Home

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 03-10-2019, ECLI:NL:GHSHE:2019:3632, 18/00652

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 03-10-2019, ECLI:NL:GHSHE:2019:3632, 18/00652

Gegevens

Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Datum uitspraak
3 oktober 2019
Datum publicatie
22 november 2019
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2019:3632
Formele relaties
Zaaknummer
18/00652

Inhoudsindicatie

Belastingen kunnen niet als giften in aftrek worden gebracht

Uitspraak

Team belastingrecht

Meervoudige Belastingkamer

Kenmerk: 18/00652

Uitspraak op het hoger beroep van

[belanghebbende] ,

wonende te [woonplaats] ,

hierna: belanghebbende,

tegen de uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant te Breda (hierna: de Rechtbank) van 9 oktober 2018, nummer BRE 17/4177, in het geding tussen

belanghebbende,

en

de inspecteur van de Belastingdienst,

hierna: de Inspecteur,

betreffende na te melden aanslag.

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

Aan belanghebbende is voor het jaar 2015 een aanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (hierna: IB/PVV) opgelegd, berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 40.006 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 476. Tevens is daarbij bij beschikking belastingrente ten bedrage van € 7 in rekening gebracht. Het daartegen gemaakte bezwaar is bij uitspraak van de Inspecteur ongegrond verklaard.

1.2.

Belanghebbende is van deze uitspraak in beroep gekomen bij de Rechtbank. De griffier van de Rechtbank heeft van belanghebbende een griffierecht geheven van € 46. De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

1.3.

Tegen deze uitspraak heeft belanghebbende hoger beroep ingesteld bij het Hof. De griffier heeft van belanghebbende een griffierecht van € 126 geheven.

De Inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.

1.4.

De zitting heeft plaatsgehad op 29 augustus 2019 te ‘s-Hertogenbosch. Aldaar zijn toen verschenen en gehoord belanghebbende, vergezeld door zijn gemachtigde [gemachtigde] , alsmede, namens de Inspecteur, [inspecteur] .

1.5.

Het Hof heeft aan het einde van de zitting het onderzoek gesloten.

1.6.

Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat in afschrift aan partijen is gezonden.

2 Feiten

Op grond van de stukken van het geding en het onderzoek ter zitting zijn in deze zaak de volgende feiten en omstandigheden voor het Hof komen vast te staan.

2.1.

Belanghebbende heeft voor het onderhavige jaar aangifte gedaan voor de IB/PVV. Daarbij heeft hij onder meer een giftenaftrek geclaimd van € 19.019, te weten € 60 met omschrijving KWF Kankerbestrijding en € 18.959 met omschrijving Ministerie van Financiën. De Inspecteur heeft deze giftenaftrek niet geaccepteerd.

2.2.

In beroep heeft belanghebbende een giftenaftrek geclaimd van € 21.239, bestaande uit:

- KWF € 60

- Omzetbelasting € 3.404

- Belastingen en heffingen lagere overheden € 17.775.

3 Geschil, alsmede standpunten en conclusies van partijen

3.1.

Het geschil betreft het antwoord op de vraag of de betaalde omzetbelasting en belastingen en heffingen lagere overheden als gift in aftrek kan worden gebracht.

Belanghebbende is van mening dat deze vraag bevestigend moet worden beantwoord. De Inspecteur is de tegenovergestelde opvatting toegedaan.

3.2.

Partijen doen hun standpunten in hoger beroep steunen op de gronden die daartoe door hen zijn aangevoerd in de van hen afkomstige stukken. Voor dat wat zij hieraan ter zitting hebben toegevoegd, wordt verwezen naar het van deze zitting opgemaakt proces-verbaal.

3.3.

Belanghebbende concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank, vernietiging van de uitspraak op bezwaar en vermindering van de aanslag. De Inspecteur concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.

4 Gronden

5 Beslissing