Home

Gerechtshof Den Haag, 12-03-2024, ECLI:NL:GHDHA:2024:871, 200.334.486/01

Gerechtshof Den Haag, 12-03-2024, ECLI:NL:GHDHA:2024:871, 200.334.486/01

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
12 maart 2024
Datum publicatie
5 juli 2024
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2024:871
Formele relaties
Zaaknummer
200.334.486/01

Inhoudsindicatie

"Nederlandse rechter onbevoegd in het kader van artikel 7 lid 1 HKV 1996 jo artikel 5 HVK 1996. Gewone verblijfplaats van de minderjarigen is Marokko."

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Team Familie

zaaknummers : 200.334.486/01 en 200.334.486/02

rekestnummer rechtbank : FA RK 22-8189

zaaknummer rechtbank : C/10/647955

beschikking van de meervoudige kamer van 12 maart 2024

inzake

[de vader] ,

wonende te [land] ,

verzoeker in hoger beroep,

hierna te noemen: de vader,

advocaat mr. T.Y. Tsang te Den Haag

tegen

[de moeder] ,

wonende te [woonplaats] ,

verweerster in hoger beroep,

hierna te noemen: de moeder,

advocaat mr. S. Kandemir te Dordrecht.

In zijn adviserende en/of toetsende taak is in de procedure gekend:

de raad voor de kinderbescherming,

regio Rotterdam-Dordrecht,

hierna te noemen: de raad.

1 Het verloop van het geding in eerste aanleg

Het hof verwijst voor het verloop van het geding in eerste aanleg naar de beschikking van de rechtbank Rotterdam van 18 juli 2023, uitgesproken onder voormeld zaaknummer.

2 Het geding in hoger beroep

2.1

De vader is op 17 oktober 2023 in hoger beroep gekomen van genoemde beschikking van 18 juli 2023 (hierna: de bestreden beschikking).

2.2

De moeder heeft op 2 januari 2024 een verweerschrift ingediend.

2.3

Bij het hof zijn verder de volgende stukken ingekomen:

van de zijde van de vader:

 op 24 november 2023 een journaalbericht van 23 november 2023, met bijlagen;

 op 15 januari 2024 een e-mail, met bijbehorend journaalbericht, met bijlagen;

 op 15 januari 2024 een brief van diezelfde datum, met bijbehorend journaalbericht, met bijlagen;

van de zijde van de moeder:

 op 23 januari 2024 een journaalbericht van diezelfde datum, met bijlagen.

2.4

De voorzitter heeft voorafgaand aan de zitting, via een videoverbinding, met de minderjarigen [minderjarige 1] , [minderjarige 2] en [minderjarige 3] gesproken.

2.5

De mondelinge behandeling heeft op 26 januari 2024 plaatsgevonden. Verschenen zijn:

 de vader, bijgestaan door zijn advocaat;

 de moeder, bijgestaan door mr. M.H. van den Berg, advocaat te Zeist, die heeft waargenomen voor mr. Tsang.

De raad is niet ter zitting verschenen.

Beide advocaten hebben ter zitting pleitaantekeningen overgelegd.

3 De feiten

3.1

Het hof gaat uit van de door de rechtbank vastgestelde feiten voor zover daartegen in hoger beroep niet is opgekomen. Onder meer staat het volgende vast.

3.2

Het huwelijk van partijen is op [datum 1] 2022 ontbonden door inschrijving van de echtscheidingsbeschikking van 1 november 2021 in de registers van de burgerlijke stand.

3.3

Partijen zijn de ouders van de minderjarigen:

 [minderjarige 1] geboren op [geboortedatum] 2009 te [geboorteplaats] ,

 [minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum] 2012 te [geboorteplaats] , en

 [minderjarige 3] , geboren op [geboortedatum] 2016 te [geboorteplaats]

(hierna gezamenlijk ook te noemen: de minderjarigen).

3.4

Partijen hebben op [datum 2] 2021 een echtscheidingsconvenant en een ouderschapsplan ondertekend. Het ouderschapsplan maakt onderdeel uit van de echtscheidingsbeschikking.

3.5

In het ouderschapsplan is onder andere opgenomen dat partijen na de echtscheiding het

gezamenlijk gezag over de minderjarigen blijven uitoefenen en dat de minderjarigen hun

hoofdverblijf bij de vader in het buitenland zullen hebben, meer specifiek Marokko.

3.6

De minderjarigen verblijven sinds juli 2021 feitelijk in Marokko.

4 De omvang van het geschil

5 De motivering van de beslissing

6 De beslissing