2017). Bij gelijktijdig gegeven beschikking heeft de Inspecteur € 170 aan belastingrente in rekening gebracht.

1.1.3.

Bij uitspraak op bezwaar heeft de Inspecteur het tegen de navorderingsaanslagen IB/PVV 2017 en Zvw 2017 gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.

2018

1.2.1.

Aan belanghebbende is over het jaar 2018 een navorderingsaanslag IB/PVV opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 45.000 (de navorderingsaanslag IB/PVV 2018). Bij gelijktijdig gegeven beschikking heeft de Inspecteur € 912 aan belastingrente in rekening gebracht.

1.2.2.

Aan belanghebbende is voor het jaar 2018 een aanslag Zvw opgelegd naar een bijdrage-inkomen van € 31.190 (de aanslag Zvw 2018). Bij gelijktijdig gegeven beschikking heeft de Inspecteur € 130 aan belastingrente in rekening gebracht.

1.2.3.

Bij uitspraak op bezwaar heeft de Inspecteur het tegen de navorderingsaanslag IB/PVV 2018 en de aanslag Zvw 2018 gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.

Beide jaren

1.3.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraken op bezwaar beroep ingesteld bij de Rechtbank. Ter zake daarvan is een griffierecht geheven van € 49. De Rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard.

1.4.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld bij het Hof. Ter zake daarvan is een griffierecht geheven van € 136. De Inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.

1.5.

De mondelinge behandeling van de zaak heeft plaatsgehad ter zitting van het Hof van 13 december 2023. Partijen zijn verschenen. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt.

Feiten

2.1.1. [A B.V.] (het uitzendbureau) is opgericht op 26 februari 2016.

2.1.2. Belanghebbende is sinds 17 maart 2017 bestuurder en enig aandeelhouder van het uitzendbureau. Met ingang van 7 september 2018 is [B] (de oom) medebestuurder. Belanghebbende heeft in 2017 en 2018 werkzaamheden voor het uitzendbureau verricht.

2.1.3. Het uitzendbureau en belanghebbende zijn op 27 maart 2017 het volgende overeengekomen:

“ARBEIDSOVEREENKOMST DGA

ONDERGETEKENDEN:

Werkgever en Werknemer hierna gezamenlijk "Partijen".

IN AANMERKING NEMENDE DAT:

VERKLAREN TE ZIJN OVEREENGEKOMEN ALS VOLGT:

Artikel 1 - Duur

Artikel 2 - Verplichtingen Werknemer

Artikel 3 - Werktijden

Artikel 4 - Salaris en vakantietoeslag

“2.1 Bedrijfsactiviteiten

[Belanghebbende]

Loon uit dienstbetrekking

Wettelijk kader

Ingenomen standpunt Belastingdienst

Belastbaar inkomen uit werk en woning (box 1)20172018

Te verrekenen voorheffingen 2017

Premie zorgverzekeringswet

Oordeel van de Rechtbank

Geschil in hoger beroep en conclusies van partijen

Beoordeling van het hoger beroep

Proceskosten

Beslissing